NODIGE RIJVAARDIGHEID EN PRAKTIJKOEFENINGEN
Aanwijzingen
Deze oefening lijkt sterk op eerdere
oefeningen, maar deze keer moet
u hoger schakelen op de rechte
stukken en op het einde ervan tot
stilstand komen. Deze oefening
voert u het best uit op de rijwegen
naast de parkeerplaatsen.
7a) Het gebruik van de
versnellingsschakelaar oefenen
bij stilstand
Begin met een stilstaand voertuig.
Oefen het schakelen met één ver-
snelling tussen achteruit, neutraal
en eerste. Oefen dan met:
-
Twee versnellingen verspringen
van achteruit naar eerste
-
Twee versnellingen verspringen
van eerste naar achteruit
-
Herhaal dit tot u het onder de
knie hebt.
7b) Hoger schakelen van eerste
naar tweede versnelling
-
Versnel in de rechte lijn naar
een toerental van 3.000
OMW/MIN.
-
Duw de versnellingsschakelaar
naar voren om naar tweede
versnelling te schakelen. U
hoeft het gas niet los te laten
als u schakelt.
-
Als u dit onder de knie hebt en
voldoende ruimte hebt, kunt u
de gas bijregelen om sneller te
gaan in tweede versnelling.
Naar het einde van de rechte lijn
toe tot stilstand komen:
-
Laat de gashendel los
-
Rem
-
Het voertuig schakelt automa-
tisch lager naarmate de snelheid
afneemt. U kunt ook handmatig
lager schakelen door de versnel-
lingsschakelaar naar u toe te
trekken.
82
1. Start
2. Schakel in zijn tweede bij25 km/h
3. Stop
7c) Oefen, als er voldoende
ruimte voor is, het
terugschakelen naar eerste
terwijl u rijdt
Op de rechte lijn:
-
Trek de versnellingsschakelaar
naar u toe zonder de gashendel
los te laten.
-
U zult voelen dat de motor
sterker afremt als u lager scha-
kelt zonder gas te geven.
7d) Overige versnellingen
Als er voldoende ruimte voor is
kunt u ook naar en uit hogere ver-
snellingen schakelen. Volg dezelfde
procedure en schakel telkens één
versnelling hoger of lager.
OPMERKING: Door terwijl u lager
schakelt wat gas bij te geven kunt
u het toerental wat helpen opvoe-
ren zodat het beter bij de snelheid
past en het lager schakelen vlotter
gaat. Als u bij het schakelen naar