LET OP
Materiële schade
Beschadiging van de olietoevoerinstallatie mogelijk.
De olietoevoerinstallatie moet onmiddellijk door uitschakelen van het aandrijfaggregaat worden
stilgezet, als tijdens het gebruik niet verklaarbare veranderingen worden geconstateerd, zoals een
merkbaar verhoogde bedrijfstemperatuur of veranderde geluiden van de installatie.
GEVAAR
Levensgevaar door roterende en/of zich bewegende delen
Gevaar, door roterende en/of zich bewegende delen te worden gevangen of ingetrokken.
Draaiende en/of zich bewegende delen moeten door beschermingsvoorzieningen tegen aanraken
beveiligd zijn.
•
Een potentiaal moet conform de hiervoor geldende bepalingen en/of richtlijnen gecompenseerd
worden!
Zijn er op de olietoevoerinstallatie geen draadgaten voor een aardaansluiting aanwezig, dan moeten
er andere geschikte maatregelen worden genomen. Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door
specialisten in de elektrotechniek worden uitgevoerd.
Opmerking
De opmerkingen t.a.v. de sturing in hoofdstuk 8, "Bedrijf", dienen te allen tijde in acht te worden
genomen.
LET OP
Materiële schade
Beschadiging van de olietoevoerinstallatie door vallende voorwerpen mogelijk.
De exploitant dient voor het volgende zorg te dragen:
– De olietoevoerinstallatie alsmede de pijpleidingen moeten tegen vallende voorwerpen worden
beschut.
Opmerking
Bij het monteren van de olietoevoerinstallatie aan apparaten of installaties is de fabrikant van de
apparaten of installaties verplicht, de in deze aanwijzing voorkomende voorschriften, opmerkingen en
beschrijvingen ook in zijn gebruiksaanwijzing op te nemen.
•
Verwijderde beschermingsvoorzieningen moeten vóór de inbedrijfstelling weer worden aangebracht.
•
Op de olietoevoerinstallatie aangebrachte opmerkingen zoals het typeplaatje of een pijl met
draairichting moeten in acht worden genomen. Er mag geen verf of vuil op zitten. Ontbrekende borden
moeten worden vervangen.
•
De in verband met montage- of demontage-werkzaamheden onbruikbaar geworden bouten moeten
door nieuwe van dezelfde sterkteklasse en uitvoering worden vervangen.
•
Reserveonderdelen moeten van Siemens worden betrokken (zie hoofdstuk 11, "Onderdelenvoorraad,
klantenservice").
BA 9711 nl 11/2014
12 / 42