Een applicatiestuk maken
U kunt applicatiestukken maken van ingebouwde patronen en patronen op borduurkaarten. Dit is handig
voor stoffen die u niet kunt borduren of wanneer u een applicatie op een kledingstuk wilt aanbrengen.
Een applicatiestuk maken
Het volgende patroon wordt gebruikt om een
applicatiestuk te maken.
Opmerking
• Vilt of spijkerstof wordt aanbevolen als stof
voor het applicatiestuk. Naar gelang het
patroon en de stof die u gebruikt, zal het
stiksel mogelijk kleiner lijken op lichtere
stoffen.
• Het beste resultaat verkrijgt u als u
steunstof gebruikt.
• Selecteer een borduurraam dat
overeenkomt met het patroonformaat.
Raamopties worden weergegeven op het
LCD-scherm.
• Maak eerst het combineren en bewerken
van het patroon af voordat u de applicatie-
instelling selecteert. Wanneer u het patroon
bewerkt nadat u de applicatie-instelling
selecteert, worden de applicatiesteken en
het patroon misschien niet goed uitgelijnd.
• Aangezien een omtrek is toegevoegd, is het
patroon voor een applicatiestuk (wanneer
de applicatie-instelling is geselecteerd)
groter dan het oorspronkelijke patroon.
Pas eerst de grootte en positie van het
patroon aan, zoals hieronder aangegeven.
1 Borduurgebied
2 Ca. 10 mm
3 Patroongrootte
a
Selecteer het patroon dat u wilt gebruiken
voor de applicatie.
b
In het patroonbewerkingsscherm drukt u op
.
c
Selecteer de omtrek.
Als
is geselecteerd, kunt u een omtrek maken
rond het patroon.
→ Gebruik
of
om de afstand tussen het patroon
en de applicatieomtrek op te geven.
Memo
• Als u een randpatroon selecteert voor de
omtrek, kunt u het randpatroon vergroten/
verkleinen en verplaatsen.
• Druk op
om een ander omtrekpatroon te
selecteren.
d
Controleer het voorbeeld op het scherm en
druk op
.
Opmerking
• Nu worden het patroon en de omtrek
gegroepeerd.
e
Nadat u de gewenste instellingen hebt
opgegeven, drukt u op
Geef de borduurinstellingen op en druk op
f
om verder te gaan naar het
borduurscherm.
BORDUURINSTELLINGEN
.
129
4