AM-UITZENDING
Elke stand die op de HF amateurbanden wordt gebruikt, heeft
zijn eigen voordelen. Ook al zijn DX-contacten over lange
afstanden minder populair bij het gebruik van AM, toch
prefereren sommigen de AM-stand vanwege de superieure
geluidskwaliteit.
Wanneer u anderen zoekt die AM gebruiken, dan moet u
eerst de volgende frequenties afzoeken:
3885 kHz, 7290 kHz, 14286 kHz, 21390 kHz, en
29000 – 29200 kHz
Zo nodig, kunt u "BASISWERKING" vanaf pagina 18
doorlezen voor informatie over het ontvangen van signalen.
1 Kies een werkingsfrequentie.
2 Druk op [FM/ AM/ NAR] om de AM-stand te kiezen.
•
"AM" verschijnt.
3 Druk op [MIC/ CAR] om de microfoon sterkteregeling te
activeren.
•
Het huidige versterkingsniveau verschijnt.
4 Druk op [SEND] of houdt Mic [PTT] ingedrukt.
•
De LED van de MAIN-band wordt rood.
•
Lees "VOX" {pagina 39} voor informatie over
automatische TX/RX overschakeling.
5 Terwijl u in de microfoon spreekt, stelt u de MULTI/ CH-
regelknop in, zodat de geijkte stroommeter uw stemniveau
enigszins weergeeft.
•
Spreek met uw normale stemvolume op een normale
toonhoogte. Als u te dicht in de microfoon of te hard
praat, dan wordt het geluid meer vervormd en de
begrijpelijkheid aan de ontvangende zijde wordt
verminderd.
•
U kunt een stemverwerker gebruiken. Lees het
onderdeel "STEMVERWERKER" {pagina 40} voor
meer informatie hierover.
6 Druk op [SEND] of laat Mic [PTT] los om naar de
ontvangstand terug te keren.
•
Het LED van de MAIN-band wordt groen of gaat uit,
afhankelijk van de instelling van MAIN SQL.
7 Druk op [MIC/ CAR] om de microfoon sterkteregeling te
verlaten.
Lees "COMMUNICATIEHULPMIDDELEN" vanaf pagina 37
voor informatie over bijkomende nuttige functies.
Opmerking: Zo nodig kunt u het ladingsniveau bijstellen voordat u in
de microfoon begint te praten. Druk op [FUNC], [MIC/ CAR] voor de
bijstellingsstand. Wanneer alleen ladingsignalen worden
uitgezonden, draait u de MULTI/ CH-regelknop zo dat de ALC-meter
net een waarde begint aan te geven. Druk nogmaals op [FUNC],
[MIC/ CAR] om de bijstelling te voltooien.
Downloaded from:
http://www.usersmanualguide.com/
SMALLE BANDBREEDTE VOOR FM
In de FM-stand kunt u een brede of smalle bandbreedte
kiezen. In de onderstaande tabel staan de RX
IF-filterbandbreedte en de TX-deviatie voor elke
werkingsstand weergegeven. De bandbreedteselectie is van
essentieel belang om geluidsvervorming of onvoldoende
begrijpelijkheid voor het andere station te vermijden.
S
a t
d n
R
X
F I
F
M
B
F
M
N
S
m
1
K-type: Alleen voor het hoofdzendontvangtoestel.
Alle E-types: Hoofdzendontvangtoestel en secundair ontvangtoestel.
1 Druk op [FM/ AM/ NAR] om de FM-stand te kiezen.
2 Druk op [FUNC], [FM/ AM/ NAR] om van breed naar smal
en vice versa over te schakelen.
•
Er verschijnt "FM" of "FMN" om aan te geven welke
bandbreedte werd geselecteerd.
SMALLE BANDBREEDTE VOOR AM
Wanneer AM met het hoofdzendontvangtoestel wordt
ontvangen, dan kunt u de bandbreedte nog verder verbreden
om storing te elimineren. De TX-deviatie van AM wordt echter
niet door deze keuze gewijzigd.
1 Druk op [FM/ AM/ NAR] om de AM-stand op het
hoofdontvangtoestel te kiezen.
2 Druk op [FUNC], [FM/ AM/ NAR] om van normaal naar
smal en vice versa over te schakelen.
•
Er verschijnt "AM" of "AMN" om aan te geven welke
IF-bandbreedte op het hoofdzendontvangtoestel werd
geselecteerd.
7 BASISCOMMUNICATIE
f -
t l i
r e
X T
d -
v e
a i
e i t
e r
e
d
B
e r
e
d
1
l a
S
m
l a
N-29