AANWIJZING
Voor een geselecteerd meetpunt kunnen de bijbehorende attributen uit de applicatie Meet & registreer worden
weergegeven.
Meetpunten kunnen voor de stationering en oriëntatie worden gebruikt, maar niet voor de toekenning van grafische
elementen, zoals lijnen en bochten voor de applicatie Referentielijn.
12.2.3.3 Alle punten weergeven
Hier worden gesorteerd op het puntnummer alle vaste punten en alle meetpunten met de overeenkomstige typeaan-
duiding (vast punt of meetpunt) weergegeven. Daarbij kunnen de punten in een grafiek, een lijst of na elkaar worden
weergegeven.
Soorten punten voor de weergave:
Vaste punten
Meetpunten
Stations
12.2.4 Grafisch manager
De grafisch manager geeft alle punten en grafische elementen aan. De weergave kan worden verschoven en vergroot.
De grafische elementen zoals lijnen en bogen worden in de applicatie Referentielijn gebruikt.
12.2.4.1 Grafisch element verwijderen
Grafische elementen kunnen door "aantippen" worden gemarkeerd. Het zo gemarkeerde grafische element kan met
de wistoets worden verwijderd.
12.2.4.2 Grafisch element opstellen
Grafische elementen zoals lijnen en bochten kunnen hier voor de applicatie referentielijn worden opgesteld, met als
voordeel het snel selecteren binnen de applicatie.
Grafische elementen die door een invoer kunnen worden opgesteld:
Lijn met 2 punten
Boog met 2 punten plus radius
Boog met 3 punten
AANWIJZING
Het selecteren van punten is alleen met vaste punten en alleen uit de grafische puntweergave of de puntenlijst mogelijk.
Terugkeren naar vorige dialoog
@
Functie voor het creëren van nieuwe elementen
;
Parameterinstellingen
=
Dialoog bevestigen
%
Functies voor zoomen, creëren van lijnen en
&
bogen, ...
nl
93