Indien/dan-beslissingen programmeren
Het sprongadres kan op 3 manieren worden ingevoerd:
Labelnummer, selecteerbaar via softkey LBL-NUMMER
Labelnaam, selecteerbaar via softkey LBL-NAME
Stringparameter, selecteerbaar via softkey QS
De indien/dan-beslissingen verschijnen d.m.v. het indrukken van de
softkey SPRONGEN. De TNC toont onderstaande softkeys:
Functie
FN 9: INDIEN GELIJK, SPRING
bijv. FN 9: IF +Q1 EQU +Q3 GOTO LBL "UPCAN25"
Wanneer beide waarden of parameters gelijk zijn,
spring naar het opgegeven label
FN 10: INDIEN ONGELIJK, SPRING
bijv. FN 10: IF +10 NE –Q5 GOTO LBL 10
Wanneer beide waarden of parameters ongelijk zijn,
spring naar het opgegeven label
FN 11: INDIEN GROTER, SPRING
bijv. FN 11: IF+Q1 GT+10 GOTO LBL QS5
Wanneer de eerste waarde of parameter groter is dan
de tweede waarde of parameter, sprong naar het
opgegeven label
FN 12: INDIEN KLEINER, SPRING
bijv. FN 12: IF+Q5 LT+0 GOTO LBL "ANYNAME"
Wanneer de eerste waarde of parameter kleiner is dan
de tweede waarde of parameter, sprong naar het
opgegeven label
Toegepaste afkortingen en begrippen
IF
(Engels):
EQU
(Engels: equal):
NE
(Engels: not equal):
GT
(Engels: greater than):
LT
(Engels: less than):
GOTO
(Engels: go to):
HEIDENHAIN iTNC 530
Softkey
Indien
Gelijk aan
Ongelijk
Groter dan
Kleiner dan
Ga naar
309