Hoofdstuk 3: Systeemfuncties
4. Brand
Genereert een brandalarm, ongeacht de status van het gebied.
Een brandalarm activeert een pulserend sirenegeluid. Dit alarm heeft een hogere
prioriteit dan een inbraakalarm.
Bijvoorbeeld: rookmelder.
WAARSCHUWING!
Brandmelders en rookdetectors die worden gebruikt met
Advisor Advanced-systemen zijn uitsluitend bedoeld voor het gemak en mogen
niet worden gebruikt als levensbeschermende producten. De combinatie voldoet
niet aan de wettelijke eisen voor levensbeschermende producten of voor gebruik
als branddetectiesystemen. Zie ook Hoofdstuk 8 "Reguleringen" > "Opties die
betrekking hebben op andere regelgevingen" op pagina 377.
5. Paniek
Genereert een paniekalarm, ongeacht de status van het gebied.
Bijvoorbeeld: paniekknop.
Zie ook "8.8.1 Paniekmodus" op pagina 311.
6. 24u
Genereert een inbraakalarm, ongeacht de status van het gebied.
7. Sabotage
Genereert een sabotagealarm, ongeacht de status van het gebied.
Bijvoorbeeld: sabotage behuizing.
8. Einde uitloop
Dit ingangstype wordt gebruikt voor het beëindigen van een uitlooptijd. Indien de
ingang overschakelt van verstoord naar veilig, wordt de uitlooptijd beëindigd en
worden de gebieden volledig ingeschakeld.(zie ook "8.1.3.5 Volledig in
vertraging" op pagina 287).
9. Sleutelschakelaar
Wanneer de ingang omschakelt, wordt het gebied ingeschakeld / uitgeschakeld /
gedeeltelijk ingeschakeld, afhankelijk van de geselecteerde ingangopties.
Bijvoorbeeld: Sleutelschakelaar naast de voordeur.
Zie de opties "4.1.n.6.16 Sleutel houd" op pagina 219, "4.1.n.6.17 Sleutel
inschakeling" op pagina 219, "4.1.n.6.18 Sleutel uitschakelen" op pagina 219.
10. Medisch
Genereert een medisch alarm, ongeacht de status van het gebied.
11. Technisch
Genereert een technisch alarm, ongeacht de status van het gebied.
50
ATSx500A(-IP) Advisor Advanced Installatie- en Programmeerhandleiding