8. Druk op OK. De knop OK wordt inactief als er ten minste één conflict
optreedt.
Assayspecificaties aanpassen
Afhankelijk van de assaydefinitie is het mogelijk om bepaalde assayspecificaties aan te passen
voor de run die wordt gedefinieerd.
Opmerking: voor assayparametersets met de status 'Read only' (Alleen lezen) is het zeker dat
wanneer een run wordt gedefinieerd, alleen het aantal herhalingen kan worden gewijzigd met
behulp van het aanraakscherm.
Opmerking: het is niet mogelijk om assays in de modus werklijst aan te passen.
1. Druk op de knop Specification (Specificatie). Het scherm Assay
Specifications (Assayspecificaties) verschijnt.
2. Selecteer de assays waarvoor de parameter wordt gewijzigd vanaf de
tabs.
3. Druk op Yes (Ja) of No (Nee) om te definiëren of er wel of niet een kant-
en-klare mastermix wordt gebruikt.
Parameters worden vastgelegd onder de koppen Sample (Monster),
Assay controls (Assaycontroles) en Assay standards (Assaystandaarden).
4. Druk op een van deze koppen om een lijst van parameters te bekijken. Gebruik de pijltjes Up
(Omhoog) en Down (Omlaag) om door de lijst te scrollen.
Afhankelijk van de assay zijn sommige koppen niet zichtbaar.
5. Wijzig de gewenste parameter(s).
Nadat een parameter is gewijzigd, wordt het handsymbool weergegeven in de actieve
assaytab. Nadat assayparameters zijn gewijzigd, verschijnt een handsymbool.
QIAsymphony SP/AS Geconsolideerde bedieningshandleiding
05/2022
123