SNEL ONTWASEMEN/
ONTDOOIEN VOORRUITEN
(VOORRUIT EN ZIJRUITEN)
Ga als volgt te werk:
❒ draai de knop C in het rode vlak;
❒ schakel de recirculatie uit (indien inge-
schakeld);
❒ draai de knop A in stand -;
❒ draai de knop B in stand 4 - p (maxi-
male aanjagersnelheid).
Nadat de ruiten ontwasemd zijn, kan een
stand gekozen worden waarbij het com-
fort optimaal blijft.
30
Beslaan van de ruiten voorkomen
Als de luchtvochtigheid buiten heel hoog is
en/of bij regen en/of bij grote tempera-
tuurverschillen tussen de lucht in en buiten
de auto moeten de volgende handelingen
uitgevoerd worden, zodat wordt voorko-
men dat de ruiten beslaan:
❒ draai de knop C in het rode vlak;
❒ schakel de luchtrecirculatie uit (indien
ingeschakeld) door de knop D in te
drukken;
❒ draai de knop A in stand - met de
∏
mogelijkheid stand
in te schakelen
als de ruiten niet beslaan;
❒ draai de knop B op de 2
e
snelheid.
fig. 45
ONTWASEMING/
ONTDOOIING ACHTERRUIT EN
BUITENSPIEGELS
(indien aanwezig) fig. 45
Druk op knop A om deze functie in te
schakelen; de inschakeling wordt gesigna-
leerd door het branden van het lampje op
de knop.
De functie is tijdgeschakeld en wordt na
20 minuten automatisch uitgeschakeld. U
kunt de verwarming eerder uitschakelen
door nogmaals de knop A in te drukken.
WAARSCHUWING Plak geen stickers of
andere plaatjes op de elektrische weer-
standsdraden aan de binnenzijde van de
achterruit, om beschadiging van de ach-
terruitverwarming te voorkomen.
F0P0037m