WAARSCHUWING
• Raak tijdens het ontladen geen
metalen contactpunt van de
ontlaadbus of de laadpoort van
het voertuig aan.
• Stop onmiddellijk met ontladen
als er afwijkingen zijn, zoals
vreemde geur en rook.
• Zie "Oplaadinstructies" voor
veiligheidswaarschuwingen voor
opladen.
• Bewaar het product op een koele
en droge plaats wanneer het niet
in gebruik is.
• Plaats de apparatuur tijdens het
opladen niet in de kofferbak,
onder de voorkant van het
voertuig of in de buurt van de
banden.
• Voorkom bij gebruik van de
apparatuur dat deze door het
voertuig wordt overreden, valt of
wordt vertrapt.
• Laat de apparatuur nooit vallen
en verplaats deze nooit door
direct aan de kabel aan te
trekken. Wees voorzichtig bij het
verplaatsen van de apparatuur.
• Gebruik de oplaadapparatuur
nooit als de kabel van de
stekkerdoos zacht is geworden,
de kabel van de oplaadconnector
versleten is, de isolatielaag
gebarsten is of er andere schade
is ontstaan.
• Gebruik de apparatuur nooit als
de ontlaadconnector of
stekkerdoos is losgekoppeld of
kapot is, of als er tekenen zijn van
oppervlakteschade.
Ontladen
Ontladen
Schakel de antidiefstalmodus van het
●
voertuig uit voordat u gaat ontladen.
Ontgrendel de klepschakelaar van de
●
laadpoort en open vervolgens de
poortdeur en de dop.
Controleer voor het ontladen:
●
Zorg ervoor dat de accucapaciteit
●
van het te ontladen voertuig niet
lager is dan 15%.
Zorg ervoor dat de behuizing van
●
het V2L-aansluitapparaat niet
gebarsten is en dat de stekker vrij
is van roest of obstructies.
Zorg ervoor dat er geen water of
●
vreemd materiaal in de
oplaadpoort zit en dat de metalen
aansluitingen niet beschadigd en
vrij van roest of corrosie zijn.
Niet ontladen als de
●
bovenstaande tweede of derde
conditie wordt gevonden; anders
kan kortsluiting of elektrische
schok leiden tot persoonlijk letsel.
Sluit de ontladingsaansluiting aan:
●
Sluit het V2L-ontladingsapparaat
●
aan op de laadpoort. De indicator
van d epower strip licht op
wanneer de strip stroom krijgt en
klaar is voor gebruik.
Het ontladen start:
●
Nadat de verbinding tot stand is
●
gebracht, begint de ontlading en
wordt de betreffende informatie
weergegeven op het
instrumentenpaneel.
Stoppen met ontladen
Stoppen met ontladen:
●
Koppel de lading los.
●
04
97