Bewerkingsprogramma uitvoeren
Voorbereiding
1 Werkstuk op de machinetafel opspannen
2 Referentiepunt vastleggen
3 Benodigde tabellen en palletbestanden selecteren (status M)
4 Bewerkingsprogramma selecteren (status M)
Aanzet en spiltoerental kunnen met de override-
draaiknoppen gewijzigd worden.
Met de softkey FMAX kan de aanzetsnelheid worden
gereduceerd, wanneer u het NC-programma wilt starten.
De reductie geldt voor alle ijlgang- en aanzetbewegingen.
De ingevoerde waarde is na het uit-/inschakelen van de
machine niet meer actief. Om de telkens vastgelegde
maximale aanzetsnelheid na het inschakelen te herstellen,
moet u de bijbehorende getalwaarde opnieuw invoeren.
Zorg ervoor dat voor alle assen de referentieprocedure is
uitgevoerd, voordat u de programma-afloop start. De TNC
stopt anders de bewerking zodra u een NC-regel met een
as wilt afwerken waarvoor de referentieprocedure niet is
uitgevoerd.
Automatische programma-afloop
Bewerkingsprogramma met externe START-toets starten
Programma-afloop regel voor regel
Elke regel van het bewerkingsprogramma met de externe START-
toets afzonderlijk starten
626
Programmatest en programma-afloop