Kan de functie apparaatgegevens ophalen of de functie
Verificatie niet gebruiken
Als u de apparaatgegevens niet kunt ophalen of de functies Beheer afdelings-id of Gebruikersverificatie niet
kunt gebruiken, controleer dan het volgende.
Oorzaak 1.
Het apparaat is uitgeschakeld of de kabel is niet correct ingeplugd.
Oplossing
Controleer de status van het apparaat.
Oorzaak 2.
De instellingen voor uw verbindingsomgeving zijn niet correct geconfigureerd.
Oplossing
Controleer het afdrukbare gebied van het apparaat en corrigeer de afdrukgegevens in de toepassing die u
gebruikt.
In een omgeving met afdrukserver
●
Installeer de Canon Driver Information Assist Service in de servercomputer met behulp van het
installatieprogramma voor het stuurprogramma.
●
Installeer TCP/IP als een protocol in uw omgeving vanaf de CD-ROM voor het besturingssysteem dat u
gebruikt.
Als het apparaat is aangesloten in een USB-verbinding of poortverbinding-omgeving
U kunt geen functies Apparaatinformatie, Beheer afdelings-id of Gebruikersverificatie gebruiken. Tevens kunt
u ze niet in de volgende poortverbindingsomgevingen gebruiken:
●
Een omgeving waarin de computer rechtstreeks is aangesloten op het apparaat met behulp van de SMB-
functie
●
Een omgeving waarin [Printerpooling inschakelen] is geselecteerd in het tabblad [Poorten] van het scherm
Printereigenschappen van Windows * is ingeschakeld
Gebruik een andere TCP/IP verbindingsomgeving, zoals een netwerkverbindingsomgeving voor de functies
Apparaatinformatie ophalen, Beheer afdelings-id of Gebruikersverificatie.
Maar u kunt de functies gebruiken via een USB-verbinding, afhankelijk van het apparaat of stuurprogramma
dat u gebruikt.
Oorzaak 3.
De naam van het apparaat is te lang.
Oplossing
Bevestig dat de naam van het in de printerlijst van Windows geregistreerde apparaat het volgende aantal
tekens niet overschrijdt.
●
Naam apparaat: maximaal 209 tekens
●
Gedeelde naam: maximaal 260 tekens
Problemen oplossen
169