Modus
Een modus selecteren: Druk op de
●
modusknop om te schakelen tussen
media-apps, randapparatuur en
vooraf geïnstalleerde audio-/video-
apps van derden.
Claxon
Druk op de claxonknop om te
●
claxoneren en laat los om te stoppen
met claxoneren.
VOORZICHTIG
• Vermijd het te lang indrukken
van de claxon, omdat de claxon
dan beschadigd kan raken.
HERINNERING
• Neem de verkeerswetgeving in
acht en gebruik de claxon
wanneer echt nodig.
Stuurwiel afstellen
Om de positie van het stuurwiel aan te
passen, houdt u het vast en doet u het
volgende:
Duw de stelhendel van het stuurwiel
●
omlaag, stel het stuurwiel in de
gewenste stand af en zet de hendel
vervolgens terug in de
oorspronkelijke stand.
WAARSCHUWING
• Stel het stuur tijdens het rijden
nooit af, omdat dit een risico op
verminderde controle over het
voertuig met zich meebrengt,
wat tot ongelukken kan leiden.
• Beweeg het stuur na het afstellen
op en neer om te controleren of
het goed vergrendeld is.
Instellingen stuurmodus met
elektrische ondersteuning
Het gevoel van stuurbekrachtiging
●
varieert van persoon tot persoon,
net als de evaluatie en behoeften
voor dit gevoel.
Ga op het touchscreen voor
●
infotainment naar
Settings (Voertuiginstellingen) →
Smart Chassis (Slimme chassis) →
Steering mode (Stuurwielmodus)
om te kiezen voor Comfort of Sport.
HERINNERING
• Het is raadzaam de
stuurbekrachtiging in de
sportmodus te zetten als het
stuur licht aanvoelt wanneer het
voertuig op hoge snelheid rijdt.
Schakelaars
Lichtschakelaars
Zet de lichtschakelaar op
lampen uit te schakelen, behalve voor
dagverlichting.
03
→ Vehicle
om alle
69