Tabblad [Apparaatinstellingen]
U kunt apparaatoptie-instellingen configureren zoals een configuratieprofiel dat past bij het apparaat en de
beheerderinstellingen.
Als u een configuratieprofiel instelt, worden voor ieder item automatisch optimale waarden voor het apparaat
ingesteld. Raadpleeg de volgende link voor details.
Over instellingen van het configuratieprofieltype(P. 95)
Afhankelijk van de driver die u gebruikt, kunt u mogelijk bepaalde functies die in dit document worden
beschreven niet configureren.
[Apparaatgegevens]
Geeft weer of de apparaatstatus automatisch dan wel handmatig is ingesteld. Wanneer u de apparaatgegevens
ophaalt en deze toepast op de instellingen in het tabblad [Apparaatinstellingen], klik dan op [
(Apparaatstatusgegevens ophalen).
OPMERKING
●
Als u [Aan] selecteert onder [Overige instellingen] > [Configuratieprofiel wijzigen bij het ophalen van
apparaatinformatie] in het dialoogvenster [Gedetailleerde instellingen], wordt het configuratieprofiel
automatisch gewijzigd in overeenstemming met de opgehaalde apparaatinformatie.
[Config.profiel]
Geeft het toegepaste configuratieprofiel weer.
[Wijzigen] > Dialoogvenster [Configuratieprofiel wijzigen]
Stelt u in staat om een configuratieprofiel te wijzigen of te importeren.
[Configuratieprofiel selecteren]
[Automatisch voor uw apparaat geschikt configuratieprofiel selecteren]
Stelt het geschikte configuratieprofiel voor het gebruikte printermodel in.
[Handmatig selecteren]
Stelt u in staat om handmatig een configuratieprofiel in te stellen.
[
] (Configuratieprofiel importeren)
Importeert een geëxporteerd configuratieprofielbestand (*.typ).
[
] (Verwijderen)
Verwijdert het configuratieprofiel dat werd geselecteerd bij [Configuratieprofiel].
[Apparaatgegevens ophalen]
Haalt de apparaatgegevens op en past deze toe op de instellingen in het tabblad [Apparaatinstellingen].
OPMERKING
●
Als apparaatgegevens niet kunnen worden opgehaald, moet u handmatig het configuratieprofiel instellen
dat bij de naam van het printermodel past.
●
Als u ook na het toepassen van een configuratieprofiel dat bij de naam van het printermodel past, in het
tabblad [Apparaatinstellingen] weergegeven onderdelen niet goed kunt instellen, kunt u de functie- en optie-
informatie die bij het apparaat past, toepassen door een configuratieprofieltype in te stellen.
Instellingenlijst
149
]