16.4 Programma-afloop
Toepassing
In de werkstand Automatische programma-afloop voert de TNC een
bewerkingsprogramma continu tot en met het einde van het
programma of tot een onderbreking uit.
In de werkstand Programma-afloop regel voor regel voert de TNC na
het indrukken van de externe START-toets elke regel afzonderlijk uit.
Onderstaande TNC-functies kunnen in de programma-afloop-
werkstanden gebruikt worden:
Programma-afloop onderbreken
Programma-afloop vanaf een bepaalde regel
Regels overslaan
Gereedschapstabel TOOL.T bewerken
Q-parameters controleren en veranderen
Handwielpositionering laten doorwerken
Functies voor de grafische weergave
Additionele statusweergave
HEIDENHAIN iTNC 530
625