Ingebruikneming
8.5
Hydraulische rem (export)
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel en ernstige materiaalschade door ongewenst afremmen van de machine.
Een te korte veiligheidsketting kan losscheuren en leidt tot een noodrem.
•
Zorg ervoor dat de lengte van de veiligheidsketting aan de trekker is aangepast.
•
De lengte van de veiligheidsketting door een vakkundige werkplaats (vakpersoneel) laten
aanpassen.
•
Bij het wisselen van trekker ervoor zorgen dat de lengte van de veiligheidsketting nog
steeds geschikt is.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel en ernstige materiaalschade door de niet functionerende veiligheidsklep
van de hydraulische rem.
Om de functie van de veiligheidsklep voor de hydraulische noodrem te garanderen,
•
moet de veiligheidsketting spanningsvrij aan de trekker zijn bevestigd. Een te strak om de
hydraulische slang gewikkelde veiligheidsketting belemmert de functie van de
veiligheidsklep
•
moet voor begin van de rit het rempedaal eenmaal volledig worden bediend. Door het
bedienen van de bedrijfsrem wordt het drukreservoir op de veiligheidsklep met druk
belast.
Afb. 34
•
De machine stopzetten en beveiligen, zie hoofdstuk Veiligheid -> Veiligheidsroutines,
"Machine stopzetten en beveiligen".
•
De hydraulische slang (1) van de hydraulische rem op de aansluiting voor de hydraulische
rem op de trekker aansluiten.
•
De veiligheidsketting (2) veilig aan de trekker bevestigen.
De veiligheidsketting is met een gewenste breukplaats (zwakkere kettingschakel) uitgerust.
Indien de machine ongewenst loskoppelt, activeert de veiligheidsklep een noodrem en scheurt
de veiligheidsketting bij de zwakke kettingschakel. De kettingschakel wordt daarbij vernield en
moet worden vervangen.
Ontgrendelen van de veiligheidsklep:
•
De veiligheidsketting (2) strak houden en door aan de vergrendelingsbout (3) te trekken de
veiligheidsklep ontlasten en daarbij de vergrendelingshefboom (4) langzaam door de
veerkrachtondersteuning in de uitgangspositie zetten.
84
BPHS0 112