5.13 Starten van de motor
5.13.1 Analoge setpoint-instelling
De volgende tabel laat zien welke signalen bij de selectie van het setpoint
"Unipol./Fix.setp." (P100) op de klemmen X11:2 (AI1) en X12:1...X12:4 (DIØØ...DIØ3)
moeten staan, zodat de aandrijving met een analoge setpoint-instelling wordt aange-
stuurd.
Functie
Regelaar-
blokkering
Stop
Vrijgave
en stop
Rechtsom
met 50%
n
Rechtsom
met n
Linksom
met
50% n
Linksom
met n
1) Geen standaardinstelling
Technische handleiding – MOVITRAC
X11:2
X12:1
(AI11)
(DIØØ)
Analog
/Controller
input n1
inhibit
X
X
X
5 V
max
10 V
max
5 V
max
10 V
max
®
B
Inbedrijfstelling
Starten van de motor
X12:2
X12:3
(DIØ1)
(DIØ2)
CW/stop
CCW/stop
1)
0
X
X
1
X
X
1
0
0
1
1
0
1
1
0
1
0
1
1
0
1
I
0 0
X12:4
X12:5
X12:6
(DIØ3)
(DIØ4)
(DIØ5)
Enable /
n11 / n21
n12 / n22
stop
X
0
0
0
0
0
1
0
0
1
0
0
1
0
0
1
0
0
1
0
0
5
61