• Monochroom
U kunt zwart-witfoto's maken.
Voor natuurlijk uitziende zwart-witopnamen selecteert u een
geschikte witbalans.
JPEG-opnamen die in zwart-wit worden opgenomen met de
instelling [Monochroom] kunnen niet worden geconverteerd naar
kleurenbeelden, zelfs niet met beeldbewerkingssoftware.
RAW-opnamen die zijn opgenomen met de instelling [Monochroom] kunnen
met de meegeleverde software worden geconverteerd naar kleurenopnamen.
Wanneer [Monochroom] is geselecteerd, verschijnt <0> op het
LCD-paneel.
• Gebruiker 1-3
U kunt ook uw eigen instellingen voor de beeldstijl vastleggen
(pag. 61). Een ongebruikte beeldstijl onder Gebruiker 1, 2
of 3 heeft dezelfde instellingen als de beeldstijl Standaard.
Het keuzescherm voor de beeldstijl
De symbolen rechtsboven in het keuzescherm verwijzen naar de
scherpte, het contrast, de kleurverzadiging, de kleurtoon, het filtereffect
en het toningeffect.
De cijfers geven de instellingen voor elk element aan.
3 Een beeldstijl selecterenN
Symbolen
Scherpte
Contrast
Verzadiging
Kleurtoon
Filter effect (Monochroom)
Toningeffect (Monochroom)
57