d
Leid de draad door het gat in
bovendraadgeleider 1 en trek de draad naar
u toe.
1 Gat in bovendraadgeleider
e
Houd de draad met beide handen vast en
leid deze van rechts onder de geleiderplaat
door.
1 Bovendraadgeleiderplaat
BEKNOPTE BORDUURHANDLEIDING
f
Wikkel de draad met de klok mee eenmaal
rond draadspanningsschijf 1.
1 Draadspanningsschijf
2 Leid de draad met de klok mee op deze plek op de
spanningsschijven.
• Controleer of de draad stevig in de
draadspanningsschijven zit.
Opmerking
• De draad loopt door alle
draadspanningsschijven met de klok mee.
Leid de draad langs het draadpad en rond
g
de juiste draadgeleiderpennen zoals
aangegeven op de machine. Leid de draad
vervolgens vanaf rechts onder de middelste
draadgeleiderplaat 1.
1 Draadgeleiderpen
2 Middelste draadgeleider
• Het pad van de bovendraadgeleider rond de
draadspanningsschijf naar de middelste draadgeleider
f
g
(stap
t/m
) kan afwijken naar gelang het
klosnummer. Door de draad door de
draadgeleiderpennen te halen voorkomt u dat de
draad verward raakt. Volg het pad dat is aangegeven
op de machine.
2
59