■
Schakelen tussen de recirculatie-/frisse-luchtmodus
Raak het pictogram
(recirculatie) aan en wijzig de modus afhankelijk van de
omgevingsomstandigheden.
Recirculatiemodus (controlelampje aan): recirculeert de lucht in het voertuig door het systeem.
Frisse-luchtmodus (controlelampje uit): behoudt de buitenventilatie. Houd het systeem in de
frisse-luchtmodus in normale omstandigheden.
uuKlimaatregelsysteemuAutomatische klimaatregeling gebruiken
1Automatische klimaatregeling gebruiken
Als de hoogspanningsaccu bijna leeg is, kan de werking van
het klimaatregelsysteem afnemen.
Wordt vervolgd
243