Download Print deze pagina
Volvo Penta GLASS COCKPIT Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails Zie ook voor GLASS COCKPIT:

Advertenties

Gebruikershandleiding
VOLVO PENTA GLASS COCKPIT

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Volvo Penta GLASS COCKPIT

  • Pagina 1 Gebruikershandleiding VOLVO PENTA GLASS COCKPIT...
  • Pagina 2 Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen. Deze handelsmerken mogen niet worden gebruikt zonder uitdrukkelijke toestemming ™ ™ ™ van Garmin. Volvo Penta ® is een geregistreerd handelsmerk van Volvo Trademark Holding AB. Apple en Mac zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. Android ™...
  • Pagina 3 Inhoudsopgave Smartphone meldingen inschakelen..8 Meldingen ontvangen......8 Meldingen beheren.........8 Inleiding..........1 Meldingen privé maken......9 Overzicht van het toestel......1 Software bijwerken met de ActiveCaptain Statuspictogrammen......1 app............. 9 Het aanraakscherm gebruiken....1 Kaarten bijwerken met ActiveCaptain..9 Schermknoppen........1 Het aanraakscherm vergrendelen en Communicatie met draadloze ontgrendelen..........
  • Pagina 4 24 Kaartmenu..........17 Zoeken naar een Kaartlagen..........18 watersportdienstbestemming....24 Instellingen kaartlaag......18 Een Volvo Penta dealer zoeken... 24 Instellingen dieptelaag...... 18 Een directe koers instellen en volgen met Instellingen laag Mijn boot....18 behulp van Ga naar......24 Leylijninstellingen......19 Stoppen met navigeren......
  • Pagina 5 Naar een opgeslagen via-punt zoeken en Het opslaginterval van het spoorlog navigeren..........26 configureren......... 31 Een waypoint of MOB verwijderen..26 Grenzen........... 31 Alle waypoints verwijderen....26 Een grens maken......... 31 Routes............26 Een route omzetten in een grens..31 Een route vanaf uw huidige locatie Een spoor omzetten in een grens..
  • Pagina 6 Viszoeker met echolood....36 Sonarfrequenties........44 De transducerfrequentie selecteren..45 Het uitzenden van sonarsignalen Een frequentievoorinstelling maken..45 stopzetten..........36 De A-Scope inschakelen...... 45 De sonarweergave veranderen....36 Panoptix echolood instellen..... 45 Traditioneel echoloodweergave....36 Inzoomen op een Panoptix LiveVü of Gesplitst frequentiescherm voor LiveScope sonarweergave....
  • Pagina 7 Een cirkelvormige bewakingszone Instellingen voor installatie van de inschakelen.......... 52 radar............. 56 Een gedeeltelijke bewakingszone Boegcorrectie........56 inschakelen.......... 52 Een aangepaste parkeerstand MARPA............ 52 instellen..........56 Symbolen voor zoeken met MARPA..52 Radarinstellingen voor de laag Mijn boot............56 MARPA-doelen automatisch ontvangen..........52 Een andere radarbron selecteren....
  • Pagina 8 Een Reactor stuurautomaat- Persoonlijke standaardoproepen..... 64 afstandsbediening koppelen met een Een DSC-kanaal selecteren....64 kaartplotter........... 60 Een persoonlijke standaardoproep De functies van de knoppen van de uitvoeren..........64 Reactor stuurautomaat- Een individuele routineoproep voor een afstandsbediening wijzigen....60 AIS-doel..........64 De software voor de afstandsbediening Meters en grafieken......
  • Pagina 9 Informatie over getijden, stromingen De DAB-tunerregio instellen....71 Zoeken naar DAB-stations....71 en zon en maan........68 Een ander DAB-station kiezen..... 71 Informatie van getijdenstation....68 Een DAB-station in een lijst Informatie van stromingenstation..... 68 selecteren......... 71 Zon- en maanstanden......69 Een DAB-station selecteren in een Gegevens van getijdenstation, categorie...........
  • Pagina 10 Gegevens over de weersverwachting Een videocamera met gebaren voor een andere tijdsperiode bedienen........... 78 weergeven..........74 De videoweergave configureren....79 Weerfronten en drukcentra....74 Garmin VIRB® actiecamera's....79 Verwachtingen voor steden....75 Een VIRB 360 actiecamera Viskaartgegevens weergeven....75 aansluiten..........79 Zeegang weergeven........
  • Pagina 11 95 delen............ 90 Mijn toestel maakt geen via-punten op de Een bestandstype selecteren voor juiste locatie..........95 waypoints en routes van andere Contact opnemen met Volvo Penta leveranciers..........90 Support............ 96 Gebruikersgegevens van een Specificaties..........96 geheugenkaart kopiëren......91 NMEA 2000 PGN informatie....
  • Pagina 13 • Knijp twee vingers samen om uit te zoomen. downloaden. Tevens vindt u daar de contactgegevens • Spreid twee vingers uit elkaar om in te zoomen. van de Volvo Penta ondersteuning voor als u vragen hebt. Schermknoppen De dichtstbijzijnde Volvo Penta dealer vindt u via de geïntegreerde dealer locator in de Glass Cockpit of op...
  • Pagina 14 Het aanraakscherm vergrendelen en ontgrendelen Knop Functie U kunt het aanraakscherm vergrendelen om te voorkomen dat u per ongeluk op het scherm tikt en Hiermee verwijdert u schermpictogrammen en functies activeert. wordt het scherm op de boot gecentreerd 1 Selecteer >...
  • Pagina 15 GPS-positie. U kunt de nieuwste gebruikershandleiding en vertaalde versies daarvan downloaden van de Volvo Penta website. 1 Het toestel inschakelen. 1 Ga naar garmin.com/manuals/VolvoGlassCockpitA7. 2 Wacht terwijl het toestel satellieten zoekt.
  • Pagina 16 Pagina's aanpassen Alle opties in de menubalk aan de onderkant van het startscherm zijn zichtbaar op alle andere schermen, De lay-out van een SmartMode pagina of combinatie- behalve de knop Instellingen. De knop Instellingen is pagina aanpassen alleen toegankelijk vanaf het startscherm. U kunt de lay-out van en de weergave van gegevens op TIP: Als uw startscherm is aangepast door de fabrikant de combinatiepagina's en in de SmartMode lay-outs...
  • Pagina 17 4 Selecteer de afbeelding. 3 Selecteer een functie voor het venster. 5 Selecteer Stel in als beginafbeelding. 4 Herhaal deze stappen voor elk venster op de pagina. De nieuwe afbeelding wordt weergegeven en vervolgens 5 Sleep de pijlen om de venstergrootte aan te passen. wordt de kaartplotter ingeschakeld.
  • Pagina 18 Lay-out van stations resetten U kunt de lay-out van dit station herstellen naar de fabrieksinstellingen. Selecteer Instellingen > Systeem > Stationsgegevens > Reset lay-outs. Voorinstellingen Een voorinstelling is een verzameling instellingen waarmee u het scherm of de weergave kunt optimaliseren. U kunt specifieke voorinstellingen gebruiken om groepen instellingen te optimaliseren voor uw activiteiten.
  • Pagina 19 De kleurmodus aanpassen 1 Selecteer Instellingen > Systeem > Geluiden en ActiveCaptain rollen scherm > Kleurmodus. In hoeverre u met het GLASS COCKPIT toestel kunt TIP: Selecteer > Kleurmodus vanuit een communiceren via de ActiveCaptain app is afhankelijk willekeurig scherm om de kleurinstellingen te openen.
  • Pagina 20 Het wordt Voordat uw GLASS COCKPIT toestel meldingen kan aangeraden, maar het is niet nodig de kaart te ontvangen, moet u het verbinden met uw mobiele toestel formatteren.
  • Pagina 21 GLASS COCKPIT scherm. U kunt de meldingen openen De installatie kan enkele minuten duren. en beheren vanaf het scherm ActiveCaptain. 1 Verbind het mobiele toestel met het GLASS COCKPIT 1 Selecteer ActiveCaptain > Smartphone meldingen > toestel (Aan de slag met de ActiveCaptain app, Berichten.
  • Pagina 22 Communicatie met draadloze kaartplotter te selecteren die zich dichter bij uw mobiele toestel bevindt. toestellen 1 Selecteer Instellingen > Communicatie > Wi-Fi Met de kaartplotters kunt u een draadloos netwerk netwerk > Geavanceerd > Wi-Fi host. opzetten, waar draadloze toestellen een verbinding mee 2 Volg de instructies op het scherm.
  • Pagina 23 De oriëntatie van de windsensor wijzigen OPMERKING: U kunt een Garmin Nautix toestel U dient deze instelling aan te passen als de sensor niet verbinden met meerdere compatibele toestellen voor een naar de voorzijde van de boot is gericht, exact parallel betere dekking op grotere boten.
  • Pagina 24 of kanalen en komt van pas bij het binnenvaren en Pictogram Beschrijving verlaten van onbekende havens of ankerplaatsen. Fish Eye 3D: Geeft een panoramisch onderwaterbeeld Luchtfoto beschikbaar met visuele weergave van de zeebodem op basis van de kaartinformatie. Als er een sonar-transducer is Perspectieffoto beschikbaar aangesloten, worden zwevende doelen (zoals vissen) aangeduid met rode, groene en gele bollen.
  • Pagina 25 routebegeleiding of om de juiste vaarwegen te herkennen, route vrij is van obstakels en dat deze diep genoeg is. Let en zijn niet bedoeld om precies te worden gevolgd. Neem tijdens het volgen van de koers altijd goed op en vermijd altijd de navigatiekenmerken en omstandigheden op het land, ondiep water en andere obstakels die u onderweg water in acht als u navigeert om te voorkomen dat u aan...
  • Pagina 26 Informatie van een getijdenstation weergeven Kleur Snelheidsbereik van de stroming WAARSCHUWING Geel 0 tot 1 knoop Informatie over getijden en stromingen is uitsluitend bedoeld ter informatie. Het is uw verantwoordelijkheid om Oranje 1 tot 2 knopen alle aanwijzingen met betrekking tot water in acht te Rood 2 of meer knopen nemen, zich bewust te blijven van de omgeving en te...
  • Pagina 27 OPMERKING: In sommige gebieden is deze functie Symbool Beschrijving beschikbaar bij premiumkaarten. symbool voor het weggevallen object van de U kunt zich met behulp van luchtfoto's van kaart of de 3D-kaartweergave. oriëntatiepunten, jachthavens en havens op de omgeving oriënteren of uzelf voor aankomst alvast vertrouwd maken Gevaarlijk object binnen bereik.
  • Pagina 28 Wanneer er door een geactiveerd AIS-doel informatie vaartuigen te voorkomen. Deze zone kan worden over de koers over de grond, de voorliggende koers of de aangepast. richting van de koerswijziging wordt aangeleverd, wordt 1 Selecteer Instellingen > Alarmen > Aanvar.alarm > de geprojecteerde koers van het object berekend op basis Aan.
  • Pagina 29 Symbool Betekenis Symbool Beschrijving over de uitzending weer te geven en de Echte of synthetische ATON: Westelijk navigatie te starten. topteken Echte of synthetische ATON: Speciaal Uitzending weggevallen. topteken Testuitzending. Wordt weergegeven als het Echte of synthetische ATON: Veilig topteken noodsignaaltoestel van een vaartuig wordt getest.
  • Pagina 30 Lagen: Hiermee past u de presentatie van de Getijden & stromingen: Toont indicators van verschillende elementen op de kaarten aan stromingenstations en getijdenstations op de kaart (Kaartlagen, pagina 18). (Indicaties voor getijden en stromingen weergeven, pagina 14) en schakelt de schuifregelaar voor getijden Quickdraw Contours: Schakelt het tekenen van en stromingen in, waarmee u de tijd kunt instellen voor bodemcontouren in en laat u labels voor viskaarten...
  • Pagina 31 Leylijninstellingen Selecteer Menu > Lagen > Overige schepen op een Sluit een windsensor aan op de kaartplotter om de kaart. leylijnfuncties te gebruiken. DSC: Hiermee stelt u in hoe DSC-schepen en -sporen op In de zeilmodus (Het type boot instellen, pagina 6) kunt u de kaart worden weergegeven.
  • Pagina 32 Instellingen voor de radaroverlay bereiken instellen om te kunnen zien hoe snel de bodemdiepte binnen een bepaald dieptebereik verandert. Selecteer Menu > Lagen > Radar > op de navigatie- U kunt maximaal tien dieptebereiken instellen. Als u in of viskaart. binnenwater vist, blijft de kaart overzichtelijker als u Selecteer in een radarscherm Menu.
  • Pagina 33 Wereldkaart: Gebruikt een normale wereldkaart of een gearceerde reliëfkaart voor de kaart. Het verschil tussen deze twee kaarten is alleen zichtbaar als zodanig is uitgezoomd dat de gedetailleerde kaarten niet meer worden weergegeven. Startlijn: Hiermee stelt u de startlijn voor de zeilrace in (De startlijn instellen, pagina 32).
  • Pagina 34 1 Ga naar connect.garmin.com. 1 Open de ActiveCaptain app op uw mobiele toestel en 2 Selecteer Aan de slag > Quickdraw community > maak verbinding met het GLASS COCKPIT toestel Aan de slag. (Aan de slag met de ActiveCaptain app, pagina 3 Als u geen Garmin Connect account hebt, maak er 2 Selecteer Quickdraw community in de app.
  • Pagina 35 ActiveCaptain app (Via ActiveCaptain verbinden met de Groen geeft een goede diepte, een goede GPS-positie Garmin Quickdraw community, pagina 22). en een snelheid van minder dan 16 km/u (10 mijl/u) aan. Geel geeft een goede diepte, een goede GPS- 1 Plaats de geheugenkaart in uw computer. positie en een snelheid tussen 16 en 32 km/u (tussen 2 Ga naar de Garmin Quickdraw Community (Via...
  • Pagina 36 Route naar (Een route vanaf Een Volvo Penta dealer zoeken gebruikmaakt van mijn uw huidige locatie maken en Selecteer Info > Diensten > Volvo Penta-dealers. stuurautomaat? navigeren, pagina 26). Een directe koers instellen en volgen met behulp van Als u beschikt over premium-...
  • Pagina 37 Een SOS-locatie markeren U kunt een directe koers uitzetten en deze volgen vanaf uw huidige positie naar een geselecteerde bestemming. U kunt een SOS- of MOB-locatie (Man-over-boord) markeren. 1 Selecteer een bestemming (Bestemmingen, pagina 24). 1 Houd SOS gedurende één seconde ingedrukt. 2 Selecteer Navigeren naar >...
  • Pagina 38 3 Selecteer Verplaats. 5 Controleer de koers die met de magenta lijn wordt aangegeven. 4 Geef een nieuwe locatie voor het waypoint aan: OPMERKING: Als u de functie Auto Guidance • Als u tijdens het weergeven van een kaart het gebruikt, geeft een grijs gedeelte op de magenta lijn waypoint wilt verplaatsen, selecteert u Gebruik aan dat de functie Auto Guidance een deel van de...
  • Pagina 39 Een route maken en opslaan 3 Selecteer Navigeren naar. U kunt maximaal 250 koerswijzigingen in een route 4 Selecteer een optie: opnemen. • Selecteer Vooruit om de route te navigeren vanaf 1 Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Routes en het beginpunt dat is gebruikt bij het maken van de Auto Guidance paden >...
  • Pagina 40 8 Volg de magenta lijn langs elk traject van de route, hetgeen kan resulteren in schade aan het vaartuig, vermijd land, ondiep water en andere obstakels. persoonlijk letsel of overlijden. 9 Wanneer u van de koers bent afgeweken, volg dan de OPMERKING: In sommige gebieden is Auto Guidance paarse lijn (gecorrigeerde koers) om naar uw beschikbaar bij premiumkaarten.
  • Pagina 41 De uitvoering van een Auto Guidance berekening Guidance route wordt mogelijk verplaatst als u deze annuleren instelling tijdens het navigeren wijzigt. De voor deze instelling beschikbare waarden zijn relatief in plaats Selecteer in de navigatiekaart Menu > Annuleer. van absoluut. Om ervoor te zorgen dat de Auto TIP: U kunt Terug selecteren om de berekening snel te Guidance lijn op de juiste afstand van de kust wordt annuleren.
  • Pagina 42 Een lijst met opgeslagen sporen weergeven 8 Selecteer een optie: Selecteer Info > Gebruikersgegevens > Sporen > • Als u tevreden bent met de plaatsing van de Auto Opgeslagen sporen. Guidance-lijn, selecteert u Menu > Navigatieopties > Navigatie stoppen en gaat u verder met stap 10. Een opgeslagen spoor bewerken •...
  • Pagina 43 Het actieve spoor volgen in tegengestelde richting Grenzen Het spoor dat momenteel wordt geregistreerd, wordt het Met Grenzen kunt u gebieden op het wateroppervlak actieve spoor genoemd. markeren die u wilt vermijden of niet wilt verlaten. U kunt een alarm instellen dat u waarschuwt als u een 1 Selecteer Info >...
  • Pagina 44 instellen rond uw jachthaven en automatisch de Afmeren racetimer combineert met de virtuele startlijn, meet het lay-out laten weergeven als u de jachthaven nadert. toestel uw snelheid, koers en de resterende afteltijd. Het toestel gebruikt deze gegevens om aan te geven of uw 1 Selecteer Info >...
  • Pagina 45 4 Selecteer Terug. Getijdecorrectie: Hiermee corrigeert u de leylijnen op basis van het getijde. 5 Start de racetimer (De racetimer starten, pagina 33). Leylijn-filter: Filtert de leylijngegevens gebaseerd op de De racetimer starten ingevoerde tijdsinterval. U moet een hoger getal De racetimer wordt standaard toegevoegd aan het invullen als u een vloeiendere leylijn wilt krijgen, zeilracecombinatievenster.
  • Pagina 46 4 Selecteer Zeilen. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar als u over geldige dieptegegevens beschikt. 5 Selecteer de polaire gegevens die u wilt weergeven in het gegevensveld. 1 De afstand meten: • Als u de bootsnelheid van de polaire tabel wilt •...
  • Pagina 47 OPMERKING: Wanneer de kaartplotter is aangesloten op uw boot in het water bedoeld. U kunt de powertrim een compatibele Volvo Penta motor die de aanpassen om een andere vorm of een ander formaat watersportfunctie ondersteunt, kunt u de kaartplotter niet kielzog te produceren.
  • Pagina 48 De ballasttankniveaus aanpassen De Bootlading U kunt de hoeveelheid water in uw ballasttanks U kunt de functie Bootlading gebruiken als uw boot zwaar aanpassen om meer of minder kielzog te creëren voor beladen is en in de modus Surf links of Surf rechts niet watersporten.
  • Pagina 49 geeft de diepte van de waargenomen objecten weer, terwijl het scherm van rechts naar links schuift. Dieptegegevens Zwevende doelen of vissen Garmin SideVü ™ sonarweergave Niet alle modellen hebben ingebouwde Garmin SideVü Bodem van het water echoloodondersteuning. Als uw model geen ingebouwde SideVü...
  • Pagina 50 Panoptix beelden van onder de boot in bewegende echoloodweergave Afstanden meten op het echoloodscherm Boot U kunt de afstand tussen twee punten in de SideVü echoloodweergave meten. Bereik 1 Selecteer in een SideVü echoloodweergave 2 Selecteer een locatie op het scherm. Sporen 3 Selecteer Meet.
  • Pagina 51 Kleurlegenda Kleurlegenda Boot Boot Ping-indicator Bereik Bodem Bodem Structuur Bereik RealVü 3D Down sonarweergave FrontVü echoloodweergave In deze sonarweergave worden driedimensionale beelden De Panoptix FrontVü echoloodweergave vergroot uw getoond van wat zich onder de transducer bevindt. U kunt kennis van de situatie door obstakels onder water te deze weergave als u stilligt gebruiken om alles rondom tonen, tot maximaal 91 meter (300 feet) voor de boot.
  • Pagina 52 Deze functie is mogelijk niet op alle modellen transducers op uw boot zijn geïnstalleerd. Op bijvoorbeeld beschikbaar. een GLASS COCKPIT toestel dat achterin de boot is geïnstalleerd, kunt u de sonargegevens bekijken van een Viszoeker met echolood...
  • Pagina 53 GLASS COCKPIT toestel en Garmin ClearVü signaal wilt verlagen, kunt u de kleurversterking of het transducer die voorin de boot zijn geplaatst. contrast verlagen. Bij het delen van sonargegevens worden de waarden van 1 Selecteer in een sonarweergave Menu.
  • Pagina 54 Het zoomniveau instellen op het sonarscherm In de meeste situaties biedt de instelling Standaard een goede balans tussen een snel schuivende afbeelding en 1 Selecteer vanuit een sonarweergave Menu > Zoom > minder vertekende doelen. > Modus. 1 Selecteer in een sonarweergave Menu > 2 Selecteer een optie: Echoloodinstelling >...
  • Pagina 55 interferentie van het scherm te verwijderen. U kunt Toont zwevende doelen als symbolen en interferentie het beste verwijderen door de achtergrondsonarinformatie. installatieproblemen op te lossen die de ruis veroorzaken. Toont zwevende doelen als symbolen met dieptegegevens en achtergrondsonarinfor- Kleurlimiet: Hiermee kunt u een gedeelte van het matie.
  • Pagina 56 Sonaralarmen het dieptebereik van het geselecteerde gebied, dat mogelijk niet tot de bodem is ingesteld. Het gebruik van WAARSCHUWING shift kan invloed hebben op de schuifsnelheid, omdat De sonaralarmfunctie is alleen een hulpmiddel voor gegevens buiten het dieptebereik van het situationeel bewustzijn en voorkomt misschien niet onder geselecteerde gebied niet worden verwerkt.
  • Pagina 57 Hogere frequenties maken gebruik van smallere bundels toestel te gebruiken in overeenstemming met alle en zijn daarom beter voor snelle weergave en bij een toepasselijke wetten en verordeningen. ruwe zee. De weergave van bodem en thermoclines 1 Selecteer in een sonarweergave Menu > Frequentie. (inversielagen) kan beter zijn wanneer u een hogere 2 Selecteer een frequentie die is afgestemd op uw frequentie gebruikt.
  • Pagina 58 OPMERKING: De scrolgeschiedenis wordt verborgen als Versterking: Hiermee kunt u het detailniveau en de ruis het scherm in de zoommodus staat. die op het sonarscherm wordt weergegeven, aanpassen. 1 Spreid twee vingers uit elkaar om in te zoomen op het gebied in een Panoptix LiveVü...
  • Pagina 59 U kunt de zendhoek van de transducer wijzigen om de koste van het onderscheid tussen bodemreflecties. U transducer te richten op een bepaald gebied. Bijvoorbeeld kunt een lagere kleurversterkingswaarde selecteren om een bal aas te volgen of om een boom in beeld te voor doelen die zich dichter bij de bodem bevinden, brengen die u passeert.
  • Pagina 60 Dieptebereik: Hiermee kunt u het bereik van de Ruisonderdrukking: Vermindert ruis en interferentie en diepteschaal aanpassen. probeert signalen te verwijderen die niet afkomstig zijn van doelen in het water. Als u toestaat dat het toestel het bereik automatisch aanpast, wordt de bodem weergegeven in het onderste Ghost afwijzen: Vermindert het aantal 'ghost-beelden'.
  • Pagina 61 Bundelpict.: Hiermee selecteert u het pictogram dat Kalibreer kompas: Kalibreert het interne kompas in de wordt gebruikt om de richting van de transducerbundel Panoptix transducer (Het kompas kalibreren, weer te geven. pagina 49). Bundeloverlay: Maakt een omtrek mogelijk om aan te Dit geldt voor Panoptix transducers met een intern geven waar de transducers ten opzichte van elkaar zijn kompas zoals de PS21-TR transducer.
  • Pagina 62 OPMERKING: Kompaskalibratie is alleen beschikbaar voor transducers met een intern kompas, zoals de PS21- TR transducer. U kunt uw boot alvast draaien voordat u begint te kalibreren, maar tijdens het kalibreren moet uw boot 1,5 keer volledig roteren. 1 Selecteer Menu > Echoloodinstelling > Installatie in een geschikte sonarweergave.
  • Pagina 63 gelegenheid om te controleren of de omgeving van de ontvangen. Als het bereik groter wordt, zendt de radar radar vrij is, voordat u met de radartransmissie begint. langere pulsen uit om verre objecten te kunnen bereiken. Objecten die dichterbij zijn, zoals vooral regen en golven, 1 Schakel de kaartplotter uit en sluit de radar aan zoals weerkaatsen ook de langere pulsen en dat geeft ruis op beschreven in de installatie-instructies van de radar.
  • Pagina 64 tag aan een object toewijzen. De radar volgt automatisch het gelabelde object en geeft u informatie over dat object, waaronder het bereik, de peiling, snelheid, GPS-koers, het moment waarop dat object het dichtst bij u was en het tijdstip daarvan. MARPA geeft de status van elk gelabeld object aan (zoeken, verloren, volgen of gevaarlijk) en de kaartplotter kan een waarschuwingssignaal geven als het object uw veiligheidszone binnenkomt.
  • Pagina 65 Een MARPA-tag van een doelobject verwijderen huidige positie van uw schip begint en de VRM snijdt. Het snijpunt is het doel van de VRM en de EBL. 1 Selecteer vanaf het radarscherm een MARPA-doel. De VRM en de EBL tonen en aanpassen 2 Selecteer MARPA-doel >...
  • Pagina 66 De echosporen wissen 4 Als er zich boten of andere objecten binnen het bereik U kunt de echosporen op het radarscherm wissen om de van uw schip bevinden, selecteer dan Achter om de schermweergave overzichtelijker te maken. versterking te verlagen totdat de objecten gaan knipperen.
  • Pagina 67 heeft meer invloed op de weergave van ruis en objecten detectie van consistente doelen te verbeteren. Middelen in de buurt van uw schip dan op de weergave van ruis en is het meest effectief bij gebruik van een langer bereik. objecten op grotere afstand.
  • Pagina 68 De mogelijke boegcorrectie meten om de vernieuwingsfrequentie te verhogen. In sommige situaties draait de radar automatisch op de De boegcorrectie compenseert de fysieke locatie van de normale snelheid om detectie te verbeteren, radarscanner op het schip als de radarscanner niet op bijvoorbeeld als een groter bereik is gekozen of één lijn ligt met de boegas.
  • Pagina 69 Voorkom gevaarlijke navigatie en 2 Selecteer de gewenste optie, Ingebouwd of GPSMAP zorg ervoor dat het roer nooit onbemand is. Volvo Penta. Wees altijd in staat om snel de handmatige besturing van Een van deze opties verschijnt als de DPS-antenne uw boot over te nemen.
  • Pagina 70 De spaarstand instellen De koers aanpassen met het roer Het is mogelijk om het niveau van roeractiviteit aan te OPMERKING: U moet de functie Shadow Drive passen. inschakelen voordat u de koers kunt aanpassen met het roer (Shadow Drive inschakelen, pagina 58).
  • Pagina 71 Het zigzagpatroon instellen en volgen U kunt de afstand tussen elke cirkel in de spiraal instellen. Met het zigzagpatroon kunt u de boot van bakboord naar De standaard afstand tussen cirkels is 20 m (50 ft.). stuurboord en weer terug sturen, gedurende een 1 Selecteer in het stuurautomaatscherm Menu >...
  • Pagina 72 De software voor de afstandsbediening van de • Draai in de stapsgewijze koerswijzigingsmodus aan de Reactor stuurautomaat bijwerken knop om te sturen. U kunt de software voor de afstandsbediening van de Elke draai aan de knop zorgt voor een Reactor stuurautomaat bijwerken met behulp van de koerswijzgingsstap van 1 graad.
  • Pagina 73 opbergen of aanbrengen van de motor kan letsel tot gevolg hebben. U kunt de Force elektrische motor verbinden met de Accustatus trollingmotor. kaartplotter om de motor te bekijken en te bedienen met de kaartplotter. Schakelt de schroef in en uit. Verbinden met een trollingmotor U kunt de kaartplotter draadloos verbinden met een Verlaagt de snelheid.
  • Pagina 74 De boegcorrectie instellen ongeacht de drift. De optie Ga naar probeert in een rechte lijn in de gewenste richting te navigeren. Het kan zijn dat de trollingmotor niet is uitgelijnd met de middenlijn van uw boot, dit is afhankelijk van de Aankomstmod.: Hiermee stelt u het gedrag van de installatiehoek.
  • Pagina 75 DSC inschakelen verbonden met het netwerk, vraagt uw kaartplotter u een MOB-manoeuvre uit te voeren naar dit punt. Selecteer Instellingen > Overige schepen > DSC. Als u de noodoproep voor man-over-boord annuleert via DSC-lijst de marifoon, verdwijnt het kaartplotterscherm waarin u wordt gevraagd te navigeren naar het punt waarop de De DSC-lijst is een overzicht van de meest recente DSC- persoon van boord is gevallen.
  • Pagina 76 Informatie in een positiemelding bewerken 3 Selecteer Bekijk > Oproepen met radio > Kanaal. 1 Selecteer Info > DSC-lijst. 4 Selecteer een beschikbaar kanaal. 2 Selecteer een oproep met een positiemelding. Een persoonlijke standaardoproep uitvoeren 3 Selecteer Bekijk > Wijzigen. OPMERKING: Als u een oproep start vanaf de •...
  • Pagina 77 De grenzen van de motormeter en de brandstofmeter aanpassen U kunt de onder- en bovenlimiet en het bereik van de gewenste standaardwerking van een meter instellen. OPMERKING: Niet alle opties zijn beschikbaar voor alle meters. 1 Selecteer in een geschikt meterscherm Menu > Metergrenzen instellen.
  • Pagina 78 Als de kaartplotter is verbonden met een compatibele boot. Pitch is de voorwaartse en achterwaartse EVC 2.0 Volvo Penta motor, kunt u informatie over de beweging van uw boot op de middenas van uw boot, ten motor bekijken. opzichte van het wateroppervlak. Roll is de zijdelingse beweging van uw boot op de middenas.
  • Pagina 79 Een inReach vooraf ingesteld bericht verzenden Wanneer de kaartplotter is aangesloten op een compatibele Volvo Penta motor en de installatie is Vooraf ingestelde berichten zijn berichten die u hebt voorzien van een Volvo Penta Easy Connect interface, opgesteld op explore.garmin.com. Vooraf ingestelde...
  • Pagina 80 Dometic Optimus functies ® ® SeaStation ® positie vasthouden Wanneer de kaartplotter is aangesloten op een compatibel Optimus systeem, kunt u het systeem openen SeaStation vaste voorliggende koers en bedienen. U kunt de Optimus overlay inschakelen om het Optimus systeem te bedienen (De Optimus overlaybalk activeren, pagina 68).
  • Pagina 81 Waarschuwingsbeheer allen tijde een veilig oordeel in, op en rondom water te vellen. Als u zich niet aan deze waarschuwing houdt, kan Tijdens een actieve waarschuwing verschijnt er een dit leiden tot schade aan eigendommen en ernstig indicator op de knop Info op de menubalk. persoonlijk of dodelijk letsel.
  • Pagina 82 Mediaspeler-pictogrammen Nummers in willekeurige volgorde afspelen OPMERKING: Niet alle toestellen beschikken over deze 1 Selecteer in het mediascherm Menu > Shuffle. pictogrammen. 2 Selecteer indien nodig een optie. Pictogram Beschrijving Deelnemen aan het Fusion PartyBus ™ netwerk U kunt muziek afspelen van andere compatibele stereo's Hiermee kunt u kanalen als voorkeuze die op het Fusion PartyBus netwerk zijn aangesloten.
  • Pagina 83 Radio Voorinstelling verwijderen Als u AM- of FM-radio wilt beluisteren, moet op de stereo 1 Selecteer in een mediascherm Voorinstellingen. een geschikte nautische AM/FM-antenne zijn aangesloten 2 Selecteer een voorinstelling in de lijst. en moet het toestel zich binnen bereik van een 3 Selecteer Wis huidig kanaal.
  • Pagina 84 Een DAB-station selecteren in een categorie 3 Neem telefonisch contact op met SiriusXM ondersteuning voor luisteraars op (866) 635-2349 of 1 Selecteer in het DAB-mediascherm Blader > ga naar siriusxm.com/activatenow om u te registreren Categorieën. indien u in de Verenigde Staten woont. Neem 2 Selecteer een categorie in de lijst.
  • Pagina 85 Met de functie Ouderlijk toezicht kunt u de toegang tot 3 Selecteer op het kaartplotter-mediascherm Menu > SiriusXM kanalen beperken, waaronder kanalen voor Installatie > Software bijwerken. volwassenen. Als deze functie is ingeschakeld, moet u 4 Selecteer het toestel dat u wilt bijwerken. een code invoeren om af te kunnen stemmen op een vergrendeld kanaal.
  • Pagina 86 Weerwaarschuwingen en weerberichten OPMERKING: Deze functies is niet op alle toestellen en in alle abonnementen beschikbaar. Wanneer een weerwaarschuwing voor de scheepvaart, een weerwaarneming, weeradvies, weerbericht of andere Informatie over orkanen weervermelding wordt gegeven, geeft arcering het gebied Op de neerslagkaart kan de huidige positie van een aan waarvoor de informatie geldt.
  • Pagina 87 De weerkaart Viskaarten toont informatie die u kan helpen Drukcen- vissoorten te vinden. trumsymb Beschrijving 1 Selecteer Grafieken > Viskaarten. 2 Selecteer zo nodig Menu > Lagen en schakel Geeft een lagedrukcentrum aan. Dit is een informatie in en uit. gebied met een relatief lage luchtdruk.
  • Pagina 88 Informatie over de verwachte zeegang voor een verwachte verandering in het zicht aan de oppervlakte andere tijdsperiode weergeven aan. 1 Selecteer Grafieken > Zeegang. OPMERKING: Deze functies is niet op alle toestellen en in alle abonnementen beschikbaar. 2 Selecteer een optie: Selecteer Grafieken >...
  • Pagina 89 andere kaarten. Deze instellingen moeten voor elke kaart maritieme netwerkkabel met Power over Ethernet (PoE) afzonderlijk worden opgegeven. Isolation Coupler hebben geïnstalleerd. Ga naar garmin.com voor een lijst met compatibele toestellen of OPMERKING: In sommige gebieden is de viskaart om een PoE Isolation Coupler aan te schaffen. beschikbaar bij premiumkaarten.
  • Pagina 90 IR-blend: Hiermee selecteert u het infraroodeffect in de FLIR™ menu: Hiermee krijgt u toegang tot de instellingen modus MSX ® (Multi-Spectral Dynamic Imaging) of de van de camera. modus CTV (Color Thermal Vision ™ ) en kunt u de De camera met een videobron koppelen effecten mengen.
  • Pagina 91 De videoweergave configureren 4 Selecteer indien nodig de Wi-Fi schakelaar om de Wi‑Fi technologie in te schakelen. OPMERKING: Niet alle opties zijn op alle camera- en 5 Druk op om WPS te selecteren en druk op OK. kaartplottermodellen beschikbaar. 6 Selecteer op de kaartplotter OneHelm™ A/V, Meters 1 Selecteer in het videoscherm Menu >...
  • Pagina 92 resolutie wilt zien, moet u de video weergeven op een Selecteer als u de presentatie wilt stoppen Menu > Stop computer of televisie. diavoorstelling. 1 Selecteer OneHelm™ A/V, Meters > VIRB®. Instellingen VIRB actiecamera 2 Selecteer een optie: OPMERKING: Niet alle opties en instellingen zijn van toepassing op alle cameramodellen.
  • Pagina 93 U kunt de knoppenbalk van de VIRB actiecamera toevoegen aan andere schermen. U kunt dan vanuit andere functies op de kaartplotter video-opnamen starten en stoppen. 1 Open het scherm waaraan u de knoppenbalk van de VIRB actiecamera wilt toevoegen. 2 Selecteer Menu > Wijzig overlays > Onderste balk > VIRB balk.
  • Pagina 94 Visuele bumper instellen Onderdeel Beschrijving Informatie De visuele bumper moet in de bird's-eye weergave objecten bij uw zichtbaar zijn voordat u deze kunt aanpassen. boot zijn. 1 Selecteer in het surround view camerascherm Menu > Visuele bumper > U kunt deze 2 Vergroot of verklein de afstand van de zichtbare functie inscha- bumperlijn.
  • Pagina 95 Informatie over systeem en software weergeven schermverlichting automatisch aan te passen op basis van het omgevingslicht. U kunt de softwareversie, de basiskaartversie, alle aanvullende kaartinformatie (indien beschikbaar), de Kleurmodus: Hiermee stelt u in of het toestel dag- of softwareversie van de optionele Garmin radar (indien nachtkleuren weergeeft.
  • Pagina 96 Noordreferentie: Stelt de richtingreferenties in voor het alarmbericht weergegeven wanneer uw boot een van berekenen van de koersinformatie. Waar stelt het deze gebieden binnenvaart. geografische noorden in als de noordreferentie. Grid OPMERKING: In sommige gebieden is Auto Guidance stelt het kaartnoorden in als de noordreferentie (000º). beschikbaar bij premiumkaarten.
  • Pagina 97 Communicatie-instellingen 6 Selecteer een optie: • Als u tevreden bent met de plaatsing van de Auto NMEA 0183 instellingen Guidance-lijn, selecteert u Menu > Navigatieopties Selecteer Instellingen > Communicatie > NMEA 0183- > Navigatie stoppen en gaat u verder met stap 10. instelling.
  • Pagina 98 Het is de Voor meer informatie raadpleeg u de Volvo Penta verplichting van de schipper om het schip veilig te handleiding.
  • Pagina 99 Toespoor: De instelling mag uitsluitend worden gewijzigd opgegeven niveau bereikt. door geautoriseerd personeel van Volvo Penta. 1 Selecteer Instellingen > Alarmen > Brandstof. Snelheidsfactor: Hiermee kunt u de weergegeven 2 Indien nodig selecteert u een aandrijflijn.
  • Pagina 100 De watertemperatuurcorrectie instellen Contact automatisch uit: Hiermee wordt het contact automatisch uitgeschakeld wanneer de motoren De temperatuurcorrectie compenseert de gedurende de geselecteerde tijdsduur zijn temperatuurmeting van een temperatuursensor of uitgeschakeld. transducer met temperatuurmeting. Hull ID Number: Hiermee kunt u het Hull ID Number 1 Meet de watertemperatuur aan de hand van een invoeren.
  • Pagina 101 6 Als de melding zich blijft voordoen, neem dan contact bepaalde richting. op met Volvo Penta Product Support. Joystick stuwkracht: Hiermee kunt u instellen hoe hard Een knop toevoegen de thrusters werken. Voor grotere boten moet mogelijk U kunt knoppen toevoegen aan het systeem.
  • Pagina 102 De fabrieksinstellingen van de kaartplotter • Aankomst herstellen • Krabbend anker OPMERKING: Dit heeft gevolgen voor alle toestellen in • Koersfout het netwerk. • GPS-nauwkeurigheid 1 Selecteer Instellingen > Systeem > • Ondiep water Systeeminformatie > Herstel. • Diep water (niet beschikbaar op de GPSMAP 2 Selecteer een optie: 8400/8600 serie) •...
  • Pagina 103 Als u weer gegevens wilt overzetten met Garmin 3 Registreer indien nodig uw toestel (Uw toestel toestellen, selecteert u het bestandstype ADM. registeren via de Garmin Express app, pagina 92). 4 Klik op Vaartuig > Bekijk details. Gebruikersgegevens van een geheugenkaart 5 Klik op Downloaden naast de kaart die u wilt kopiëren bijwerken.
  • Pagina 104 3 Selecteer indien nodig de geheugenkaart waarop u de ActiveCap- Garmin systeeminformatie wilt opslaan. Functie tain mobiele Express 4 Verwijder de geheugenkaart. desktopapp Een mobiel toestel met Appendix uw Garmin kaartplotter synchroniseren ActiveCaptain en Garmin Express Met de ActiveCaptain en Garmin Express apps kunt u uw Toegang tot de Active- Garmin kaartplotter en andere toestellen beheren.
  • Pagina 105 8 Terwijl de applicatie zoekt, selecteert u indien nodig 13 Nadat het startscherm verschijnt, plaatst u de Meld aan naast Hebt u watersportkaarten of - geheugenkaart in de kaartsleuf. toestellen? aan de onderkant van het scherm. OPMERKING: De instructies voor de update 9 Maak een Garmin account of meld u aan.
  • Pagina 106 Gebruik een lege geheugenkaart voor software-updates. het toestel van stroom voozien met behulp van batterijen, Tijdens het updateproces wordt de inhoud op de kaart de meegeleverde voedingskabel of een NMEA 2000 gewist en wordt de kaart opnieuw geformatteerd. netwerkverbinding. 1 Plaats een geheugenkaart in de kaartsleuf van de Voordat u het GRID toestel kunt koppelen met de computer.
  • Pagina 107 4 Houd Start minimaal zes seconden ingedrukt. worden ingeschakeld, kunt u contact opnemen met Schermafbeeldingen naar een computer kopiëren Volvo Penta productondersteuning. 1 Verwijder de geheugenkaart uit de kaartplotter en Mijn toestel maakt geen via-punten op de juiste plaats deze in een kaartlezer die is aangesloten op locatie een computer.
  • Pagina 108 Max. aantal waypoints 5000 positieformaatinstellingen. Max. aantal routes 4 Maak het via-punt opnieuw. Max. aantal actieve 50.000 punten, 50 opgeslagen Contact opnemen met Volvo Penta Support spoorpunten sporen • Ga naar support.garmin.com voor hulp en informatie, Compatibel met OneHelm ™...
  • Pagina 109 Beschrijving Beschrijving 127505 Vloeistofniveau 129802 AIS, veiligheidsgerelateerd uitgezonden bericht 130060 Label 129808 DSC Call-informatie AIS klasse B “CS” rapport met vaste gegevens, Zenden 129809 deel A Beschrijving AIS klasse B “CS” rapport met vaste gegevens, 129810 deel B PGN-lijst verzenden en ontvangen (groeps- 126464 functie) 130313 Vochtigheid...
  • Pagina 110 Telegram Beschrijving EVC-gegevens NMEA 2000 uitvoer-PGN ontvangen SDMTW MTW: Watertemperatuur Koelmiddeltemperatuur te SDVHW VHW: Watersnelheid en koers hoog Lage oliedruk Ontvangen Laag olieniveau Lage accuspanning Telegram Beschrijving Laag waterniveau koel- middel Diepte Water-in-brandstof- Diepte onder transducer indicator Watertemperatuur Oliedruk transmissie* Olietemperatuur trans- 127493: Transmissiepara- Watersnelheid en koers...
  • Pagina 111 Index dealer 24 GLONASS 83 dieptearcering 18, 19 GPS 95 dieptelog 65, 66 bron 3 digitaal schakelen 67 EGNOS 83 aan-uitknop 1, 2, 7 Digital Selective Calling (DSC) 62, 63 GLONASS 83 aankomstalarm 86 contactpersonen 63 signalen 3 aanraakscherm 1 inschakelen 63, 89 WAAS 83 aanvaringsalarm 16, 89 kanalen 64 GPS-nauwkeurigheid 86 actieve trim 66 persoonlijke standaardoproep 64 grafiek windhoek 65, 66 ActiveCaptain 7, 92 doelzoeken 52 grafiek windsnelheid 65, 66...
  • Pagina 112 Panoptix 38, 39, 45–47 Panoptix LiveScope 40 maateenheden 83 quickdraw 22 PanoptixLiveScope 48 man-over-boord 25, 59, 63 perspectief 40 marifoon 62 radar 50–52, 54, 56, 57 presentatie 43 DSC-kanaal 64 aangepaste parkeerstand 56 ruis 41 noodoproep 63 afstandcirkels 56 schuifsnelheid 48 noodoproepen 63 AIS 53 SideVü 37 persoonlijke standaardoproep 64 beeldveld 56 waypoint 40 MARPA bereik 51 weergaven 36 doelzoeken 52 bewakingszone 52 zoomen 42 gelabeld object 52, 53 bron 56 zwevende doelen 43...
  • Pagina 113 78 configureren 77–79 weergeven 77, 78 viewer voor handleidingen 2 VIRB camera 80 viskaart 12, 76 viszoeker. Zie echolood voltage 86 Volvo Penta dealer 24 voorinstellingen 6, 35, 71, 72 DAB 72 voorkeurgegevensbron 56, 57 voorkeuzes. 35 voorliggende koers, lijn 18, 34 VRM 53 meten 53 tonen 53 waarschuwingsbeheer 69 Waarschuwingsbeheer, berichten 69 WAAS 83...
  • Pagina 114 AB Volvo Penta SE-405 08 Göteborg, Sweden September 2021 Gedrukt in het Verenigd Koninkrijk 190-02360-10_0J...