De schakelaar heeft twee standen
en moet in de rijstand staan voor-
dat u de motor kunt starten. Met
deze schakelaar kunt u de motor
op elk moment uitschakelen zonder
dat u de handen van het stuur moet
nemen.
7) Knipperlichtschake-
laar
De waarschuwingsknop bevindt
zich rechts bovenaan het stuur.
De knop neerduwen om de knipper-
lichten in of uit te schakelen.
8) Achteruitrijknop
De achteruitrijknop bevindt zich
links bovenaan het stuur.
De achteruitrijknop bevindt zich bij
de linkerhandgreep.
Houd de achteruitrijknop ingedrukt
zodat u in achteruit kunt schakelen.
Raadpleeg ACHTERUITRIJDEN IN
BASISPROCEDURES voor nadere
aanwijzingen.
De achteruitrijlichten gaan branden
als het voertuig in achteruit staat.
SECUNDAIRE BEDIENINGSELEMENTEN
9) BRP Connect-knop
De BRP Connect-knop bevindt zich
links achteraan het stuur.
OPMERKING: De BRP Connect-
knop wordt gebruikt voor snelle
toegang tot BRP Connect. Bij elke
klik wordt gewisseld tussen de
app-weergave en functie-weergave
van de multifunctionele meter.
10) Dimschakelaar
De dimschakelaar bevindt zich links
bovenaan het stuur.
Het volgende pictogram verschijnt
op de digitale display wanneer de
koplampen worden ingeschakeld.
Koplamppicto-
grammen
De schakelaar dient om de koplam-
pen op dimlichten of grootlichten
te zetten. De koplampen gaan auto-
matisch aan als de motor 800
OMW/MIN bereikt en gaan een 20-
27