NODIGE RIJVAARDIGHEID EN PRAKTIJKOEFENINGEN
Tips voor extra oefeningen
-
Als draaien in één richting vlot
gaat, probeer dan in de omge-
keerde richting rond het par-
cours te rijden. Let op dat u niet
ongewild meer gas bijgeeft ter-
wijl u links draait.
-
Stop midden in de bocht om te
zien wat gebeurt als u remt in
een bocht of in een draai.
5) Snel stoppen
Doel
-
Vertrouwd raken met het rem-
vermogen van het voertuig.
-
Leer de maximale remkracht
toepassen.
Aanwijzingen
Deze oefening lijkt op de vorige
oefeningen, maar u gaat harder en
harder remmen tot u zo hard moge-
lijk remt. Het antiblokkeerremsys-
teem of ABS (Antilock Braking Sys-
tem) zorgt ervoor dat de wielen niet
blokkeren en helpt u de controle
over het stuur te bewaren als u
maximaal remt. Laat de gashendel
altijd volledig los om snel te stop-
pen. Als u tegelijk remt en gas
geeft, neemt uw remafstand toe.
-
Start aan één kant van de rechte
lijn en versnel tot 8 km/h.
Een beetje verder op de rechte
lijn, laat u het gas volledig los
en remt bruusk. U mag niet
pompend remmen want het
ABS-systeem voorkomt dat de
wielen blokkeren.
-
Houd het hoofd rechtop en de
ogen vooruit, houd het stuur
recht en laat de rem niet los tot
u helemaal stilstaat.
-
Herhaal deze oefening, voer
geleidelijk uw snelheid en rem-
kracht op.
80
1. Start
2. Stop
Tips voor extra oefeningen
-
Oefen het u in de spiegels kij-
ken voordat u hard remt.
6) Slalom
Doel
-
Ervaring opbouwen in de bestu-
ring van het voertuig en de rij-
houding.
Aanwijzingen
6 m Slalom 6 m
1. Slalom tussen de bakens /
kruispunten van de parkeerplaat-
sen door. Houd uw snelheid in
eerste instantie laag terwijl u de
richtingsveranderingen gewend
raakt.
2. Hel in iedere bocht over en draai
het stuur in de gewenste rijrich-
ting door aan de handgrepen te
trekken en te duwen.