Pagina 1
CTK - 7200 WK - 7600 GEBRUIKSAANWIJZING Bewaar a.u.b. alle informatie voor eventueel latere naslag. Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen Zorg er voor eerst aandachtig de “Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid” te lezen voordat u het keyboard probeert te gebruiken. CTK7200/WK7600D1B...
BEPERKINGEN DE SCHADE DOOR HET VERLIES VAN WINSTEN, ONDERBREKINGEN VAN ZAKELIJKE BELANGEN, VERLIES VAN INFORMATIE) DIE VOORTKOMT UIT HET GEBRUIK VAN OF DE ONMOGELIJKHEID TOT HET GEBRUIK VAN DEZE HANDLEIDING OF DIT PRODUCT, ZELFS ALS CASIO ER OP ATTENT GEMAAKT IS DAT DE MOGELIJKHEID OP DERGELIJKE SCHADE BESTAAT.
Inhoudsopgave Algemene gids ......D-4 Gebruiken van automatische begeleiding ........D-24 Aflezen van de display ........D-6 Modi..............D-7 Spelen van een automatische begeleiding ..D-24 Menu’s ............... D-7 Selecteren van een akkoord , Voorzorgsmaatregelen terwijl vingerzet modus..........D-26 “Please Wait” wordt getoond ......D-7 Wijzigen van automatische Opslaan van instellingen ........
Pagina 4
Inhoudsopgave Opslaan van keyboard Gebruiken van het basisinstellingen in het functiemenu......D-130 registratiegeheugen ....D-66 Gebruiken van het functiemenu .....D-130 Instellingen van het functiemenu ....D-131 Een basisinstelling opslaan in het registratiegeheugen......... D-67 Gebruiken van een Een basisinstelling oproepen uit het registratiegeheugen.........
Algemene gids • De afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing tonen de WK-7600. • Er is een toelichting van een toetsnummer aan de achterkant van deze gebruiksaanwijzing. U kunt deze er af halen en naar de toetsnummers verwijzen zoals vereist. L-1 - L-17 C-1 - C-17 Draairegel D-1 - D-12...
Pagina 6
Algemene gids • In deze handleiding verwijst de term “Digitale Keyboard” naar CTK-7200/WK-7600. • Deze handleiding gebruikt de hieronder gegeven nummers en namen die verwijzen naar de toetsen en bedieningsorganen. • Hieronder volgt een verklaring van de betekenis van de # en $ symbolen die verschijnen op het paneel van het product en met de hieronder gegeven toetsnamen.
Algemene gids Akkoordgebied Aflezen van de display Dit gebied toont het akkoord dat gespeeld wordt wanneer de automatische begeleiding (pagina D-24) of Dit hoofdstuk geeft een verklaring van de inhoud van het muziekvoorkeuze (pagina D-54) gebruikt wordt. Het kan displayscherm van het Digitale Keyboard. breukakkoorden tonen door de akkoordgrondtoon (C, G, etc.) en het type (m, septiem, etc.) te laten zien.
Algemene gids Modi Menu’s Uw Digitale Keyboard heeft drie modi: een ritme modus, een U kunt dezelfde bedieningshandelingen volgen om menu’s te kaartmodus en een melodiesequencer modus. De op dat tonen die specifiek zijn voor de modus en functie. Houd om moment geselecteerde modus wordt weergegeven als een een menu weer te geven de R-13 (FUNCTION) toets indicator op de display.
Algemene gids Opslaan van instellingen Uw Digitale Keyboard is uitgevoerd met een melodiesquencer en andere kenmerken die u kunt gebruiken om data die u creëert op te slaan. Deze opgeslagen data blijven behouden zelfs wanneer het Digitale Keyboard uitgeschakeld is. De toon, het ritme en andere instellingen die u configureert op het console van het Digitale Keyboard keren gewoonlijk terug tot hun defaults (oorspronkelijke instelling bij inschakelen van...
Voorbereidingen voor het spelen Gebruik van een stopcontact Voorbereidingen voor de Zorg ervoor dat u enkel de netadapter (JEITA Standaard, met muziekblad standaard gecombineerde polariteitsstekker) die gespecificeerd is voor dit product gebruikt. Het gebruik van een ander type netadapter kan bedieningsproblemen veroorzaken. Partituurstandaard Gespecificeerde netadapter: AD-A12150LW Sluit de netadapter aan d.m.v.
Voorbereidingen voor het spelen ■ Lege batterij indicator Gebruiken van batterijen Het onderstaande toont de geschatte levensduur van de U kunt zes batterijen maat D gebruiken voor het leveren batterijen. van stroom. 4 uren op alkaline batterijen • Gebruik alkaline of zink-koolstof batterijen. * De bovenstaande waarden zijn de standaard levensduur Gebruik geen oxyride batterijen of andere batterijen die van de batterijen bij kamertemperatuur met het volume op...
Aansluitingen Aansluiten van de hoofdtelefoon • Stel het volume altijd in op een laag niveau d.m.v. de Door de hoofdtelefoon te gebruiken wordt het geluid van de L-2 (VOLUME) regelaar telkens wanneer u een apparaat ingebouwde luidsprekers uitgeschakeld hetgeen betekent dat aan gaat sluiten op het Digitale Keyboard.
Draagbare audiospeler, enz. meebrengen. Stereo ministekker • U kunt informatie betreffende de accessoires die los verkrijgbaar zijn krijgen van de CASIO catalogus die beschikbaar is bij uw winkelier en van de CASIO website bij de volgende URL. http://world.casio.com/ D-12...
Selecteren en spelen van een toon R-1 - R-12 R-1 - R-12 R-14 R-14 L-14 L-14 L-16 L-16 R-19 R-19 L-13 L-13 L-17 L-17 R-20 R-20 • Met de oorspronkelijke configuratie zal het Digitale Inschakelen van de spanning van Keyboard teruggesteld worden op de default het Digitale Keyboard instellingen telkens wanneer het toestel wordt uitgeschakeld.
Selecteren en spelen van een toon ■ Uitschakelen van de automatische Druk op de L-16 (PLAY/STOP) toets om de stroomonderbreker weergave van de demonstratiemelodie te stoppen. Druk op de L-1 (POWER) toets om deze uit te schakelen als het Digitale Keyboard Selecteren van een toon ingeschakeld is.
Selecteren en spelen van een toon Nu kunt u op het toetsenbord spelen met de • Drie tonen, twee gelaagde tonen voor het rechter bereik en één voor het linker bereik van het toetsenbord geselecteerde toon. (pagina D-17) Deze configuratie gebruikt enkel het UPPER 1 onderdeel, het UPPER 2 onderdeel en het LOWER onderdeel (Laag: •...
Selecteren en spelen van een toon R-15 R-15 R-16 R-16 R-17 R-17 L-10 L-10 R-14 R-14 L-11 L-11 R-13 R-13 R-19 R-19 R-18 R-18 R-20 R-20 Aanbrengen van een laag met twee tonen Splitsen van het toetsenbord tussen twee tonen Verwijs naar de afzonderlijke “Appendix”...
Selecteren en spelen van een toon Specificeren van het toetsenbordsplitspunt Gebruiken van laag en splitsing samen Houd de R-19 (SPLIT) toets ingedrukt en druk Zie stappen 1 en 6 van de procedure onder tegelijkertijd op de klaviertoets waarvan u wilt “Aanbrengen van een laag met twee tonen”...
Selecteren en spelen van een toon Verhogen en verlagen van de Gebruiken van toonschaal van het toetsenbord octaafverschuiving (transponeren) U kunt d.m.v. octaafverschuiving de octaaf afzonderlijk veranderen van de UPPER 1, UPPER 2 en LOWER delen. U De transponeerfunctie laat u de algehele toonschaal van het kunt octaafverschuiving gebruiken om de octaaf van een toetsenbord verhogen of verlagen in stappen van een halve melodie te verhogen of te verlagen, of om verschillende...
Selecteren en spelen van een toon Druk op de L-9 (BEAT) of R-15 (EXIT) toets. Gebruiken van de metronoom • Hierdoor wordt het metronoommaatslagscherm verlaten. Druk op de L-9 (METRONOME) toets. Veranderen van de tempo instelling Er zijn twee verschillende methoden die u kunt aanwenden om de instelling van het tempo te veranderen: gebruiken van de TEMPO toetsen of lichtjes een maatslag op een toets trommelen.
Selecteren en spelen van een toon ■ Bijstellen van het tempo door een maat te tikken Gebruiken van de Houd de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt en toonhoogteregelaar tik lichtjes vier maal op de L-11 (TAP) toets met Met de PITCH BEND draairegelaar (S-1) kunt u de de snelheid (tempo) die u wilt instellen.
Selecteren en spelen van een toon Selecteer een temperament d.m.v. de Selecteren van een temperament draairegelaar of de R-14 (–, +) toetsen. en fijnafstellen van de toonschaal • Bij selecteren van een temperament anders dan 01: Bij Equal verschijnt de C indicator in de display. Selecteer d.m.v.
Selecteren en spelen van een toon Fijnstemmen van een toonschaal Specificeren of de huidige toonschaalinstellingen uitgeoefend dienen te Mocht dit nodig zijn voer dan de procedure uit worden op de automatische begeleiding onder “Selecteren van een voorkeuze (Accomp Scale) toonschaal” (pagina D-21) om een voorkeuzetemperament te selecteren.
Selecteren en spelen van een toon Druk op de R-18 (AUTO HARMONIZE/ Automatisch spelen van Apeggio ARPEGGIATOR) toets. frasen (Arpeggiator) • Hierdoor verschijnt een aanwijzerindicator in de display naast ARPEG. Met de arpeggiator kunt u automatisch verschillende arpeggio’s en andere frasen spelen door gewoonweg klaviertoetsen aan te slaan op het toetsenbord.
Gebruiken van automatische begeleiding R-15 R-15 L-3 - L-8 L-3 - L-8 L-10 L-10 R-14 R-14 L-11 L-11 L-12 L-12 L-14 L-14 L-16 L-16 L-13 L-13 L-15 L-15 L-17 L-17 R-18 R-18 Scroll m.b.v. de draairegelaar door de Bij automatische begeleiding kunt u gewoonweg het gewenste begeleidingsritme selecteren en zal de begeleiding ritmenummers totdat het gewenste nummer (drums, gitaar, enz.) automatisch spelen terwijl u een akkoord...
Pagina 26
Speel andere akkoorden met de linker hand terwijl u de melodie met uw rechter hand speelt. • U kunt “CASIO Chord” gebruiken of andere vereenvoudigde akkoord vingerzetmodi om akkoorden te spelen. Zie “Selecteren van een akkoord vingerzet modus”...
■ CASIO Chord Bij “CASIO Chord” gebruikt u vereenvoudigde vingerzettingen U kunt kiezen uit de volgende vijf akkoord vingerzetmodi. om de vier typen akkoorden te spelen die hieronder worden beschreven.
Gebruiken van automatische begeleiding Wijzigen van automatische Gebruiken van één-toets begeleidingspatronen voorkeuzes Er zijn zes verschillende automatische begeleidingspatronen, Eén-toets voorkeuze geeft u toegang door indrukken van zoals hieronder getoond. U kunt overschakelen tussen slechts één toets tot de toon en tempo instellingen die goed patronen tijdens de begeleidingsweergave en zelfs de passen bij het op dat moment geselecteerde ritmepatroon van patronen wijzigen.
Gebruiken van automatische begeleiding Typenummer Typenaam Omschrijving Gebruiken van automatische Voegt een open harmonie van harmonisatie 3WayOpen 2 noten toe, voor een totaal van drie noten. Met automatische harmonisatie wordt harmonie toegevoegd aan de melodienoten die u speelt met de rechter hand. U kunt Voegt een gesloten harmonie kiezen uit één van de 12 automatische harmonisatie 3WayClos...
Uitoefenen van effecten op een klank U kunt een verscheidenheid aan akoestische effecten uitoefenen op de klanken die worden geproduceerd door het Digitale Keyboard. De ingebouwde effecten omvatten een grote verscheidenheid waarbij u toegang krijgt tot een selectie algemene digitale effecten.
Pagina 31
Uitoefenen van effecten op een klank ■ DSP effectmodus configuratie De DSP effectmodus is geactiveerd terwijl “DSP” geselecteerd is als de “Chorus/DSP” effectparameter. DSP en nagalm kunnen gebruikt worden bij de DSP effectmodus. Onderdeel A01-A16, B01-B16 Uitgangsvermogen Part Volume/Pan Master Toongenerator Volume/Pan Reverb Send...
Uitoefenen van effecten op een klank R-15 R-15 R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 Selecteren van effect • Een aanwijzerindicator wordt naast REVERB weergegeven Effecten worden onderverdeeld in verschillende types wanneer iets anders dan “oFF” geselecteerd is als het (nagalm, zweving, DSP) zodat u eerst de procedure hieronder nagalmtype.
Uitoefenen van effecten op een klank Indien u wilt, verplaats dan d.m.v. de R-17 (t, Regel d.m.v. de mixer Zweving Zenden van het y) toetsen de vetgedrukte haakjes (%) naar onderdeel waarop u zweving wilt uitoefenen. de “DSP Uitschakelen” instelling en verander •...
Uitoefenen van effecten op een klank Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen de Creëren van een gebruikers DSP vetgedrukte haakjes (%) naar de “DSP” instelling. U kunt een gebruikers DSP creëren door één van de ingebouwde voorkeuze DSP’s te bewerken. •...
Pagina 35
Uitoefenen van effecten op een klank Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen 0 naar Selecteer d.m.v. de draairegelaar of R-14 (–, +) de parameter die u wilt veranderen. toetsen het bestemming gebruikers DSP nummer dat u wilt gebruiken. Verplaats d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen de cursor naar de naamletterpositie die u wilt veranderen en selecteer dan d.m.v.
Uitoefenen van effecten op een klank DSP parameterinstellingen De onderstaande tabel toont de parameters die geconfigureerd kunnen worden op het DSP bewerkingsscherm. De instellingen gemarkeerd met een asterisk (*) in de “Instelbereik” kolom zijn de oorspronkelijke defaults. Parameternaam Omschrijving Instelbereik Parameters 1 - 8 Het aantal parameters en instellingen dat beschikbaar is voor elke –...
Gebruiken van de mixer R-14 R-14 R-17 R-17 R-13 R-13 R-15 R-15 R-16 R-16 D-4 - D-12 D-4 - D-12 C-17 C-17 Mixer overzicht Wordt gebruikt voor dit: Voor meer informatie: gedeelte: De klankbron van dit Digitale Keyboard is in staat om “Gebruiken van de maximaal 32 afzonderlijke gedeelten tegelijkertijd weer te Metronoomklank...
Gebruiken van de mixer • Wanneer u de vetgedrukte haakjes (%) naar één van Mixerbewerking de instelwaarden van een deelparameter verplaatst, worden alle deelparameterwaarden van de bank (A of B) waartoe het deel behoort, aangegeven door zwarte Veranderen van de mixerparameters niveaumeters.
Gebruiken van de mixer Veranderen van parameterinstellingen d.m.v. de schuifregelaars Terwijl het mixerscherm getoond wordt, verander d.m.v. schuifregelaars D-4 (1/9/EXT) - D-12 (MASTER) de getoonde parameterinstellingen. De D-1 (PART/COMMON), D-2 (GROUP A/B) en D-3 (1-8/9-16) toetsen worden gebruikt om de onderdelen te specificeren die corresponderen aan de schuifregelaars D-4 (1/9/EXT) - D-11 (8/16).
Gebruiken van de mixer ● Schuifregelaars D-4 (1/9/EXT) - D-11 (8/16): Stel d.m.v. schuifregelaars D-4 (1/9/EXT) - D-11 Sta de configuratie toe van de volgende (8/16) het volume van elk onderdeel (A01 - A08). parameterinstellingen in overeenstemming met de • Terwijl u een schuifregelaar beweegt om een momenteel getoonde mixerinstellingen.
Gebruiken van de mixer Om alle mixerparameters terug te stellen Veranderen van de informatie weergegeven door de niveaumeter tijdens het configureren van de deelparameterinstellingen • Zie “Parameterlijst” (pagina D-162) voor nadere details Houd terwijl het mixerscherm weergegeven betreffende hoe de oorspronkelijke defaultinstellingen geconfigureerd zijn wanneer u de volgende procedure wordt de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt uitvoert.
Gebruiken van de mixer Mixerparameter instellingen De onderstaande tabel toont dat de parameters die op het mixerscherm geconfigureerd worden. De instellingen gemarkeerd met een asterisk (*) in de “Instelbereik” kolom zijn de oorspronkelijke defaults. MASTER Parameters MASTER parameters omvatten de items voor het bijstellen van het volumeniveau, panpositie en andere instellingen die op alle delen worden uitgeoefend.
Gebruiken van de mixer MIC/INST Parameters (Extern MIC IN/INST IN <EXT(M/I)>) MIC/INST parameters bevatten instellingen die gerelateerd zijn aan de T-4 (INST IN) en T-6 (MIC IN) aansluitingen. Parameternaam Omschrijving Instelbereik Part Specificeert of het geluidsingangssignaal dient te worden afgegeven (on) of niet oFF, on (Mic/Inst Activeren) (oFF).
Gebruiken van de mixer Deelparameters Deelparameters omvatten instelitems die bijgesteld kunnen worden voor de delen A01 - A16 en B01 - B16. Parameternaam Omschrijving Instelbereik TONE Specificeert een toon voor elk deel. Bij het configureren van deze parameter kunt u A:001 - L:100 (Gedeeltetoon) d.m.v.
Gebruiken van de Toon Editor R-15 R-15 R-11 R-11 R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 C-17 C-17 U kunt een gebruikerstoon creëren door één van de Tooncreatie overzicht ingebouwde voorkeuzetonen te bewerken. De voorkeuzetonen in dit Digitale Keyboard omvatten een aantal parameters.
Pagina 46
Gebruiken van de Toon Editor (3) Toonhoogteparameters (1) Toonkarakteristiek Golfvorm • Vibratotype, Vibratovertraging, Vibratosnelheid, • Tooninstelling Vibratodiepte Specificeert welke van de voorkeuzetonen gebruikt dient te Deze parameters regelen het vibrato effect af, hetgeen worden als de originele toon. periodieke veranderingen veroorzaakt in de toon. (2) Volumekarakteristiek Parameters •...
Gebruiken van de Toon Editor Selecteer de instelwaarde d.m.v. de Creëren van een gebruikerstoon draairegelaar of de R-14 (–, +) toetsen. • Door de R-14 (–, +) toetsen tegelijkertijd in te drukken wordt de parameter teruggezet op de oorspronkelijke Gebruikerstoonnummers default instelling.
Pagina 48
Gebruiken van de Toon Editor • De boodschap “Please Wait” blijft op de display terwijl de data-opslagbewerking wordt uitgevoerd. Voer geen bediening uit terwijl deze melding wordt weergegeven. Data van het Digitale Keyboard kan gewist of onbruikbaar worden wanneer het Digitale Keyboard uitgeschakeld of de geheugenkaart verwijderd wordt.
Gebruiken van de Toon Editor Toonparameterinstellingen De onderstaande tabel toont de parameters die geconfigureerd kunnen worden op het toonbewerkingsscherm. Zie “Tooncreatie overzicht” (pagina D-44) voor informatie aangaande elke parameter. De instellingen gemarkeerd met een asterisk (*) in de “Instelbereik” kolom zijn de oorspronkelijke defaults. Parameternaam Omschrijving Instelbereik...
Pagina 50
Gebruiken van de Toon Editor Parameternaam Omschrijving Instelbereik DSP Type Toont het DSP typenummer dat correspondeert aan de bovenstaande DSP 01 - 46 (DSP type) waarde die automatisch als de oorspronkelijke defaultinstelling wordt ingesteld. U kunt de oorspronkelijke default instelling wijzigen en een ander DSP type selecteren.
Gebruiken van trekorgeltonen R-14 R-14 R-16 R-16 R-13 R-13 R-12 R-12 D-4 - D-12 D-4 - D-12 C-17 C-17 R-17 R-17 Uw Digitale Keyboard heeft trekorgeltonen die u kunt Druk op de R-12 ([L] DRAWBAR ORGAN) toets gebruiken om golfvormverhoudingen te mengen, precies om de trekorgel toongroep te selecteren.
Gebruiken van trekorgeltonen Bijstellen van een trekorgeltoon in realtime Om de niveaumeter te configureren om de harmonische overtoonniveau’s te tonen voor Bijstellen van trekorgeltonen in realtime d.m.v. de elke schuifregelaarstand. schuifregelaars en toetsen. Om dit te doen: Doe dit: Zie stappen 1 en 3 van de procedure onder “Selecteren van en spelen met een Bijstellen van toon Schuif schuifregelaars D-4 (16') -...
Gebruiken van trekorgeltonen Verander de instelwaarde d.m.v. de Bewerken van trekorgeltonen draairegelaar of de R-14 (–, +) toetsen. • Door de R-14 (–, +) toetsen tegelijkertijd in te drukken Gebruikers trekorgel toonnummers wordt de parameter teruggezet op de oorspronkelijke default instelling. De toongebieden L:051 - L:100 zijn voor het opslaan van gebruikerstonen trekorgeltonen.
Gebruiken van trekorgeltonen Trekorgeltoon parameters instellingen De onderstaande tabel toont de parameters die geconfigureerd kunnen worden op het trekstangbewerkingsscherm. De instellingen gemarkeerd met een asterisk (*) in de “Instelbereik” kolom zijn de oorspronkelijke defaults. Parameternaam Instelling Instelbereik Ft16' - Ft1' Stelt de “lengte”...
Muziekvoorkeuzes R-15 R-15 L-3 - L-8 L-3 - L-8 R-1 - R-12 R-1 - R-12 R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 L-14 L-14 L-16 L-16 C-10 C-10 C-17 C-17 L-13 L-13 L-15 L-15 L-17 L-17 C-11 C-11 C-14 C-14 Uitvoeren van het gebruik van een Gebruiken van muziekvoorkeuzes...
Pagina 56
Muziekvoorkeuzes Selecteer d.m.v. de toetsen L-3 ([A] POPS/ Speel de melodie samen met de automatische ROCK/DANCE) - L-8 ([F] USER RHYTHMS) een begeleiding. muziekvoorkeuzegroep. • De voorkeuze akkoordprogressie herhaal hetzelfde patroon. Het aantal maten in de progressie hangt af van de muziekvoorkeuze die geselecteerd is. Kortere progressies omvatten twee tot vier maten terwijl langere 30 tot 40 maten lang zijn.
Pagina 57
Muziekvoorkeuzes Muziekvoorkeuze instellingen De instellingen in de onderstaande tabel worden opgeroepen wanneer een muziekvoorkeuze geselecteerd is. • Behalve voor de akkoordprogressie kunnen alle instellingen worden aangepast nadat een muziekvoorkeuze geselecteerd is. Zie de informatie die aangegeven staat in de “Voor meer informatie” kolom van de tabel voor details aangaande het aanpasen van een bepaalde instelling.
Pagina 58
Muziekvoorkeuzes Veranderen van automatische Veranderen van het ritme tijdens het gebruik begeleidingsinstelingen van de van een muziekvoorkeuze muziekvoorkeuze Terwijl het muziekvoorkeuzescherm getoond wordt, fungeren de toetsen L-3 ([A] POPS/ROCK/DANCE) - L-8 ([F] USER Terwijl het muziekvoorkeuzescherm wordt weegegeven, kunt RHYTHMS) als selectietoetsen voor de u de L-17 (ACCOMP ON/OFF) toets gebruiken om de muziekvoorkeuzegroep.
Muziekvoorkeuzes Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen de 0 Creëren van een naar “Parameter” en druk daarna op de R-16 gebruikersvoorkeuze (ENTER) toets. • Hierdoor wordt het parametermenu getoond. Gebruikersvoorkeuzenummers De voorkeuzegebieden F:001 - F:100 zijn voor het opslaan van gebruikersvoorkeuzes.
Muziekvoorkeuzes Verplaats d.m.v. de R-17 (y) toets de 0 naar “Store” en druk daarna op de R-16 (ENTER) • Door op de R-15 (EXIT) toets te drukken in plaats van stap toets. 6 wordt het bevestigingsscherm hieronder getoond. Door • Hierdoor wordt een scherm getoond voor het op dit moment op de R-14 (YES) toets te drukken verschijnt specificeren van het bestemming het gebruikersvoorkeuze opslagscherm in stap 6.
Muziekvoorkeuzes Instelling van de Timing en de akkoordprogressieweergave Dit hoofdstuk geeft een verklaring hoe akkoordprogressies worden weergegeven in overeenstemming met de “Timing” (Instellen Timing) instellingen in stap 5 onder “Creëren en opslaan van een gebruikersvoorkeuze” (pagina D-58). Merk op dat deze instelling alleen de weergave beïnvloed.
Pagina 62
Muziekvoorkeuzes • 3/4 Speel akkoorden maat-voor-maat bij een timing die 3/4 is van die van de opname. Deze instelling is het beste voor gebruik met een 6/8ste tijd ritme. Weergeven van een akkoordprogressie zoals dat getoond voor “Half” hierboven terwijl “3/4” gespecificeerd is, geeft het resultaat in de progressie die hieronder getoond wordt.
Muziekvoorkeuzes Voer de volgende akkoordprogressie Bewerken van een bewerkingen uit. akkoordprogressie • Naast een bestaand akkoord (“Wijzigen van opgenomen akkoorddata”, pagina D-63) U kunt de voorkeuze akkoordprogressie wijzigen en deze • Wis een bestaand akkoord (“Wissen van opgeslagen opslaan als een gebruikersvoorkeuze of u kunt een nieuwe akkoorddata”, pagina D-63) akkoordprogressie creëren vanaf het begin en deze dan •...
Muziekvoorkeuzes Wijzigen van opgenomen akkoorddata Wissen van opgeslagen akkoorddata Zie stappen 1 en 4 van de procedure op pagina Zie stappen 1 en 4 van de procedure op pagina “Akkoordprogressie bewerkingsstappen” op “Akkoordprogressie bewerkingsstappen” op pagina D-62. pagina D-62. Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen de Verplaats d.m.v.
Muziekvoorkeuzes Specificeer de plaats van de nieuwe Uitvoeren van stapinvoer van akkoorden akkoordinvoeging als het aantal maatslagen na Zie stappen 1 en 4 van de procedure op pagina de huidige cursorpositie. “Akkoordprogressie bewerkingsstappen” op Specificeren van dit aantal Druk op deze pagina D-62.
Muziekvoorkeuzes Uitvoeren van menubewerkingen Om dit te doen: Doe dit: 1. Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen Voeg blanco maten Zie stappen 1 en 4 van de procedure op pagina de 0 naar “InsertMeas.” en druk daarna in op specifieke plaatsen op de R-16 (ENTER) toets.
Opslaan van keyboard basisinstellingen in het registratiegeheugen R-14 R-14 C-10 C-10 C-12 C-12 C-15 C-15 C-17 C-17 C-11 C-11 C-13 C-13 C-14 C-14 C-16 C-16 Het registratiegeheugen laat u basisinstellingen (toon, ritme, etc.) van het Digitale Keyboard opslaan voor onmiddellijk oproepen wanneer u deze instellingen nodig heeft.
Opslaan van keyboard basisinstellingen in het registratiegeheugen • Derde basisinstelling van de melodie opgeslagen naar Basisinstelling 1-3. • De boodschap “Please Wait” blijft op de display terwijl Basisinstel- Basisinstel- Basisinstel- de data-opslagbewerking wordt uitgevoerd. Voer geen ling 1-1 ling 1-2 ling 1-3 bediening uit terwijl deze melding wordt weergegeven.
Pagina 70
Gebruiken van de melodiesequencer Druk op de C-3 (RECORD) toets. (4) Verplaats d.m.v. de R-17 (y) toets 0 naar “Precount” en druk vervolgens op de R-14 (–, +) toetsen om het tellen in of uit te schakelen. Door het tellen in te schakelen wordt tellen van een-maat ingevoegd voor het starten van de opname wanneer u op de L-16 (START/STOP) toets drukt in stap 4.
Gebruiken van de melodiesequencer Neem d.m.v. EASY REC een toetsenbordspel Wat u kunt doen met de op d.m.v. een muziekvoorkeuze melodiesequencer Voer de stappen 1 - 4 uit onder “Uitvoeren van De gemakkelijkste manier van gebruiken van de het gebruik van een muziekvoorkeuze” (pagina melodiesequencer is het opnemen van het toetsenbordspel D-54).
Gebruiken van de melodiesequencer Systeemspoor en Spoor 01 - 16 Gemeenschappelijke opname Inhoud • Door de manier waarop melodiedelen worden geconfigureerd worden instellingen die geconfigureerd ■ Starten van de opname werden door een opgeroepen registratie, op andere • Maatslaginstelling genummerde delen uitgeoefend dan ze toegewezen waren •...
Gebruiken van de melodiesequencer Selecteer d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen het Opnemen van afzonderlijke systeemspoor. sporen • Als het systeemspoor reeds opgenomen data bevat, dan zullen de huidige systeemspoordata gewist worden Dit gedeelte geeft een uitleg over hoe het systeemspoor wordt als de opname in stap 7 hieronder wordt gestart.
Gebruiken van de melodiesequencer Opnemen op Sporen 01 - 16 • Pagina 2 van het menuscherm heeft een “RecType” Druk op de C-4 (SONG SEQUENCER) toets om instelling maar deze instelling kan niet worden gebruikt bij de melodiesequencermodus in te schakelen. het opnemen van uw spel naar een systeemspoor.
Gebruiken van de melodiesequencer Selecteer d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen een (5) Verplaats d.m.v. de R-17 (y) toets de 0 naar spoor (Spoor 01 - Spoor 16). “RecType” en selecteer daarna m.b.v. de R-14 (–, +) toetsen “REPL” of “OVDB”. Wanneer u dit type opname wilt Selecteer deze uitvoeren:...
Pagina 76
Gebruiken van de melodiesequencer Wissen van de inhoud van een enkel spoor Wissen van een enkel melodie onmiddellijk onmiddellijk nadat u het heeft opgenomen nadat u die heeft opgenomen Terwijl het oorspronkelijke scherm op de Terwijl het oorspronkelijke scherm op de melodiesequencermodus is, houd de R-13 melodiesequencermodus is, houd de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt terwijl u op de C-17...
Gebruiken van de melodiesequencer Mixerinstellingen en de Zie “Gebruiken van de mixer” (pagina D-36) voor details melodiesequencermodus aangaande mixerfuncties en bewerkingen. U kunt toegang verkrijgen tot de mixer tijdens de Heropnemen van een onderdeel weergavestandby of de opnamestandby (C-3 (RECORD) toets knippert) of terwijl de opname plaats aan het vinden is van een melodie (toets-voor-toets (C-3 (RECORD) toets brandt).
Gebruiken van de melodiesequencer Druk op de L-16 (START/STOP) toets. Specificeren van het toets-voor-toets • Hierdoor wordt toets-voor-toets weergave gestart. opnamebereik voordat u begint • De volgende bewerkingen worden ondersteund tijdens (Automatische toets-voor-toets opname) de toets-voor-toets weergave. Ze helpen u snel en gemakkelijk te gaan naar het startpunt voor Geef de melodie weer en bepaal welk deel van heropname.
Gebruiken van de melodiesequencer Verplaats d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen de • Wanneer “OFF” (uit) geselecteerd wordt voor het opname eindpunt, zal de toets-voor-toets opname niet cursor en verander dan d.m.v. de draairegelaar automatisch stoppen omdat geen eindpunt is of R-14 (–, +) toetsen de waarde bij de gespecificeerd.
Gebruiken van de melodiesequencer Nadat alle paneelinstellingen naar wens zijn Configureerde mixerinstellingen, tempo en uitgevoerd, houd de R-13 (FUNCTION) toets overige paneelinstellingen die u wilt gebruiken ingedrukt en druk op de C-17 (MENU) toets. voor de weergave. • Hierdoor wordt het melodiesequencermenu getoond. •...
Gebruiken van de melodiesequencer Weergeven van alleen een bepaald gedeelte Herhalen van de weergave van een specifieke fase Druk op de C-4 (SONG SEQUENCER) toets om de melodiesequencermodus in te schakelen. Houd de L-12 (REPEAT) toets ingedrukt totdat het hieronder getoonde localiseringsscherm Selecteer d.m.v.
Gebruiken van de melodiesequencer Druk op de L-16 (START/STOP) toets om de Bewerken van een melodie weergave te stoppen. De volgende bewerkingen worden ondersteund tijdens melodiebewerking. • Wissen van een specifieke melodie of alle melodieën • Door op de R-15 (EXIT) toets te drukken zonder op de R-16 •...
Gebruiken van de melodiesequencer Verplaats d.m.v. de R-17 (y) toetsen de Wissen van een melodie vetgedrukte haakjes (%) naar “To”. Voer de procedure uit onder “Starten van een melodie editorbewerking” on pagina D-81 om het melodie bewerkingsmenu te tonen met de 0 bij “Clear”.
Gebruiken van de melodiesequencer Wissen van een of meer maten van een Invoegen van blanco maten in een melodie melodie Voer de procedure uit onder “Starten van een Voer de procedure uit onder “Starten van een melodie editorbewerking” op pagina D-81 om melodie editorbewerking”...
Gebruiken van de melodiesequencer Druk als reactie op de “Sure?” boodschap die Extraheren van de inhoud opgenomen op het verschijnt op de R-14 (YES) toets om het systeemspoor van spoor 04 - 07 of 09 - 16 extraheren te starten of op de R-14 (NO) toets Zoals in detail uitgelegd wordt onder “Melodieën, sporen en om te annuleren.
Gebruiken van de melodiesequencer Wissen van een enkel spoor Bewerken van een Spoor Voer de procedure uit onder “Starten van een De volgende bewerkingen worden ondersteund tijdens spoorbewerking (systeemspoor, Sporen 01 - 16). spoor editorbewerking” op pagina D-85 om het •...
Gebruiken van de melodiesequencer Kopiëren van het ene spoor naar het andere Combineren van twee sporen in een enkel (alleen bij Sporen 01 - 16) spoor (aleen Sporen 01 - 16) Voer de procedure uit onder “Starten van een Selecteer in de melodiesequencermodus d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen de lagere van de spoor editorbewerking”...
Gebruiken van de melodiesequencer Druk nadat alles naar wens is op de R-16 Starten van een gebeurtenis editorbewerking (ENTER) toets. Druk op de C-4 (SONG SEQUENCER) toets om • Als het bestemmingsspoor geen opgenomen data bevat, start het combineren van de sporen onmiddellijk. de melodiesequencermodus in te schakelen.
Gebruiken van de melodiesequencer Het volgende geeft de betekenis van elke schermpositie. Gebeurtenistype en scherminhoud Nummer Omschrijving Het gebeurtenis bewerkingsscherm geeft de afzonderlijke gebeurtenissen die onderdeel uitmaken van een melodie Bij alle gebeurtenistypes, geeft dit de plaats van weer als waarden en karakters zoals getoond in het de gebeurtenislocalisering (timing) in de voorbeeldscherm hieronder.
Pagina 90
Gebruiken van de melodiesequencer ■ Gebeurtenisdatalijst De volgende tabel toont het gebeurtenistype dat correspondeert aan de afkortingen die in de display verschijnen, alsmede de parameters van elk gebeurtenistype en de instelbereiken. • “ display” en “ display” in de tabelvoorloopdata corresponderen aan de schermposities onder “Aflezen van gebeurtenisdata”...
Pagina 91
Gebruiken van de melodiesequencer Systeemspoorgebeurtenis Gebeurtenistype display tijdens display Parameternaam Instelbereik het invoegen display Gebeurtenisnaam [Tone_U1] TnU1 UPPER 1 Toon VALU Toonnummer A:001 - L:100 [Tone_U2] TnU2 UPPER 2 Toon VALU Toonnummer A:001 - L:100 [Tone_Lo] TnLo LOWER Toon VALU Toonnummer A:001 - L:100 Automatische...
Pagina 92
Gebruiken van de melodiesequencer Gebeurtenistype display tijdens display Parameternaam Instelbereik het invoegen display Gebeurtenisnaam HARM, UPP1, UPP2, PART Onderdeel LOWR [CrsTune] CTun Gedeelte grofstemmen Gedeelte VALU –24 - 00 - +24 grofstemmen HARM, UPP1, UPP2, PART Onderdeel LOWR [FinTune] FTun Gedeelte fijnstemmen VALU Gedeelte fijnstemmen –99 - 00 - +99...
Gebruiken van de melodiesequencer Weergeven van een melodie van het Instelitem Corresponderende gebeurtenis gebeurtenis bewerkingsscherm (Quick Play) Mixer Mixergebeurtenis (exclusief toongebeurtenis) Others Alle overige gebeurtenissen behalve de Voer stappen 1 en 3 uit van de procedure onder bovenstaande. “Starten van een gebeurtenis editorbewerking” •...
Gebruiken van de melodiesequencer Houd de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt en Wissen van alle gebeurtenissen op een spoor druk op de C-17 (MENU) toets om het Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm van gebeurtenis bewerkingsscherm te tonen. het spoor weer dat de gebeurtenis bevat die u Verplaats d.m.v.
Gebruiken van de melodiesequencer Druk nadat alles naar wens is op de R-16 Invoegen van een gebeurtenis (ENTER) toets. Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm van • Hierdoor wordt de gespecificeerde gebeurtenis het spoor weer dat de gebeurtenis bevat die u ingevoegd. wilt invoegen.
Gebruiken van de melodiesequencer Druk op de C-12 (COPY) toets. Quantizeren van een afzonderlijke • Hierdoor wordt het “Copy” scherm getoond. nootgebeurtenis • Als u reeds een bereik heeft gespecificeerd d.m.v. het localiseringsscherm (pagina D-80), dan zal dat bereik Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm van worden weergegeven op het bereikspecificatiescherm.
Gebruiken van de melodiesequencer Verander d.m.v. de draairegelaar of R-14 (–, +) Quantizeren van alle nootgebeurtenissen op toetsen de instelling in de vetgedrukte haakjes een spoor (%) naar “Locator”. Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm weer • Hierdoor wordt een bereikspecificatiescherm van het spoor dat u wilt quantizeren. weergegeven zoals het hier onder getoonde.
Gebruiken van de melodiesequencer ■ Wissen van alle toonhoogteregel gebeurtenissen Wissen van toonhoogteregel gebeurtenissen binnen een specifiek bereik van een spoor U kunt d.m.v. de procedures in dit hoofdstuk alle toonhoogteregel gebeurtenissen van een spoor wissen of van Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm van een specifiek bereik op een spoor.
Gebruiken van de melodiesequencer Druk op de R-16 (ENTER) toets. Afregelen van de snelheidwaarde van een • Hierdoor wordt een instelscherm weergegeven zoals nootgebeurtenis het hier onder getoonde. Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm weer van het spoor dat u wilt bewerken. •...
Gebruiken van de melodiesequencer Afregelen van de poorttijdwaarde van een Wissen van een maatslaggebeurtenis nootgebeurtenis Voer de procedure uit onder “Starten van een Voer de stappen 1 - 5 uit onder “Afregelen van gebeurtenis editorbewerking” op (pagina D-87) de snelheidwaarde van een nootgebeurtenis” om het gebeurtenisbewerkingsmenu te tonen.
Gebruiken van de melodiesequencer Invoegen van een maatslaggebeurtenis Uitvoeren van stappeninvoer Voer de stappen 1 en 2 uit onder “Wissen van Geef het gebeurtenis bewerkingsscherm van een maatslaggebeurtenis” (pagina D-99). het spoor weer waar u stappeninvoer wilt uitvoeren. Verplaats de cursor naar de maatslag •...
Gebruiken van de melodiesequencer Specificeer d.m.v. de toetsen R-1 (5) - R-4 ( • ) en de toetsen R-7 (6) - R-10 (,) de lengte van de toon die u wilt invoeren. • Zie voor informatie over hoe de nootlengte wordt gespecificeerd stap 4 onder “Invoegen van een gebeurtenis” (pagina D-94).
Gebruiken van de patroonsequencer R-15 R-15 R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 L-12 L-12 L-14 L-14 L-16 L-16 C-10 C-10 C-17 C-17 L-13 L-13 L-15 L-15 Opneembare data Aangaande de patroonsequencer U kunt d.m.v. de patroonsequencer toetsenborddata U kunt d.m.v. de patroonsequencer begeleidingspatronen (nootdata), PITCH BEND draairegelaar (S-1) bewerkingen en creëren die klinken terwijl u de automatische S-2 (MODULATION) toetsbewerkingen opnemen.
Gebruiken van de patroonsequencer Hieronder wordt de status beschreven van elk van de Creëren van een gebruikersritme verschillende instrumentgedeelten die in de linker onderhoek verschijnen. Dit hoofdstuk geeft een verklaring van de verschillende methoden die u kunt gebruiken om gebruikersritmes te Wanneer dit Betekent dat dit: creëren.
Gebruiken van de patroonsequencer ■ Vervangen van de begeleidingspatronen van een Repeteren alvorens een bestaand ritme te bestaand ritme door nieuwe opnamen. bewerken Met deze procedure kunt u een of meer van de begeleidingspatronen opnemen van een bestaand Selecteer het ritme dat u wilt bewerken om uw voorkeuzeritme of van een eerder opgeslagen eigen gebruikersritme te creëren.
Pagina 106
Gebruiken van de patroonsequencer Selecteer d.m.v. de toetsen L-12 (INTRO) - L-15 (2) Druk eerst op de C-7 (MIXER) toets en daarna op de R-17 (y) toets om de 0 naar “Part” te verplaatsen. (SYNCHRO/ENDING) het begeleidingspatroon (3) Druk tegelijkertijd op de R-14 (–, +) toetsen. dat u wilt weergeven.
Gebruiken van de patroonsequencer Configureren van de Display: Instelberei Omschrijving Itemnaam patroonopnameinstellingen (Rec Menu) (opnamemenu) PlayChord: Door het opnemen van een oFF, C Weergave begeleidingspatroon te starten C7, Cm Druk op de C-3 (RECORD) toets terwijl het wordt herhaalde weergave gestart akkoorden van alle onderdelen van het patroonsequencerscherm getoond wordt.
Gebruiken van de patroonsequencer Bewerken van een bestaand ritme (1) Druk op de C-7 (MIXER) toets om het mixerscherm te tonen. Voer de stappen 1 - 6 uit onder “Repeteren alvorens een bestaand ritme te bewerken” (pagina D-104). Voer de procedure uit onder “Configureren van de patroonopnameinstellingen (Rec Menu) (opnamemenu)”...
Pagina 109
Gebruiken van de patroonsequencer Als u noten wilt opnemen die u in real-time (3) Controleer de timing (maat en maatslag) van de speelt op het toetsenbord, voer dan de weergave van andere onderdelen, voer bewerkingen van klaviertoetsen, de PITCH BEND (S-1) volgende stappen uit.
Gebruiken van de patroonsequencer Herhaal de stappen 4 - 7 voor alle onderdelen Configureer het begeleidingspatroonnummer die u wilt bewerken. van de maat- en maatslaginstellingen. (1) Houd de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt en druk • Het wordt aanbevolen dat u het ritme opslaat als een op de C-5 (EDIT) toets om het bewerkingsscherm te gebruikersritme elke maal dat u klaar bent met het tonen.
Pagina 111
Gebruiken van de patroonsequencer Configureer de mixerinstellingen voor het (3) Controleer de timing (maat en maatslag) van de geselecteerde instrumentonderdeel. U kunt weergave, voer bewerkingen van klaviertoetsen, de PITCH BEND (S-1) regelaar en de S-2 deze stap overslaan als u mixerinstellingen niet (MODULATION) toets naar wens uit.
Gebruiken van de patroonsequencer De 0 dient naast “Store” te zijn, druk daarom Creëren van een nieuw ritme vanaf het begin dus op de R-16 (ENTER) toets. Druk op de C-5 (PATTERN SEQUENCER) toets. • Hierdoor wordt een scherm getoond voor het •...
Gebruiken van de patroonsequencer Creëren van een gebruikersritme • Door op de R-15 (EXIT) toets te drukken in plaats van stap door opwindende ritme 1 wordt het bevestigingsscherm hieronder getoond. Door onderdelen te combineren op dit moment op de R-14 (YES) toets te drukken verschijnt het gebruikersritme opslagscherm in stap 2.
Gebruiken van de patroonsequencer Selecteer d.m.v. de toetsen L-12 (INTRO) - L-15 Zie “Opslaan van een bewerkt of nieuw (SYNCHRO/ENDING) het begeleidingspatroon gecreëerd ritme” (pagina D-111) voor details dat u wilt bewerken. hoe u de uiteindelijke versie van het ritme kunt opslaan als een gebruikersritme.
Gebruiken van de patroonsequencer ● Toonhoogteregelaar, modulatie Inhoud van het “Bend” (toonhoogteregel gebeurtenis) of “Mod” (modulatie gebeurtenisbewerkingsscherm gebeurtenis) wordt rechts van de gebeurtenis locatie Het gebeurtenisbewerkingsscherm toont de afzonderlijke informatie getoond, gevolgd door de parameterwaarde. gebeurtenissen die opgenomen worden op een “VALU”...
Gebruiken van de patroonsequencer Voer de volgende bewerkingen uit. Bewerken van gebeurtenissen met de patroonsequencer Voer deze procedure uit, te Om dit te doen: beginnen met stap 2. Selecteer op het patroonsequencerscherm de Verander de instellingen van “Bewerken van een bestaande “Recorded Data”...
Gebruiken van de patroonsequencer Selecteer d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen een Configureren van de items beschreven in de onderstaande instrumentonderdeel weergave tabel en verander dan d.m.v. de draairegelaar of instellingen (Part Parameters) de R-14 (–, +) toetsen de instelling. •...
Gebruiken van de patroonsequencer Patroonsequencer onderdeelparameters ■ Table (Akkoordconversietabel) Het opnemen van elk begeleidingspatroon wordt gewoonlijk uitgevoerd na C majeur (grondtoon van C, majeurtype). Wanneer een automatische begeleiding wordt gespeeld kunt u een grondtoon gebruiken anders C en een akkoordtype anders dan majeur, indien u dat wenst.
Gebruiken van de patroonsequencer ■ BreakPoint (Breekpunt) Bewerkingen van Deze parameter specificeert de sleutel C - B, wat het punt is instrumentonderdelen waarop de automatische bas en akkoordnoten een octaaf omlaag gaan. Als bijvoorbeeld F is specificeerd als het breekpunt, dan Wissen van een opnamegebied van een verandert een C majeur akkoord opgenomen als C3E3G3 instrumentonderdeel...
Gebruiken van de patroonsequencer Specificeer een ritmenummer, een Kopiëren van voorkeuze- of gebruikers ritme begeleidingspatroon en een instrumentonderdeel data naar een instrumentonderdeel als de opnamegebied kopieerbestemming. • Selecteer d.m.v. de R-17 (t, y, u, i) toetsen een van de items beschreven in de onderstaande tabel en •...
Gebruiken van de patroonsequencer Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen de 0 Bewerkingen van naar “ElementEdit” en druk daarna op de R-16 begeleidingspatroon en ritme (ENTER) toets. • Hierdoor wordt het “ElementEdit” scherm getoond. Wissen van alle instrumenonderdelen Selecteer d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen een opnamegebieden die onderdeel uitmaken van de items beschreven in de onderstaande van een begeleidingspatroon...
Opnemen en weergeven van audio Alle geluidsweergave van het Digitale Keyboard kan opgenomen Geluidsweergave worden als audiobestanden op een geheugenkaart. De maximale opnametijd voor een enkel audiobestand is ongeveer 13 minuten. Deze Digitale Keyboard ondersteunt de weergave van Maximaal 20 geluidsbestanden (feitelijk aantal bestanden hangt af geluidsbestanden die ermee zijn opgenomen alsmede van de kaartcapaciteit) kan opgenomen worden op een enkele geluidsbestanden die u op een computer omzette naar een...
Opnemen en weergeven van audio Uitvoeren van audio opname Modi die audio opname ondersteunen U kunt toetsenbordspel opnemen tijdens de ritmemodus of melodiesequencermodus. • Het opnemen wordt in feite uitgevoerd tijdens de audio opnamemodus, maar u kunt overschakelen tussen het ritmemodusscherm en het melodiesequencermodusscherm van het audio opnamemodusscherm.
Opnemen en weergeven van audio R-15 R-15 R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 L-12 L-12 L-14 L-14 L-16 L-16 C-17 C-17 L-13 L-13 L-15 L-15 L-17 L-17 Voorbereidingen voor geluidsopname Opnemen van de weergave tijdens de ritmemodus Verwijs naar “Geluidsopname” (pagina D-121) en bepaal wat type spel u wilt opnemen.
Pagina 125
Opnemen en weergeven van audio Voer indien gewenst de onderstaande stappen • Als u een bestandnummer selecteert voorafgaand door een asterisk (*) in stap 5, verschijnt een uit om over te schakelen van het bevestigingsscherm zoals het hieronder getoonde voor tijdtellerscherm naar het tempo-, maat- en het vervangen van het bestand.
Opnemen en weergeven van audio Opnemen van het spelen d.m.v. een Navigeren tussen modi en schermen tijdens muziekvoorkeuze opnamestandby en opname U kunt m.b.v. de bewerkingen in dit hoofdstuk tussen modi en Voer de procedure uit onder “Voorbereidingen schermen navigeren tijdens het opnemen. voor geluidsopname”...
Opnemen en weergeven van audio • Het geluidsweergavescherm dat hieronder wordt Weergeven van audio getoond zal op de display te zien zijn. Geluidsbestandnummer • U kunt geluidsweergavebewerkingen van de ritmemodus of de melodiesequencermodus starten. U kunt niet vanaf de kaartmodus starten. •...
Pagina 128
Opnemen en weergeven van audio ■ Aangaande annuleren van het midden Druk op de L-16 (PLAY/STOP) toets. • Hierdoor wordt de weergave van het geluidsbestand Annuleren van het midden kan gebruikt worden om het vokale gestart en verandert de L-16 (PLAY/STOP) toets van gedeelte (wat gewoonlijk in het midden van het stereoveld is) de knipperende naar de brandende toestand.
Opnemen en weergeven van audio Herhalen van de weergave van een specifieke Hernoemen van een geluidsbestand fase Druk op de C-6 (AUDIO PLAY) toets om de Voer de stappen 1 - 4 uit onder “Weergeven van geluidsweergavemodus in te schakelen. een opgenomen geluidsbestand”...
Opnemen en weergeven van audio Wissen van de data of een geluidsbestand of wissen van een geluidsbestand Druk op de C-6 (AUDIO PLAY) toets om de geluidsweergavemodus in te schakelen. Toon d.m.v. de draairegelaar of R-14 (–, +) toetsen het geluidsbestand dat u wilt wissen. •...
Gebruiken van het functiemenu R-15 R-15 R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 C-17 C-17 R-18 R-18 Het functiemenu bevat instellingen die gewoonlijk relatief • Door de R-14 (–, +) toetsen tegelijkertijd in te drukken weinig toegang behoeven, zoals algehele toonschaal, wordt de instelling teruggezet op de oorspronkelijke equalizer, aanslagvolume, lokale besturing aan/uit, enz.
Gebruiken van het functiemenu Druk op de R-13 (FUNCTION) toets of op de Performance (Spel/Begeleiding) Groep R-15 (EXIT) toets om een bepaald menu te verlaten. • U kunt dit groepscherm direct tonen zonder via het functiemenu te gaan. Houd terwijl het spanning-aan scherm getoond wordt de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt terwijl •...
Gebruiken van het functiemenu BendRange (Toonhoogtebereik) RegFltAcmp (Registratiefilter Begeleiding) Specificeert het bereik van de verandering in de toonhoogte Specificeert of begeleidingsinstellingen opgeroepen worden die optreedt wanneer aan de PITCH BEND (oFF ) wanneer een registratie basisinstelling (pagina D-66) toonhoogteregelaar (S-1) wordt gedraaid. opgeroepen wordt of als de begeleidingsinstellingen niet 00 - 02 - 24 halve tonen...
Pagina 134
Gebruiken van het functiemenu MIDI Groep FileDelete (Bestand wissen) Zie “Wissen van een bestand van een geheugenkaart” (pagina D-141). FileRename (Bestand hernoemen) Zie “Hernoemen van een bestand op een geheugenkaart” (pagina D-141). Volume (Volume) Groep KeyboardCh (Keyboardkanaal) Selecteert het kanaal om MIDI data van het toetsenbordspel te zenden naar een extern toestel (toetsenbordkanaal).
Pagina 135
Gebruiken van het functiemenu Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen de 0 AutoPower (Automatische stroomonderbreker) naar “Default” en druk daarna op de R-16 Specificeert of uitschakelen van de automatische (ENTER) toets. stroomonderbreker (pagina D-13) geactiveerd is (on ) of niet •...
Pagina 136
Gebruiken van het functiemenu Initialize (Terugstellen) Dit item kan gebruikt worden om alle data en instellingen terug te stellen of alleen de parameterinstellingen. • Zie “Parameterlijst” (pagina D-162) voor informatie betreffende welke instellingen worden teruggesteld wanneer “Parameter” geselecteerd wordt voor het terugstellen in stap 4 van de onderstaande procedure.
Gebruiken van een geheugenkaart R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 R-13 R-13 C-17 C-17 U kunt Digitale Keyboard gebruikersgebieddata opslaan naar • Voor informatie aangaande opslaan en importeren van een geheugenkaart en data laden van een geheugenkaart afzonderlijke data items, zie “Opslaan van data van het naar het geheugen van het Digitale Keyboard.
Gebruiken van een geheugenkaart • De boodschap “Please Wait” blijft op de display terwijl de Inschakelen van de kaartmodus data-opslagbewerking wordt uitgevoerd. Voer geen bediening uit terwijl deze melding wordt weergegeven. Schakel de kaartmodus in wanneer u Data van het Digitale Keyboard kan gewist of onbruikbaar geheugenkaartbewerkingen wilt uitvoeren.
Gebruiken van een geheugenkaart Houd de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt en Druk op de C-9 (CARD) toets van het Digitale druk op de C-17 (MENU) toets. Keyboard om de kaartmodus te verlaten. • Hierdoor wordt het functiemenu “Play/CardUtl” scherm Voer een van de onderstaande stappen uit getoond.
Pagina 140
Gebruiken van een geheugenkaart Houd de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt en *1 Het “Xxxx” deel van de bestandsnaam hangt af van druk op de C-9 (LOAD/SAVE) toets. het datatype dat u gaat opslaan. *2 Het “xxx” deel van de bestandsnaam is een •...
Gebruiken van een geheugenkaart ■ Geheugenkaartdata opslag Druk als reactie op de “Sure?” boodschap die Met de bovenstaande procedure wordt Digitale Keyboard verschijnt op de R-14 (YES) toets om te laden of opgeslagen in een map die MUSICDAT heet op de op de R-14 (NO) toets om te annuleren.
Gebruiken van een geheugenkaart Wissen van een bestand van een Hernoemen van een bestand op geheugenkaart een geheugenkaart Insteken van de geheugenkaart in de kaartgleuf. Insteken van de geheugenkaart in de kaartgleuf. Druk op de C-9 (CARD) toets om de kaartmodus Druk op de C-9 (CARD) toets om de kaartmodus in te schakelen.
Gebruiken van een geheugenkaart R-16 R-16 R-17 R-17 R-14 R-14 L-12 L-12 L-14 L-14 L-16 L-16 L-13 L-13 L-15 L-15 L-17 L-17 Selecteer d.m.v. de draairegelaar of R-14 (–, +) Weergeven van een toetsen het muziekbestand dat u wilt muziekbestand van een weergeven.
Pagina 144
Gebruiken van een geheugenkaart Druk op de L-17 (PART SELECT) toets om het Uitschakelen van een handgedeelte en gedeelte aan/uit scherm te verlaten. spelen van het andere handgedeelte op het toetsenbord (Gedeelte uit) Druk op de L-16 (PLAY/STOP) toets om de Tijdens het spelen van een muziekbestand van een pianostuk weergave te starten.
Gebruiken van een geheugenkaart Meespelen op het toetsenbord samen met de Herhalen van een specifiek gedeelte van een weergave van een muziekbestand op een melodie geheugenkaart Schakel de kaartmodus in en selecteer het MIDI U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren en op het bestand dat u wilt weergeven.
één van de volgende apparaten te Windows XP Professional (32-bit) selecteren als het MIDI toestel. *2: Windows Vista (32-bit) CASIO USB-MIDI:Voor Windows 8.1, Windows 8, *3: Windows 7 (32-bit, 64-bit) Windows 7, Windows Vista, Mac OS X *4: Windows 8 (32-bit, 64-bit) USB-audioapparaat:Voor Windows XP *5: Windows 8.1 (32-bit, 64-bit)
U kunt ook automatische begeleidingsdata laden die u gedownload Ritmedata compabiliteit heeft van de CASIO website naar het Digitale Keyboard, hetgeen het aantal automatische begeleidingspatronen dat beschikbaar is enorm vermeerdert. Er is een speciale Data •...
Aansluiting op een computer Importeren en oversturen van ritmedata van Laden van ritmedata in het geheugen van het andere modellen Digitale Keyboard U kunt ritmedata van andere modellen oversturen door deze Voer een van de onderstaande procedures uit afhankelijk van van een geheugenkaart te laden of door de data d.m.v.
Referentie Foutmeldingen Displaymelding Oorzaak Vereiste maatregel Format 1. Het huidige geheugenkaartformaat is niet geschikt 1. Formatteer de geheugenkaart op het Digitale (niet compatibel) met dit Digitale Keyboard. Keyboard (pagina D-137). 2. De capaciteit van de geheugenkaart is groter dan 2. Gebruik een geheugenkaart met een capaciteit 32 GB.
Pagina 150
Referentie Displaymelding Oorzaak Vereiste maatregel Wrong Data 1. De geheugenkaartdata is beschadigd. Gebruik een andere geheugenkaart. 2. De geheugenkaart bevat data die niet wordt ondersteunt door dit Digitale Keyboard. Meas. Limit U probeerde een bewerking uit te voeren tijdens Zorg ervoor dat door het bewerken het aantal maten melodiesequencerbewerking of niet de beperking van 999 maten overschrijdt.
Referentie Oplossen van moeilijkheden Symptoom Te nemen maatregel Bijgeleverde accessoires Ik kan iets niet vinden dat bijgesloten zou Controleer zorgvuldig de binnenkant van alle verpakkingsmateriaal. moeten zijn bij het product. Stroomvereisten De spanning kan niet worden • Controleer de netadapter of zorg ervoor dat de batterijen in de juiste richting ingeschakeld.
Pagina 152
Referentie Symptoom Te nemen maatregel De noten blijven klinken zonder dat ze • Schakel de spanning eerst uit en daarna opnieuw in om alle instellingen van het stoppen. Digitale Keyboard terug te stellen (resetten) (pagina D-13). • Vervang de batterijen door nieuwe of schakel over op spanning van het lichtnet via de netadapter (pagina D-9).
Referentie Technische gegevens Modellen CTK-7200 / WK-7600 Toetsenbord CTK-7200: 61 klaviertoetsen van standaard grootte WK-7600: 76 klaviertoetsen van standaard grootte Aanslagvolume 2 types, uit Maximale polyfonie 64 noten (32 voor bepaalde tonen, 21 voor trekorgeltonen) Tonen Ingebouwde tonen Gebruikerstonen Maximaal 100 (toonbewerking), maximaal 50 (trekorgelbewerking)
Pagina 154
12 cm × 2 + 3 cm x 2 (Uitgangsvermogen: 7,0 W + 7,0 W) 12 V = 18 W Stroomverbruik Afmetingen CTK-7200: 94,8 × 38,4 × 12,2 cm WK-7600: 116,1 × 38,5 × 14,7 cm Gewicht CTK-7200: Circa 6,7 kg (zonder batterijen) WK-7600: Circa 8,3 kg (zonder batterijen) •...
Referentie ■ Etiquette aangaande muziekinstrumenten Bedieningsvoorzorgsmaatregelen Wees altijd bedacht op anderen wanneer u dit product gebruikt. Wees in het bijzonder ’s avonds laat voorzichtig om Zorg ervoor de volgende voorzorgsmaatregelen te lezen en in het volume op een niveau te houden dat het geluid anderen acht te nemen.
Referentie DSP Effectenlijst Voorkeuze DSP Lijst De onderstaande tabel toont de voorkeuze DSP’s die geselecteerd kunnen worden d.m.v. de procedure onder “Gebruiken van een DSP” (pagina D-32). • De “Nummer” kolom toont DSP nummers, terwijl “Schermnaam” de DSP naam toont die verschijnt in de display. •...
Referentie DSP typelijst Alle DSP’s van het Digitale Keyboard behoren tot een van de DSP types getoond in de onderstaande tabel. Bij het aanmaken van een gebruikers DSP (pagina D-33) of bij het gebruik van de tooneditor (pagina D-44) om de DSP te bewerken die u wilt uitoefenen op een toon, dient u een van de DSP types in de tabel te selecteren.
Pagina 158
Referentie 04: Enhancer DSP Parameterlijst Fase verschuift de klanken in de lage en hoge bereiken van ■ Enkelvoudig type DSP parameters het ingangssignaal om het profiel van het signaal te verbeteren. 01: Wah Parameters en waardebereiken: 1 :Low Frequency (0 - 127) Dit is een “wah”...
Pagina 159
Referentie 08: Flanger 11: Reflection Oefent een wild pulserend en metaal-achtige nagalm uit op Een effect dat vroege weerkaatsingen van de nagalm klanken. LFO golfvorm is kiesbaar. extraheert. Oefent akoestische aanwezigheid uit op klanken. Parameters en waardebereiken: Parameters en waardebereiken: 1 :LFO Rate (0 - 127) 1 :Type (1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8) Stelt de LFO snelheid bij.
Pagina 160
Referentie 14: Lo-Fi 3. Zoek dezelfde typenamen op in de tabel onder “Enkelvoudig type DSP parameters” op pagina’s D-157 - Oefent verschillende types ruis uit op het ingangssignaal om D-159 en merk de werking en instelbereiken van de items een retro Lo-Fi geluid te produceren. die hetzelfde zijn als die getoond in de “Configureerbare Omvat een wow en flutter voor draaifluctuaties zoals dat bij parameters”...
Referentie Fingered 3, Full Range Akkoorden Vingerzettinggids Naast de akkoorden waarvan de vingerzetting gemaakt kan worden met Fingered 1 en Fingered 2 worden de volgende Fingered 1, Fingered 2 Akkoorden akkoorden herkend als. Ddim add9 Cdim Caug • Met Fingered 3 wordt de laagste noot waarvan de vingerzetting gemaakt is, geïnterpreteerd als de basnoot.
Referentie Toewijzen van een MIDI kanaal aan elk deel Het volgende toont de relatie aan tussen de MIDI IN en MIDI OUT kanalen en elk deel. MIDI kanaal MIDI kanaal Gedeeltenaam Gedeeltenaam gedeelte: gedeelte: Upper1 SEQUENCER TRACK/MIDI 01 Upper2 SEQUENCER TRACK/MIDI 02 Lower SEQUENCER TRACK/MIDI 03 Harmo.
Referentie Parameterlijst Verwijs naar deze kolom Controleren van dit instelitem: in de onderstaande tabel: Instelitems die altijd worden opgeslagen wanneer de spanning wordt uitgeschakeld Instelitems die opgeslagen worden in het registratiegeheugen (pagina D-66) Wanneer “on” (aan) geselecteerd wordt voor de “AutoResume (Automatisch Hervatten)” instelling (pagina D-134), instelitems die hersteld worden naar die van kracht waren de laatste maal dat de spanning uitgeschakeld werd Items die opgeslagen waren als “Default (Defaultinstellingen)”...
Pagina 168
Dit kringloopteken geeft aan dat de verpakking voldoet aan de wetgeving betreffende milieubescherming in Duitsland. MA1403-B CTK7200/WK7600D1B...