Bediening
Bunker legen
6.19.4
Tips voor het aanleggen van bietenhopen (bij gebruik van een
ROPA-laadmuis)
Let tijdens het rooien altijd op het juiste percentage aarde op de bieten. Een kleine
hoeveelheid aarde (aardepercentage van ong. 10-15 %) beschermt de bieten tijdens
het verladen. Is de hoeveelheid aarde te groot, kunnen de bieten minder snel worden
verladen.
Als suikerbieten direct na het rooien worden verladen, moeten ze al zo goed mogelijk
zijn schoongemaakt door de bietenrooier. Als pasgerooide bieten tijdens het verladen
sterk worden gereinigd, worden de bieten eerder beschadigd dan opgeslagen bieten.
Bij zeer lichte en goed zeefbare grond moet u tijdens het rooien een kleine hoeveel-
heid aarde aan de bietenhoop toevoegen. Deze hoeveelheid aarde zorgt tijdens het
verladen voor een zekere demping, die de bieten in hoge mate beschermt tegen
beschadiging en door ROPA-reinigingsladers zonder problemen kan worden verwij-
derd.
Met name bij plakkerige grond zit er, ondanks een goede reiniging, meestal nog
steeds een grote hoeveelheid aarde op de bieten. Deze suikerbieten moeten vóór het
verladen minstens 3 tot 5 dagen in hopen worden bewaard en daarbij "droog worden
gehouden". Dek deze hopen bij nat weer mogelijk af, zodat de aarderesten kunnen
opdrogen. Opgedroogde aarde zorgt tijdens het verladen voor een zekere demping,
maar kan achteraf goed worden gereinigd met ROPA-reinigingsladers.
Bij zeer zware grond wordt een optimaal reinigingseffect vaak pas bereikt als de bie-
ten minstens 5-7 dagen op een hoop worden bewaard en daarbij worden "droog
gehouden". Hetzelfde geldt als er nog een grote hoeveelheid aarde aan de bieten
kleeft. Met deze bieten wordt pas een hoog debiet en een zachte reiniging bereikt als
de aarde op de bieten zijn opgedroogd.
Leg een bietenhoop wanneer mogelijk alleen aan op droge en sporenvrije aarde. De
ondergrond dient vrij te zijn van obstakels, zoals stenen, stukken hout etc. .
Indien het geschatte percentage aarde in een hoop 25 % of hoger bedraagt, mag de
hoop de hoogte van twee meter niet overschrijden. Bij deze hoophoogte bereikt u tij-
dens het verladen een hoog debiet en tegelijkertijd optimale verdeling van de afgerei-
nigde aarde. Lange en lage hopen kunnen in het algemeen sneller worden geladen
als korte en hoge hopen.
Neem onze onze schema's voor het aanleggen van hopen in acht. Houd u altijd aan
de afstanden tot de afvoerweg. Let er bij het aanleggen van hopen op, dat deze niet
breder zijn dan het opnamegedeelte van de gebruikte reinigingslader. Dit is bij de
ROPA euro-Maus3 acht meter, bij de ROPA euro-Maus4 en Maus 5 tien meter.
Er wordt meestal rechts geladen. Houd hier rekening mee als u de hoop aanlegt. Door
de geavanceerde constructie van de ROPA-reinigingslader kan ook naar links met het-
zelfde debiet en dezelfde kwaliteit probleemloos worden geladen.
344 / 564