10.10.2 Indirecte hoogtebepaling
Metingen voor het 1e referentiepunt
Voor het 1e referentiepunt wordt een hoek- en afstandsmeting uitgevoerd.
De afstand tot het punt kan direct of met behulp van de reflectorstaaf worden gemeten, afhankelijk van de
toegankelijkheid van het 1e referentiepunt.
Metingen van volgende punten
Het meten van volgende punten gebeurt alleen door middel van het meten van verticale hoeken. Het hoogteverschil
ten opzichte van het 1e referentiepunt wordt permanent weergegeven.
10.11 Verticaal uitrichten
10.11.1 Principe van verticaal uitrichten
Met verticaal uitrichten kunnen elementen in de ruimte loodrecht worden geplaatst of loodrecht worden overgebracht.
Hierbij moeten met name de voordelen van loodrechte geplaatste kolombekistingen of de mogelijkheid van locatie of
controle van loodrecht boven elkaar liggende punten op verschillende verdiepingen worden vermeld.
Terugkeren naar de projectkeuze
@
Meting van het punt starten
;
Verder naar de volgende meting
=
Nieuwe (volgende) indirecte hoogtemeting, ge-
@
baseerd op een nieuw referentiepunt
Resultaten opslaan
;
nl
81