I - 2
Werken met de POSITIP – eerste stappen
Gereedschapslengte en -diameter ingeven
Lengte en diameter van uw gereedschap moet in de
gereedschapstabel van de POSITIP ingegeven worden.
Er kunnen t/m 99 gereedschappen ingegeven worden.
Voor er met de bewerking van het werkstuk begonnen kan
worden, moet uit de gereedschapstabel het gereedschap
gekozen worden. De POSITIP houdt dan rekening met de
ingegeven diameter en lengte van het gereedschap.
Als „gereedschapslengte" moet het lengteverschil ∆L tussen
gereedschap en het nulgereedschap ingegeven worden.
Voorteken voor het lengteverschil ∆ ∆ ∆ ∆ ∆ L
Het gereedschap is langer dan het nulgereedschap: ∆L > 0
Het gereedschap is korter dan het nulgereedschap: ∆L < 0
Voorbeeld: gereedschapslengte en -diameter in de
gereedschapstabel ingeven
Gereedschapsnummer
Gereedschapas
Gereedschapsdiameter
Gereedschapslengte
MOD
/
G e r e e d s c h a p s n u m m e r
7
ENT
G e r e e d s c h a p s d i a m e t e r
8
ENT
18
b.v. 7
Z
D = 8 mm
L = 12 mm
Gebruikerparameters kiezen.
Naar het softkey-veld met de softkey gereed.table bladeren.
Gereedschapstabel openen.
Gereedschapsnummer ingeven (b.v. 7) en overnemen.
Naar veld „diameter" springen.
Gereedschapsdiameter ingeven ( 8 mm ) en overnemen.
Gebruikershandleiding
Z
T
1
D
1
∆L
1
Afb. 17 Gereedschapslengte en -diameter
Z
?
?
MOD
T
T
2
3
D
D
2
3
∆L
<0
3
=0
∆L
>0
2
T
T
0
7
D
7
X
L
=0
0
L
>0
7
POSITIP 855
X