wAfdrukken met PictBridge
Afhankelijk van de bestandsgrootte en de opnamekwaliteit van de opname, kan
het even duren voordat het afdrukken begint nadat u [Print] hebt geselecteerd.
De instelling [Standaard] voor afdrukeffecten en andere opties bevat de standaardinstellingen
van de printer zoals deze zijn ingesteld door de fabrikant van de printer. Raadpleeg de
instructiehandleiding bij de printer voor informatie over de [Standaard]-instellingen.
Printerfouten
Als u een printerfout (geen inkt, geen papier, enz.) oplost en [Doorgaan] selecteert
om het afdrukken te hervatten maar dit niet lukt, bedient u de knoppen op de printer om het
afdrukken te hervatten. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de printer voor meer informatie.
Foutberichten
Wanneer er tijdens het afdrukken een fout optreedt, verschijnt er een foutbericht op het
LCD-scherm van de camera. Druk op <0> om het afdrukken te onderbreken. Nadat het
probleem is opgelost, kunt u het afdrukken hervatten. Raadpleeg de instructiehandleiding
van de printer voor informatie over het oplossen van een afdrukfout.
Papierfout
Controleer of het papier op de juiste manier in de printer is geplaatst.
Inktfout
De inkt in de printer is op of de afvaltank is vol.
Hardwarefout
Controleer of er andere problemen met de printer zijn behalve papierstoringen en problemen met de inkt.
Bestandsfout
De geselecteerde opname kan niet worden afgedrukt via PictBridge.
Opnamen die met een andere camera zijn gemaakt of opnamen die met
een computer zijn bewerkt, kunnen mogelijk niet worden afgedrukt.
138
Start het afdrukken.
7
Draai het instelwiel <5> om [Print] te
selecteren en druk vervolgens op <0>.
Het afdrukken wordt gestart.
Tijdens het afdrukken knippert het
blauwe lampje van de knop <l>.
Wanneer het afdrukken is voltooid,
gaat het scherm terug naar stap 1.
Als u het afdrukken wilt stoppen, drukt u op
<0> terwijl [Stop] wordt weergegeven en
draait u vervolgens aan het instelwiel <5> om
[OK] te selecteren. Druk vervolgens op <0>.