9.2
Mogelijke storingen
Tabel 6:
Tips in verband met storingen
Storingen
Olietemperatuur te hoog.
Olietemperatuur te laag.
Oliedruk te laag.
Oliedruk te hoog.
Oorzaken
Koelermotor werkt niet.
Koeler bevat lucht.
Koeler vuil.
Transmissie nog niet warmgelopen.
Filter verstopt.
Drukbegrenzingsklep verkeerd
ingesteld.
Drukbegrenzingsklep beschadigd.
Zuigleiding verstopt.
Pomp zuigt lucht aan.
Olietemperatuur te hoog.
Olieviscositeit te laag.
Pomp beschadigd, pompaandrijving
beschadigd.
Transmissie nog niet warmgelopen.
Drukbegrenzingsklep verkeerd
ingesteld.
Drukbegrenzingsklep beschadigd.
Olieleidingen naar en op transmissie
verstopt.
Olieviscositeit te hoog.
BA 9711 nl 11/2014
35 / 42
Verhelpen
Stroomvoorziening van de
koelermotor en/of van
temperatuurmeetomvormer
controleren. Indien nodig repareren
of vervangen.
Koeler ontluchten.
Koeler schoonmaken of vervangen.
Zie aparte gebruiksaanwijzing.
Afwachten..
Filter op zuivere filter overschakelen
en filterelement schoonmaklen of
vervangen.
Zie aparte gebruiksaanwijzing.
Contact met Siemens opnemen.
Drukbegrenzingsklep
repareren of vervangen.
Zie aparte gebruiksaanwijzing.
Zuigleiding reinigen.
Zuigleiding controleren,
eventuele lekkages opheffen.
Zie "Olietemperatuur te hoog"
in deze tabel.
Viscositeit controleren.
Indien nodig met juiste olie vullen.
Pomp repareren of vervangen.
Zie aparte gebruiksaanwijzing.
Afwachten.
Contact met Siemens opnemen.
Drukbegrenzingsklep repareren
of vervangen.
Zie aparte gebruiksaanwijzing.
Verstopte leiding zoeken
en reinigen.
Viscositeit controleren.
Indien nodig met juiste olie vullen.