Een optimale opstelling resp. apparaatpositie is bereikt, als de verhouding van de horizontale referentielengte L ten
opzichte van de afstand O de verhouding L : O = 25 : 10 tot 7 : 10 heeft, zodat de ingesloten hoek tussen α = 40° en
100° ligt.
AANWIJZING
De stationsetup is identiek aan de stationsetup "Vrij station" met bouwlijnen, met dit verschil dat het eerste
referentiepunt het nulpunt van het bouwlijnsysteem in het verticale vlak bepaalt en het tweede referentiepunt de
richting van het verticale vlak ten opzichte van het apparaatsysteem vastlegt. In elk geval worden de horizontale en
verticale lijnen vanaf punt (1) als uitgangspunt genomen.
Invoeren van lijnverschuiving
Om het lijnsysteem resp. het "nulpunt" in het verticale referentievlak te verschuiven, worden verschuivingswaarden
ingevoerd.
Deze verschuivingswaarden kunnen het nulpunt van het lijnsysteem in het horizontale vlak naar links (-) en rechts (+),
in het verticale vlak naar boven (+) en beneden (-) en het gehele vlak voorwaarts (+) en achterwaarts (-) verschuiven.
Lijnverschuivingen kunnen noodzakelijk zijn als het "nulpunt" niet direct als eerste referentiepunt kan worden
uitgericht, zodat een bestaand referentiepunt moet worden gebruikt, dat dan door het invoeren van afstanden als
verschuivingswaarden naar een lijn moet worden verschoven.
Invoeren van uitzetpositie
Invoeren van de uitzetwaarden als maten ten opzichte van de bij de stationsetup gedefinieerde referentielijn resp. de
bouwlijn in het verticale vlak.
Richting naar het uitzetpunt
Het apparaat wordt met deze displayweergave uitgericht naar het uit te zetten punt, door het apparaat zolang te
draaien tot de rode richtingspijl op "nul" staat.
In dit geval wijst het dradenkruis in de richting van het uitzetpunt.
Daarna wordt de telescoop in het verticale vlak zolang bewogen, tot beide driehoeken geen opvulling meer hebben.
Terug naar definiëren van bouwlijn
@
Bevestiging van de ingevoerde verschuivin-
;
gen. Verder met invoerdialoog langs-, dwars-
en hoogtewaarden.
Afbreken en terugkeren naar het startmenu
@
Verschuivingen van het referentievlak invoeren
;
Invoer bevestigen en verder met de weergave
=
voor het uitrichten van het apparaat met betrek-
king tot het uit te zetten punt
nl
61