CONNECTIVITEIT EN ECG-VERZENDING
ECG-verzending
U kunt ECG's naar ELI Link of naar een EMR van derden verzenden met behulp van een optioneel in de fabriek
geïnstalleerd intern modem, LAN, WLAN of optioneel geïntegreerde mobiele GPRS-verbinding (de GPRS-optie is
alleen van toepassing op ELI 150c). Alle genoemde verzendingsmodi kunnen het Welch Allyn UNIPRO- of
DICOM-communicatieprotocol gebruiken.
OPMERKING: eenheden worden standaard geleverd met Comm Protocol (Communicatieprotocol)
ingesteld op UNIPRO. De UNIPRO-instelling wordt niet ondersteund door E-Scribe-versies vóór V8.10
of ELI Link-versies vóór V3.10. Neem voor vragen over de compatibiliteit van uw apparaat met
E-Scribe- of ELI Link en UNIPRO contact op met de technische ondersteuning van Welch Allyn.
Voordat u ECG's verzendt, moeten bepaalde configuratieopties worden ingesteld in de
systeeminstellingen, afhankelijk van de gebruikte verzendingsmedia en de elektronische opslagmedia
waarnaar u verzendt (zie hoofdstuk 4).
OPMERKING: verzenden via de telefoon is alleen beschikbaar met een intern modem.
OPMERKING: voor een correcte aansluiting op telefoonlijnen moet het interne modem van het
apparaat zijn ingesteld op de juiste landcode. Dit is een interne setting die niet mag worden verward
met internationale belcodes.
De WLAN-prestaties van het apparaat kunnen variëren als gevolg van wijzigingen in de radiofrequente
(RF-)eigenschappen in uw centrum of als gevolg van omgevingsomstandigheden. Als u in bepaalde delen van
uw faciliteit te maken krijgt met een haperende verbinding, moet u mogelijk de verzendingsprocedure opnieuw
starten. U kunt ook contact opnemen met de IT-afdeling van uw ziekenhuis of met de technische ondersteuning
van Welch Allyn om uw WLAN aan te passen en de systeemprestaties te verbeteren.
Als u records wilt verzenden, selecteert u SYNC. Om het verzenden te stoppen gebruikt u de knop STOP.
Om één ECG te verzenden selecteert u F2 (Selec) om een record uit de patiëntmap te kiezen.
Gebruik F1 (▼/▲) om een regel omlaag te gaan in de mappenlijst; gebruik
te gaan. Gebruik op dezelfde manier F2 (▼▼/▲▲) om telkens één pagina omlaag te gaan in de mappenlijst;
•
(Shift), F2 (▼▼/▲▲) om telkens één pagina omhoog te gaan. U kunt snel een patiëntnaam
gebruik
selecteren door op het toetsenbord de eerste paar letters van de achternaam in te voeren. De letters worden
linksonder in het scherm weergegeven en de gewenste naam wordt automatisch gemarkeerd. Wanneer
de gewenste record is gemarkeerd, gebruikt u F3 (Sync) om het afzonderlijke ECG te verzenden.
Om alle records in de map in een batch te verzenden selecteert u F1 (Batch). Bij een batchverzending worden
alleen de records verzonden die nog niet eerder zijn verzonden of die niet gemarkeerd zijn voor verwijderen.
Na het verzenden van uw record(s) wordt de rechtstreekse ECG-weergave weergegeven
•
(Shift), F1 (▼/▲) om omhoog
BIJLAGE A
89