Mechanische installatie
4
Aanbouw-encoders met spanas, opsteekas en holle as demonteren/monteren
4.4.3
Encoder EG7., AG7. (motoren (E)DR..160 – 225, (E)DRN132M – 315) – met onafhankelijk
aangedreven ventilator /V
EG7., AG7. demonteren
76
Aanvulling op de technische handleiding – Draaistroommotoren DR.., DRN.., DRU.., DR2.., EDR.., EDRN..
[934]
[220]
[1]
[232]
[1]
Rotor
[22]
Schroef
[170]
Onafhankelijk aangedreven ven-
tilator
[220]
Encoder
[232]
Schroeven
[269]
Tule
1. Om de onafhankelijk aangedreven ventilator [170] te demonteren, draait u de
schroeven [22] los.
2. Trek de kabeltule [269] met encoderkabel uit de onafhankelijk aangedreven venti-
lator [170].
3. Om de koppelsteun [935] te demonteren, draait u de schroeven [232] en [936] los.
4. Draai de schroeven van het aansluitdeksel [619] los en trek het aansluitdeksel
[619] weg. De encoderaansluitkabel niet loskoppelen.
5. Maak om de encoder [220] los te trekken, de schroef [B] ca. 2 – 3 slagen los.
[935]
[232]
[936]
[269]
[619]
[B]
[619]
Aansluitdeksel
[934]
Afstandshuls
[935]
Koppelsteun
[936]
Schroef
[B]
Bevestigingsschroef
[170]
[22]
18014406225443979