De Unified Driver Configurator openen
1. Dubbelklik op het pictogram voor Unified Driver Configurator op het
bureaublad.
U kunt ook op het pictogram Startup klikken en Samsung Unified
Driver > Unified Driver Configurator selecteren.
2. Klik op de knoppen links om het overeenkomstige configuratievenster te
openen.
Klik op Help voor schermhulp.
3. Breng de wijzigingen aan in de configuratie en klik op Exit om Unified
Driver Configurator te sluiten.
Het venster Printers configuration
Printers configuration telt twee tabbladen: Printers en Classes.
Het tabblad Printers
Klik op het pictogram van het apparaat links in het venster Unified Driver
Configurator om de printerconfiguratie van het huidige systeem weer te
geven.
Schakelt naar Printers configuration.
1
1
Printers
Configuration
2
Scanners
Configuration
3
Ports
Configuration
Beheerprogramma's_ 118
Toont alle geïnstalleerde apparaten.
2
Hiermee worden de status, modelnaam en URL van uw
3
apparaat weergegeven.
De bedieningsknoppen van de printer zijn:
•
Refresh: hiermee vernieuwt u de lijst met beschikbare apparaten.
•
Add Printer: hiermee voegt u een nieuw apparaat toe.
•
Remove Printer: hiermee verwijdert u het geselecteerde apparaat.
•
Set as Default: hiermee stelt u het geselecteerde apparaat in als
standaardapparaat.
•
Stop/Start: hiermee kunt u het apparaat stoppen/starten.
•
Test: hiermee kunt u een testpagina afdrukken om te controleren of
de printer goed werkt.
•
Properties: hiermee kunt u de printereigenschappen weergeven en
wijzigen.
Het tabblad Classes
Op het tabblad Classes wordt een lijst met beschikbare
apparaatklassen weergegeven.
Hiermee geeft u alle apparaatklassen weer.
1
Hiermee geeft u de status van de klasse en het aantal apparaten
2
in de klasse aan.
•
Refresh: vernieuwt de lijst met klassen.
•
Add Class: hiermee kunt u een nieuwe apparaatklasse toevoegen.
•
Remove Class: hiermee verwijdert u de geselecteerde
apparaatklasse.