■
Traffic Jam Assist: Omstandigheden en beperkingen
Het systeem kan onder bijvoorbeeld de volgende omstandigheden rijstrookmarkeringen
mogelijk niet detecteren en daardoor het voertuig niet in het midden van de rijstrook houden:
■
Omgevingsomstandigheden
•
Er is weinig contrast tussen de rijstrookmarkeringen en de rijbaan.
•
Rijden bij slecht weer (regen, mist, sneeuw, enz.).
•
Bij het rijden op besneeuwde of natte wegen.
•
Wanneer de zon laag staat (bijvoorbeeld bij zonsopgang of schemering).
•
Schaduwen van aangrenzende objecten (bomen, gebouwen, vangrails, voertuigen enz.)
lopen parallel aan witte (of gele) strepen.
•
Plotselinge veranderingen tussen licht en donker zoals bij het in- of uitrijden van een tunnel,
of de schaduwen van bomen, gebouwen, enz.
•
Rijden in de nacht of onder donkere omstandigheden, zoals in een tunnel (door slechte
lichtomstandigheden worden rijstrookstrepen of het wegdek mogelijk niet verlicht).
•
Wanneer de rijstrookmarkeringen of het wegdek niet zichtbaar zijn, bijvoorbeeld wanneer
de afstand tot het voorliggende voertuig extreem kort is of op een kruispunt.
•
Er is sprake van een sterke lichtweerkaatsing vanaf het wegdek.
Wordt vervolgd
uuHonda SensinguTraffic Jam Assist
459