Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Scannen In Linux; Scannen - Samsung CLX-318 Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

4. In Mac OS X 10.4 ~ 10.5
Klik achtereenvolgens op Apparaten en Blader door apparaten....
In Mac OS X 10.6
Selecteer uw apparaat onder GEDEELD. Ga door met stap 7.
5. In Mac OS X 10.4
Selecteer uw apparaat bij de optie TWAIN-apparaten. Controleer of het
selectievakje voor Gebruik TWAIN-software is ingeschakeld en klik op
Verbind.
Klik op Poort wijzigen om een poort te selecteren als er een
waarschuwingsmelding verschijnt.
Als TWAIN UI op het Voorkeuren verschijnt, klikt u op Poort
wijzigen om de poort te selecteren.
Raadpleeg scan manager voor het gebruik van Poort wijzigen
(zie "Scaninformatie instellen in Scan- en faxbeheer" op
pagina 95).
In Mac OS X 10.5
Controleer of het selectievakje voor Verbonden naast uw apparaat is
ingeschakeld in Bonjour-apparaten.
Als u via TWAIN wilt scannen raadpleegt u de bovenstaande procedure
voor MAC OS X 10.4.
6. Stel de scanopties in dit programma in.
7. Scan uw afbeelding en sla ze op.
Voor Mac OS X 10.3: gebruik TWAIN-compatibele software.
Voor meer informatie over het gebruik van Fotolader raadpleegt u
de helpfunctie van Fotolader.
Gebruik TWAIN-compatibele software om meer scanopties toe te
passen.
U kunt ook TWAIN-compatibele software gebruiken, zoals Adobe
Photoshop.
De scanprocedures kunnen verschillen afhankelijk van de met
TWAIN compatibele software die wordt gebruikt. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de software.
Als u niet kunt scannen in Fotolader moet u Mac OS bijwerken
naar de laatste versie. Fotolader werkt correct onder Mac OS X
10.4.7 of hogere versies.
Scaninformatie instellen in Scan- en faxbeheer
Voor meer informatie over het programma Scan- en faxbeheer, om de
toestand van het geïnstalleerde scannerstuurprogramma te controleren,
om scaninstellingen te wijzigen en om bestanden waarin ingescande
documenten worden bewaard in het programma Scan- en faxbeheer toe
te voegen of te verwijderen, volgt u onderstaande stappen.
1. Klik op Smart Panel in het menu Scan- en faxbeheer op de
statusbalk.
2. Selecteer het juiste apparaat in Scan- en faxbeheer.
3. Druk op Eigenschappen.
4. Gebruik De knop Scan instellen om de bestemming van het
bestand of de scaninstellingen te wijzigen, toepassingen toe te
voegen of te verwijderen en het formaat van bestanden te wijzigen.
Via Poort wijzigen (lokaal of netwerk) kunt u het scanapparaat
wijzigen.
5. Klik op OK wanneer u klaar bent.

Scannen in Linux

U kunt een document scannen vanuit het venster Unified Driver Configurator.

Scannen

1. Dubbelklik op Unified Driver Configurator op het bureaublad.
2. Klik op de knop
3. Selecteer de scanner in de lijst.
Als u slechts één MFP-apparaat gebruikt en als dit apparaat
aangesloten is op de computer en aan staat, verschijnt uw scanner in de
lijst en wordt hij automatisch geselecteerd.
Als er twee of meer scanners zijn aangesloten op de computer, kunt u
voor elke scantaak een andere scanner kiezen. Als er bijvoorbeeld een
document wordt gescand op de eerste scanner, kunt u de tweede
scanner selecteren, de apparaatopties instellen en de scantaak
gelijktijdig starten.
4. Klik op Properties.
5. Plaats originelen in de ADI met de bedrukte zijde naar boven, of plaats
een enkel origineel op de glasplaat van de scanner met de bedrukte
zijde naar onder.
(Zie "Originelen plaatsen" op pagina 68.)
6. Klik in het venster Scanner Properties op Preview.
Het document wordt gescand en er verschijnt een voorbeeld van de
afbeelding in het Preview Pane.
Scannen_ 95
om over te schakelen naar Scanners configuration.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave