NHOUDSTABEL ..............................5 NLEIDING ..........................7 OE TE PROGRAMMEREN Het systeem in de programmeerstand brengen .................. 8 Terug naar fabrieksinstellingen......................8 De programmeer volgorde ......................... 9 De programmeerstand verlaten......................10 De kiezer............................10 Andere handleidingen ........................10 CD34 ....................11 OVERZICHT VAN DE PROGRAMMERING Selecteren van een programmeerlijn....................
NLEIDING Deze programmeerhandleiding bestaat uit een overzicht van alle programmeerlijnen van de CD3401. Er wordt gebruik gemaakt van een menu structuur voor het zoeken speciale opties in de programmeer mode. Verder is er een overzicht van de programmering bijgevoegd om op een snelle manier tot de gewenste optie te geraken.
Pagina 5
Pagina 6 Programmeerhandleiding voor de CD3401 CD3401 - II /v6p - 1-10-96...
OE TE PROGRAMMEREN Neem de tijd om vertrouwd te raken met het overzicht van de programmering welke u in deze handleiding terugvindt. De meest gebruikte instellingen zijn reeds vanuit de fabrieksinstelling geprogrammeerd. Voordat u een optie in de programmering wijzigt is het daarom raadzaam om eerst te controleren wat de standaardinstelling is.
Het systeem in de programmeerstand brengen Voordat u een nieuw systeem gaat programmeren is het raadzaam het systeem in de fabrieksinstelling terug te brengen. Zie ook het volgende hoofdstuk. Om het systeem in de programmeerstand te brengen dient u de volgende stappen te nemen: 1.
Via de programmering. Deze methode is ook bruikbaar indien de installateursblokkering actief is. Ga hiervoor als volgt te werk: Indien u in de programmeerstand staat, maar het bediendeel waarvan u gebruik maakt is niet bediendeel 1, verlaat dan de programmeerstand. Druk zolang op de toets ‘X’ totdat ‘Tot Ziens’ verschijnt in het display.
De programmeerstand verlaten Als u de programmeerstand gaat verlaten is het raadzaam eerst te controleren of er nog zones open staan. Zijn dit 24-uur zones (bijvoorbeeld sabotage of brand), dan zal er bij het verlaten van de programmering een alarm ontstaan. Ontstaat er een alarm, geef dan uw instaIlateurskode in. Het alarm kan (alleen in dit geval) met behulp van deze kode uitgeschakeld worden.
CD34 OVERZICHT VAN DE PROGRAMMERING Het volgende overzicht geeft weer welke programmeerlijnen beschikbaar zijn in het CD34 controlepaneel. Selecteren van een programmeerlijn Er zijn twee mogelijkheden beschikbaar om een bepaalde programmeerlijn te selecteren: 1. Gebruik het bediendeel om door de verschillende programmeerlijnen te bladeren (stap-voor-stap methode).
Pagina 11
Pagina 12 Programmeerhandleiding voor de CD3401 CD3401 - II /v6p - 1-10-96...
Pagina 12
Programmeerhandleiding voor de CD3401 Pagina 13 CD3401 - II /v6p - 1-10-96...
Pagina 13
Pagina 14 Programmeerhandleiding voor de CD3401 CD3401 - II /v6p - 1-10-96...
NHOUDSOPGAVE 1. O ..........17 NDERHOUDSMENU 1.1. Toon het Installateursgeheugen....17 5. P ..30 ROGRAMMEER DE UITGANGEN EN REMOTES 1.2. Test de uitgangen........17 1.3. Toon de open zones......... 17 5.1. Programmeer de uitgangen ...... 30 1.4. Looptesten van zones ......17 5.2.
Pagina 15
6.6.1. Breng het paneel terug naar 7.2. Breng de kiezer naar fabrieksinstellingen........37 fabrieksprogrammering ........38 6.6.2. Inschakelen installateursblokkering... 37 7.3. Maak een open-lijn verbinding....38 6.7. In/uitloop en toegangszones op ‘Systeem OK’ ..............37 7. G ..........38 A NAAR DE KIEZER 7.1.
Onderhoudsmenu Onderhoud Dit menu bevat hulpmiddelen om onderhoud aan het systeem te kunnen plegen. Toon Geheugen 1.1. Toon het Installateursgeheugen Gebruik deze functie om het Installateursgeheugen te bekijken of af te drukken. Het installateurs- geheugen kan 150 gebeurtenissen bevatten. Nieuwe gebeurtenissen worden in het geheugen geplaatst als gebeurtenis #000.
Tijdsinstellingen Tijden In dit hoofdstuk worden alle tijdfuncties geprogrammeerd. Inlooptijden 2.1. Inlooptijden Programmeer hier de inlooptijden. Een inlooptijd biedt de mogelijkheid om na het betreden van het systeem via een in/uitloopzone gedurende deze tijd het systeem uit te schakelen. Gedurende de inloop- en de uitlooptijd zijn de inbraakzones met de optie ‘Toegangszone’...
Pagina 18
‘Aan’ in. Standaard: Uit Wisseltekst 2.6.3. Voer de wisseltekst in Voer de tekst in die afwisselend met de tijd/datum getoond kan worden. Standaard: Aritech Zomertijd Menu De instellingen voor de zomertijd/wintertijd 2.7. De mogelijkheden voor zomer/wintertijd. Zomertijd 2.7.1.
Datum 30/03/97 Datum waarop de klok verzet wordt. Wintertijd 2.7.2. Instelling wintertijd Datum waarop de klok een uur terug gezet wordt (begin wintertijd). Datum 27/10/96 2.7.2.1. Datum Datum waarop de klok verzet wordt. Zomertijd 2.7.3. Maak gebruik van de zomertijd Gebruik van de zomertijd/wintertijd instellingen.
Gebruikers en kodes menu Gebruikers Wanner 10 maal achtereenvolgens een verkeerde kode wordt ingevoerd, dan zal het systeem blokkeren voor 90 seconden. Wijzig Kodes 3.1. Programmeer de kodes Bepaal de kodes. 01 In Gebruik Kode 01 is reeds in gebruik Hier kan kode 1 t/m 8 worden geprogrammeerd.
Pagina 21
Gebruikersmenu Kode opties 1. Inschakel Menu Vi, Mg • Normaal In • Gedeeltelijk In • Direct In Vi, Mg • Geforceerd In Vi, Ob, Mg + Optie 6.1.2 2. Overbrug 3. Deurbel/Sir. Test 4. Inst. Geh/Tijd/Dag • Toon Geheugen • Tijd •...
Pagina 22
Begin bij de kode waarvan de opties te wijzigen Gebruiker Opties zijn. Toets accepteren ‘ ’. Er zijn alleen opties actief voor inschakelen, Ob UsVi uitschakelen en overbruggen. Druk de toets accepteren ‘ ’. Rechts knippert nu ‘Ok’. Door gebruik te maken Ob UsVi Ok È...
ÈÈ ÈÈ Open Zones Aan 3.7. Toon de open zones (aan de gebruiker) Wil men, bijvoorbeeld bij gebruik van een sleutelschakelaar, zien of er nog zone(s) open staan, dan È È kan dit met deze optie. De gebruiker hoeft dan slechts twee keer op ‘ ’...
Het zonemenu Ingangen In dit menu worden alle mogelijkheden voor de ingangen geprogrammeerd. Zoals de werking van de ingang, de opties en de zonenamen. Hier wordt ook aangegeven of de zones werken volgens het dubbellusprincipe. Via een CD3004 uitbreiding of een CD3048, CD3049 kan dit paneel worden uitgebreid tot 10 zones (zone 7-10).
Pagina 25
Zonetype Werking van de zone Wanneer het paneel wordt ingeschakeld start de uitlooptijd en is deze zone In/Uitloop 1 vertraagd. Dit zonetype kan pas een alarm veroorzaken als de uitlooptijd verstreken is (systeem ingeschakeld). Als de zone aan het einde van de uitlooptijd niet gesloten is zal het systeem niet inschakelen en een uitloopfout veroorzaken.
Pagina 26
Zonetype Werking van de zone Deze 24-uurs zone ingang stuurt rechtstreeks een uitgang ‘Technisch’ of Technisch ‘Tech Geh’ (zie menu 5.1), de printer en de kiezer aan. Indien deze ingang niet wordt verwezen naar de uitgang ‘Technisch’ of ‘Tech. Geh.’, dan werkt deze ingang niet.
Alleen voor sleutelschakelaars zijn beschikbaar De sleutelschakelaar schakelt volledig in. De sleutelschakelaar schakelt gedeeltelijk in. Met deze sleutelschakelaar mag uitgeschakeld worden. De toegepaste sleutelschakelaar is een pulsschakelaar. Wanneer deze niet geprogrammeerd is werkt de zone als houdstand sleutelschakelaar. Er wordt geen gebruik gemaakt van uitlooptijden. Tabel 5.
Pagina 28
Het principe is gebaseerd op 2 in serie geplaatste weerstanden van 4k7. Een van deze weerstanden wordt overbrugd door de alarmcontacten, in serie met de tweede weerstand worden de sabotagecontacten aangesloten. Zie figuur 2 voor het principe van de aansluiting. In tabel 6 staan de meetwaardes vermeld, uitgaande van een 12,7 V spanning tussen A en B van de remotes.
Programmeer de uitgangen en remotes Uitgangen/Remote In dit menu kunt u uitgangen programmeren en de remotes installeren. Type Uitgang 5.1. Programmeer de uitgangen Leg hier vast welke functie een uitgang heeft. De plaats van de uitgangen kunt u in onderstaande tabel vinden. De maximale stroom is 100 mA voor uitgangen op het paneel en 40 mA voor uitgangen op remotes.
Pagina 30
Type Uitgang De uitgang wordt geactiveerd Zodra de uitlooptijd is verstreken en het systeem is ingeschakeld. In/Uit Bij een inbraakalarm of, indien het systeem is ingeschakeld, een Inbraak sabotage alarm. Herstel volgt bij het uitschakelen van het alarm of aan het einde van de sirenetijd (zie menu 2.4.4). Kan bij gedeeltelijke inschakeling uitgeschakeld worden (zie menu 6.3.3) Let op: Een 24-uurs inbraakzone geeft alleen bij ingeschakeld...
Type Uitgang De uitgang wordt geactiveerd Bij een storing wordt de storingsled op het bediendeel geactiveerd. Storing Deze uitgang is actief bij een EEPROM-fout, lijnfout, RBD-fout, accu-laag en een 230V uitval. Zodra een technische zone die toegewezen is aan deze uitgang Technisch verstoord wordt.
Menu met overige opties Overige Programmeerblok met alle overige functies. In/Uitschak.Menu 6.1. In/uitschakel opties Programmeringen die met de in/uitschakeling te maken hebben. Looptest gebr. 6.1.1. Looptest voor de gebruiker Hier bepaalt u of de gebruikerslooptest wel of niet voor de eindgebruiker ter beschikking staat. Is er bij inschakeling een zone open, dan zal bij iedere zone die gesloten wordt, de 'Binnensirene' worden geactiveerd.
Pagina 33
Insch.Disp 6.1.4. Geef ‘Ingeschakeld' aan op display Moet het display in ingeschakelde situatie datum/tijd geven (uit) of moet het bij een ingeschakeld systeem 'Systeem Aan' of 'Gedeeltelijk In' geven (aan). Standaard: Aan Display Licht 6.1.5. Licht van het display altijd aan Deze optie biedt u de mogelijkheid de achtergrondverlichting van het display altijd ingeschakeld te laten.
Sir.Uit = BinSir 6.1.6.6. Buitensirene ook als uitgeschakeld Bepaal hier of alarmen die optreden wanneer het systeem uitgeschakeld is, alleen de uitgang ‘Binnensirene’ of ook de uitgang ‘Buitensirene’ activeren. Heeft dus betrekking op 24-uurs alarmen zoals 24-uurs inbraakzones, sabotages etc. Standaard: Binnensirene Laatste Deur 6.1.7.
Pagina 35
Toeg.->I/U 6.3.2. Toegangszones bij gedeeltelijke inschakeling Met deze functie bepaalt men of toegangszones bij gedeeltelijke inschakeling als ‘in/uitloopzone1’ functioneren ‘I/U’ of toegangszones ‘Toeg.’ blijven. Hierdoor kunnen toegangszones tijdens gedeeltelijke inschakeling gebruikt worden om de inlooptijd te starten. Standaard: I/U Ged.In Inbrk 6.3.3.
Deze optie is bedoeld om de instellingen in het paneel terug te brengen naar de instellingen zoals deze door Aritech bij levering van het paneel zijn geprogrammeerd. Wanneer men deze functie accepteert vraagt het paneel 'Bent u zeker ?'. Accepteert men dit, dan worden de oude instellingen gewist en er worden de fabrieksinstellingen geprogrammeerd, net alsof JP1 is verwijderd.
Ga naar de kiezer Kiezer De kiezer kan alleen geprogrammeerd worden als er daadwerkelijk een kiezer aanwezig is. Om de kiezer te programmeren zie de RD6201 beschrijving. Let op: Indien systeemsplitsing is geprogrammeerd, dan kan de kiezer enkel worden geprogrammeerd door de installatuerskode te geruiken via systeem 1.
BIJLAGE: SYSTEEMMELDINGEN In de geheugens van de ADVISOR panelen, zal informatie worden bewaard over alarmen en storingen van het systeem. In totaal kunnen er in het CD34 paneel 150 gebeurtenissen bewaard blijven. In het geheugen bestaat een bericht/melding uit twee of drie delen. Als eerste ziet men een volgnummer gevolgd door een omschrijving van de gebeurtenis, bijvoorbeeld ‘#001 Inst.
Pagina 39
Tekst Extra Omschrijving De kiezer heeft het aantal pogingen bereikt waarna deze melding dient GeenMel systeem te worden gegeven. Afhankelijk van de instelling kan het voorkomen dat de kiezer nog meer pogingen doet en zo zijn melding toch kan doorgeven. De spanning van de hulpvoeding die via deze zone gecontroleerd op Hulpsp.
Pagina 40
Tekst Extra Omschrijving Er is een technisch alarm geweest in deze zone. Tech. zone Up/download gestart. U/D Begin Up/download beëindigd. U/D Einde Van deze zone is de overbrugging verwijderd, In het volgende display Uit Ob zone wordt aangegeven wie de zone uit overbrugging heeft gehaald. Staat hier ‘Up/Download’, dan is dit met behulp van up/download gedaan.
Pagina 41
Tekst Omschrijving Het bediendeel is niet geïnstalleerd. **** V6.00 Er is bij systeemsplitsing een alarm in een ander systeem dan het systeem Alarm ander Syst. waarvoor u de kode heeft ingevoerd. Bel Installateur Er is een installateursreset nodig. De klant kan niet inschakelen totdat deze heeft plaatsgevonden.