Inhoudsopgave
Advertenties
Een reagens verbergen of verwijderen
U kunt een actief reagens verbergen door dit naar de inactieve lijst te verplaatsen. U kunt een reagens ook
verwijderen. Een verwijderd reagens verschijnt niet meer op de actieve of inactieve lijst. (Alleen door de
gebruiker gedefinieerde reagentia kunnen worden verwijderd.)
1. Een reagens verbergen:
A. Selecteer het reagens op het scherm Reagenstypen.
Reagens
B. Tik op
C. Tik op
OK
2. Een reagens verwijderen:
A. Tik op
Reagens
per reagensgroep (→ Afb. 69).
B. Tik op de knop
reagens (fixatieven, dehydratanten, enz.).
C. Selecteer het reagens in de lijst die links op het scherm verschijnt. (U moet mogelijk omlaag
scrollen om het te vinden.)
D. Tik op
Verwijderen
vooraf gedefinieerd en kan het niet worden verwijderd.
E. Tik op
OK
F. Tik op
Annuleren
7.3
Reagensstations beheren
Het systeem heeft 21 stations: 17 reagensflessen en 4 paraffinebaden.
U moet de stations in de software instellen op de reagenstypen die op het instrument zijn geladen. Zodra
dit is uitgevoerd, zal het systeem de gebruiksgeschiedenis van elk station bijhouden (het aantal runs en
doorgevoerde cassettes en het aantal dagen dat deze in het instrument zijn geladen), de actuele concentratie
en voor paraffinekamers ook de actuele temperatuur. Zie (→ p. 101 – 7.1.1 Reagensgroepen, -typen en
-stations)
voor nadere informatie.
Beheerders kunnen voor elk station het reagenstype instellen. Ze kunnen ook concentratiewaarden aanpassen
als ze weten dat de actuele concentraties verschillen van de concentraties die zijn opgeslagen in het systeem.
Zowel beheerders als gebruikers kunnen de stationstatussen indien nodig aanpassen. De gegevens uit de
gebruiksgeschiedenis kunnen alleen worden bekeken.
Het is essentieel voor een veilig gebruik dat er flessen op hun plaats in de reagentiakast zitten. Als u een
bepaald station niet wenst te gebruiken, stelt u de status in op
paraffine gebruiken een lege fles in de desbetreffende locatie van de reagentiakast van het station.
De keuze welke reagenstypen u in het instrument laadt en hoeveel flessen van elk type, is een belangrijke
beslissing die u moet nemen. Dit is afhankelijk van de programma's die u uitvoert. Zie Stationconfiguraties
(→ p. 163 – 10.3 Stationconfiguraties) voor geschikte configuraties voor de standaardprogramma's.
HistoCore PEGASUS Plus
verwijderen.
in het bevestigingsbericht.
toevoegen. Een dialoogvenster verschijnt met een lijst van alle reagenstypen
(→ Afb. 69-6)
rechts op het scherm die overeenkomt met de groep van het
(→ Afb. 69-5). Als de knop
in het bevestigingsbericht.
om terug te keren naar het scherm Reagenstypen.
Reagens instellen
Verwijderen
uitgeschakeld is, is het reagens
Droog
en plaatst u voor stations die geen
7
115
Advertenties
Inhoudsopgave
Gerelateerde Handleidingen voor Leica BIOSYSTEMS HistoCore PEGASUS Plus
Gerelateerde Producten voor Leica BIOSYSTEMS HistoCore PEGASUS Plus
- Leica BIOSYSTEMS HistoCore AUTOCUT R
- Leica BIOSYSTEMS HistoCore Water Bath
- Leica BIOSYSTEMS HistoCore MULTICUT
- Leica BIOSYSTEMS HistoCore SPECTRA Workstation
- Leica BIOSYSTEMS HistoCore Arcadia H
- Leica BIOSYSTEMS HistoCore Arcadia Embedding Center
- Leica BIOSYSTEMS 14 0477 80109
- Leica BIOSYSTEMS 14 0517 80109