Tabblad [Afwerking]
U kunt instellingen met betrekking tot lay-out, afdrukken en afwerking, zoals sorteren, nieten enz.,
configureren.
Afhankelijk van de driver die u gebruikt, kunt u mogelijk bepaalde functies die in dit document worden
beschreven niet configureren.
[Afdrukstijl]
Specificeert een modus voor het uitvoeren van afdrukgegevens. Afhankelijk van uw selectie voor [Afdrukstijl]
wijzigen de weergegeven instellingen als volgt:
Wanneer [Enkelzijdig afdrukken] of [Dubbelzijdig afdrukken] wordt geselecteerd(P. 115)
Wanneer [Boekje afdrukken] geselecteerd is(P. 117)
Wanneer [Garenloos innaaien [enkelzijdig]] of [Garenloos innaaien [dubbelzijdig]] wordt
geselecteerd(P. 119)
Wanneer [Enkelzijdig afdrukken] of [Dubbelzijdig afdrukken] wordt
geselecteerd
[Afdrukken met verschillende papierformaten/afdrukstanden]/[Afdrukken in
verschillende afdrukstanden]
Hiermee kunt u gegevens afdrukken die verschillende paginaformaten en afdrukrichtingen combineren.
[Details] > Dialoogvenster [Gedetailleerde instellingen]
Hiermee kunt u de combinatie van paginaformaten en uitlijnmethodes van pagina's instellen als u gegevens
afdrukt die verschillende paginaformaten en afdrukrichtingen combineren.
[Instellingen voor vouwen] > Dialoogvenster [Instellingen voor vouwen]
Hiermee maakt u een vouw in afgedrukt papier zodat dit eenvoudiger kan worden gevouwen. U kunt ook het
aantal vouwen instellen.
[Inbindlocatie]
Stelt de bindrand van het papier in.
Als u de [Afdrukstand] wijzigt in het tabblad [Algemene instellingen]/[Pagina-instelling], dan verschuift de
[Inbindlocatie] naar links of boven. De positieverhouding tussen lange zijde/korte zijde blijft ongewijzigd.
[Rugmarge] > Dialoogvenster [Rugmarge-instellingen]
Hiermee kunt u de breedte van de rugmarge instellen.
[Afwerking]
Stelt de paginavolgorde in en of de pagina's moeten worden geniet bij het afdrukken van meerdere
exemplaren.
Instellingenlijst
115