U kunt de vaste en bewegende indicaties van het
getijdenstation en de indicatoren voor de stromingen op
de navigatiekaart of de viskaart weergeven.
1 Selecteer op de navigatie- of viskaart Opties > Lagen
> Kaart > Getijden & stromingen.
2 Selecteer een optie:
• Selecteer Geanimeerd om bewegende indicaties
van het getijdenstation en van de richting van de
stroming op de kaart weer te geven.
• Selecteer Schuifregelaar om de schuifregelaar voor
getijden en stromingen in te schakelen. Hiermee
kunt u de tijd instellen voor de getijden en
stromingen die worden vermeld op de kaart.
Satellietbeelden op de navigatiekaart weergeven
OPMERKING: In sommige gebieden is deze functie
beschikbaar bij premiumkaarten.
U kunt op de navigatiekaart satellietbeelden met hoge
resolutie gebruiken voor weergave van het land of de zee,
of beide.
OPMERKING: Als deze functie is ingeschakeld, worden
de satellietbeelden alleen bij lagere zoomniveaus met een
hoge resolutie weergegeven. Als u geen satellietbeelden
met hoge resolutie in uw optionele kaartgebied ziet, kunt
u
selecteren om in te zoomen. U kunt het detailniveau
ook hoger instellen door de zoomdetails van de kaart te
wijzigen.
1 Selecteer op de navigatiekaart Opties > Lagen >
Kaart > Satellietfoto's.
2 Selecteer een optie:
• Selecteer Alleen land om standaardkaartinformatie
over het water met voor het land overlappende
foto's weer te geven.
OPMERKING: Deze instelling moet zijn
ingeschakeld om Standard Mapping
te geven.
• Selecteer Fotokaart om foto's van zowel land
als water met de ingestelde doorzichtigheid weer
te geven. Gebruik de schuifregelaar om het
gewenste percentage op te geven. Hoe hoger u het
percentage instelt, hoe minder doorzichtig de foto's
zijn.
Luchtfoto's van oriëntatiepunten weergeven
Om luchtfoto's op de navigatiekaart te kunnen bekijken,
moet in de kaartinstellingen de instelling Fotopunten zijn
ingeschakeld
(Kaartlagen, pagina
OPMERKING: In sommige gebieden is deze functie
beschikbaar bij premiumkaarten.
U kunt zich met behulp van luchtfoto's van
oriëntatiepunten, jachthavens en havens op de omgeving
20
®
kaarten weer
24).
oriënteren of uzelf voor aankomst alvast vertrouwd maken
met (jacht)havens.
1 Selecteer op de waterkaart een camerapictogram:
• Selecteer
om een luchtfoto weer te geven.
• Als u een perspectieffoto wilt bekijken, selecteert u
. De foto is gemaakt vanuit het perspectief van
de camera in de richting van de kegelvormige lijn.
2 Selecteer Foto.
Automatic Identification System
Met het Automatic Identification System (AIS) kunt u
andere schepen identificeren en wordt u gewaarschuwd
als er zich schepen in uw buurt bevinden. Wanneer de
kaartplotter is aangesloten op een extern AIS-toestel, kan
de kaartplotter AIS-informatie geven over andere schepen
in de nabijheid die een transponder hebben en die actief
AIS-informatie uitzenden.
Over die schepen ontvangt u informatie, zoals Maritime
Mobile Service Identity (MMSI), locatie, GPS-snelheid,
GPS-koers, de tijd die is verstreken na de melding van
de laatste positie van het schip, het moment waarop dat
schip het dichtst bij u was en het tijdstip daarvan.
Sommige kaartplottermodellen ondersteunen ook Blue
Force Tracking. Schepen die met Blue Force Tracking
worden gevolgd, worden op de kaartplotter aangeduid met
een blauwgroene kleur.
Symbolen van AIS-doelen
Symbool Beschrijving
AIS-schip. Het schip geeft AIS-informatie. De
richting waarin het driehoekje wijst, geeft de
richting aan waarin het AIS-schip vaart.
Het doel is geselecteerd.
Het doel is geactiveerd. Het object wordt
groter op de kaart. Een groene lijn die aan
het object vastzit, geeft de voorliggende koers
van het object aan. De MMSI, snelheid en
richting van het schip staan onder het object
als de instelling hiervoor is ingesteld op
Toon. Als de AIS-transmissie van het schip
is weggevallen, wordt er een melding weerge-
geven.
Het doel is weggevallen. Een groene X geeft
aan dat de AIS-transmissie van het schip is
weggevallen. Op de kaartplotter wordt dan
een melding weergegeven met de vraag of
het schip verder moet worden gevolgd. Als
u het schip niet meer volgt, verdwijnt het
symbool voor het weggevallen object van de
kaart of de 3D-kaartweergave.
Kaarten en 3D-kaartweergaven