Controlelampje
Naam
Waarschuwingslampje
systeemmelding
Controlelampjes
richtingaanwijzers en
alarmknipperlichten
Aan/Knipperend
•
Wordt samen met een zoemer
ingeschakeld wanneer een probleem
wordt geconstateerd. Tegelijkertijd
wordt een systeemmelding
weergegeven op de interface voor
bestuurdersinformatie.
•
Knippert wanneer u de
richtingaanwijzerschakelaar bedient.
•
Knippert samen met alle
richtingaanwijzers wanneer u de
alarmknipperlichtschakelaar indrukt.
•
Knippert samen met alle
richtingaanwijzers wanneer u het
rempedaal intrapt terwijl met hoge
snelheid wordt gereden.
Uitleg
•
Druk, terwijl het controlelampje brandt, op de knop
selecteer Informatie om het bericht opnieuw te bekijken.
Display wijzigen
2
BLZ. 139
•
Raadpleeg de informatie over controlelampjes in dit hoofdstuk
wanneer er een systeemmelding op de interface voor
bestuurdersinformatie verschijnt. Onderneem de vereiste actie voor
de weergegeven melding.
•
De interface voor bestuurdersinformatie keert niet terug naar het
normale scherm, tenzij de waarschuwing wordt geannuleerd of de
knop
(Home) wordt ingedrukt.
•
Knippert niet of knippert snel - Laat uw voertuig door een
dealer controleren.
Noodstopsignaal
2
BLZ. 489
uuControlelampjesu
(Home) en
Wordt vervolgd
115