Afdrukgegevens opslaan
U kunt de afdrukgegevens opslaan in een geheugen (postbus) op het apparaat. U kunt ook de instellingen van
de opgeslagen gegevens wijzigen of de opgeslagen gegevens combineren met andere opgeslagen gegevens,
dit kan vanaf het bedieningspaneel van het apparaat of vanaf de gebruikersinterface op afstand.
OPMERKING
●
Als u het gebruikte postbusnummer als standaardinstelling registreert onder Afdrukken met opslag, kunt u
de configuratie van instellingen bij het afdrukken aanzienlijk vergemakkelijken.
1
Geef het betreffende tabblad weer van het afdrukinstellingenscherm van het
stuurprogramma.
2
Selecteer [Opslaan] onder [Uitvoermodus] → klik op [OK].
3
Voer de naam van de gegevens in in het dialoogvenster [Details opslaan].
Als u een gewenste naam wilt opgeven, selecteer dan [Datanaam] > [Naam invoeren] → voer de naam in bij
[Naam].
4
Klik op [Postbusgegevens ophalen] → selecteer een opslagbestemming onder
[Postbussen].
U kunt meerdere postbussen selecteren door de toets [Ctrl] of [Shift] in te drukken.
5
Klik op [OK].
Verwante onderwerpen
Algemene instellingen voor alle bladen(P. 104)
Standaardinstellingen wijzigen(P. 32)
Afdrukken
30