FLUXUS ADM 8x27
5.4
Keuze van de meetopstelling met inachtneming van het buisniveau in de nabijheid
van een bochtstuk
Bij een verticaal buisverloop
stromings-
richting
• Het buisniveau (zie paragraaf 3.3.1) wordt gekozen in
een hoek van 90° ten opzichte van het bochtstukni-
veau. Het bochtstuk ligt voor het meetpunt.
Bij metingen in beide
richtingen
stromingsrichting
• Het buisniveau (zie paragraaf 3.3.1) wordt afgestemd
op het dichstbijgelegen bochtstuk (afhankelijk van het
buisverloop - horizontaal of verticaal - zie boven).
24
bochtstukniveau
Bij een horizontaal buisverloop
bochtstuk-
nivea
stromingsrichting
• Het buisniveau (zie paragraaf 3.3.1) wordt gekozen in
een hoek van 90° 45° ten opzichte van het bochtstu-
kniveau. Het bochtstuk ligt voor het meetpunt.
Bij metingen in de reflectieopstelling
met 2 stralen op 2 niveau's
stromingsrichting
• Buisniveau's (zie paragraaf 3.3.1) worden gekozen in
een hoek van 45° ten opzichte van het bochtstukni-
veau. Het bochtstuk ligt voor het meetpunt.
• Bij horizontale buizen worden de sensoren gemonte-
erd op de bovenste helft van de buis.
5 Het meetpunt kiezen
UMFLUXUS_F8V4-3-3NL, 2018-10-10