De authenticatiefunctie instellen
U kunt het afdrukken beheren via de functie Beheer afdelings-id of Gebruikersauthenticatie.
Voorwaarden
●
Wanneer u de computer opstart, moet u zich aanmelden als lid van de groep Administrators.
Procedures
1
Geef het scherm Printereigenschappen weer.
Bij het weergeven vanaf [
(1) Open [Bluetooth en apparaten] (of [Apparaten]).
(2) Open in [Printers en scanners] het beheerscherm voor het in te stellen apparaat.
Klik hiertoe op het apparaat of op [Beheren] voor het bijbehorende apparaat.
(3) Klik op [Printereigenschappen] voor het in te stellen apparaat.
Bij het weergeven vanaf [Configuratiescherm]
(1) Open [Apparaten en printers].
(2) Klik vanuit de printerlijst met de rechtermuisknop op het in te stellen apparaat → selecteer [Eigenschappen
van printer] in het weergegeven menu.
2
Open het tabblad [Apparaatinstellingen].
3
Selecteer de verificatiefunctie die u wilt gebruiken onder [Gebruikersbeheer] → klik op
[Instellingen].
4
Selecteer [Pincode instellen toestaan]/[Wachtwoord-instellingen toestaan] → voer de
verificatie-informatie in.
Om de functie Beheer afdelings-ID te gebruiken, voert u de informatie in bij [Afdelings-id] en [Pincode].
Om de functie Gebruikersverificatie te gebruiken, voert u de informatie in bij [Gebruikersnaam] en
[Wachtwoord].
Als u de in het apparaat ingestelde verificatie-informatie en de overeenkomst van de ingevoerde inhoud wilt
controleren, klik dan op [Verifiëren].
5
Stel de relevante instellingen in → klik op [OK].
Het stuurprogramma en het apparaat koppelen
Instellingen] in het Startmenu
96