8.2.4.1 Alarm
1 Alarm
>Nee<
Als deze optie is ingesteld op Ja, kan het gebied waarin het alarm is opgetreden
pas worden ingeschakeld nadat een installateursreset is uitgevoerd,
vooropgesteld dat de inschakeling niet wordt gehinderd door een
installateursreset (zie "8.4.1 Gereed in opt" pagina 297).
Deze optie wordt genegeerd indien AB-alarmbevestiging is ingeschakeld.
Zie "8.2.4.4 Alarm bevestiging" hieronder voor meer informatie.
8.2.4.2 Sabotage
2 Sabotage
>Nee<
Als deze optie is ingesteld op Ja, vereisen sabotagealarmen een
installateursreset.
8.2.4.3 Paniek
3 Paniek
>Nee<
Als deze optie is ingesteld op Ja, vereisen paniekalarmen een installateursreset.
8.2.4.4 Alarm bevestiging
4 Alarm bevest
>Uit<
In dit menu wordt gedefinieerd voor welk AB-alarm een installateursreset is
vereist. De beschikbare opties zijn SIA BA, SIA BV, of Uit (uitgeschakeld). Deze
optie werkt alleen wanneer AB-alarmbevestiging is ingeschakeld.
8.2.4.5 Batterij fout
5 Batterij fout
>Uit<
Als de optie Batterij fout is ingesteld op Ja, vereisen accustoringen een
installateursreset.
8.2.4.6 Zek.hulpvoed.
6 Zek.hulpvoed.
>Uit<
Als de optie Zekering hulpvoeding is ingesteld op Ja, vereisen
hulpzekeringstoringen een installateursreset.
ATSx500A(-IP) Advisor Advanced Installatie- en Programmeerhandleiding
Hoofdstuk 5: Overzicht van menu
291