Inhoudsopgave
Advertenties
•
Spoelolie aftappen (zie het punt "Olieversen" in de aanwijzing bij de transmissie).
LET OP
Materiële schade
De spoelolie moet zorgvuldig uit de olietoevoerinstallatie, de bewakingsappatuur en de oliekamers in
de transmissie worden afgetapt, in warme toestand, zodat deze beter vloeit. Daarna mag de olie alleen
nog als spoelolie worden gebruikt. Alvorens de olie nogmaals te gebruiken, dient de spoelolie te worden
gereinigd.
WAARSCHUWING
Gevaar voor brandwonden
Ernstig letsel door het ontwijken van hete bedrijfsmiddelen bij het vervangen daarvan.
Geschikte veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril en beschermende kleding dragen.
VORZICHTIG
Gevaar van letsel door chemische stoffen
De olie mag in geen geval met de huid (bijv. de handen van het bedienpersoneel) in aanraking komen.
De veiligheidstips op de bladen met technische gegevens van de toegepaste olie dienen hierbij in acht
te worden genomen.
Gemorste olie onmiddellijk met bindmiddel verwijderen.
Aanwijzingen van de producent voor de omgang met smeer- en bindmiddelen in acht nemen.
Geschikte beschermende kleding dragen.
7.2.2
Olievulling voor het gebruik
Opmerking
Alvorens ze in gebruik te nemen dient olie in de transmissie en/of de olietoevoerinstallatie te worden
gedaan.
Het vullen van olie in de olietoevoerinstallatie geschiedt via de transmissie of met behulp van een
hulp-oliepomp. Olie dient tot het bereiken van het voorgeschreven oliepeil op de oliepeilmeter te worden
bijgevuld (zie aanwijzing bij de transmissie). Bij het vullen met olie moet de oliepomp stilstaan. Er dient voor
te worden gezorgd, dat de pomp en de zuigleiding met olie gevuld zijn (bijv. vullen via mofaansluiting in
de verbindingsleiding). De pomp moet worden ontlucht (zie gebruiksaanwijzing bij de pomp). Daarna dient
de pomp te worden aangezet.
Vóór de eerste ingebruikstelling van de transmissie moet de olietoevoerinstallatie tenminste 15 minuten
te hebben gedraaid, zodat alle oliekamers gevuld zijn (zie aanwijzing bij de transmissie). Gedurende deze
tijd moeten beide pompen en beide koelers afwisselend worden gebruikt. De olietoevoerinstallatie daarna
weer afzetten en, indien nodig, het olieniveau corrigeren.
Alle pijpleidingen, schroefverbindingen en flenzen natrekken, in het bijzonder de aanzuigleidingen (niet
toegestaan aanzuigen van lucht). Lekkages nieuw afdichten.
Opmerking
De kleppeninstellingen van de driewegkleppen vindt u in tabel 3 (zie punt 7.5.1 "Kleppeninstelling van
de afsluit- en driewegkleppen").
BA 9711 nl 11/2014
26 / 42
Advertenties
Inhoudsopgave
