Pagina 1
Bedieningshandleiding Borduur- en naaimachine Productcode: 882-W04/W05 http://solutions.brother.com Ga naar voor productondersteuning en antwoorden op veelgestelde vragen (FAQs).
Pagina 2
Handelsmerken ® FlashFX is a registered trademark of Datalight, Inc. ® FlashFX Copyright 1998-2007 Datalight, Inc. U.S.Patent Office 5,860,082/6,260,156 ® FlashFX Pro™ is a trademark of Datalight, Inc. ® Datalight is a registered trademark of Datalight, Inc. Copyright 1989-2007 Datalight, Inc., All Rights Reserved Video powered by Mobiclip™...
Pagina 3
INLEIDING INLEIDING Gefeliciteerd met uw keuze van deze machine. Alvorens de machine te gebruiken dient u zorgvuldig de “BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES” te lezen. Vervolgens bestudeert u deze handleiding zodat u de diverse functies goed gebruikt. Nadat u de handleiding hebt gelezen, bergt u deze op een handige plek op. Dan kunt u de handleiding zo nodig raadplegen.
Pagina 4
Gebruik uitsluitend de pentablet die bij deze machine is geleverd. De inhoud van deze handleiding en de specificaties van dit product kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Meer informatie over onze producten en updates vindt u op onze website www.brother.com BEWAAR DEZE INSTRUCTIES Deze machine is bedoeld voor huishoudelijk gebruik.
Pagina 5
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES UITSLUITEND VOOR GEBRUIKERS IN GROOT-BRITTANNIË, IERLAND, MALTA EN CYPRUS BELANGRIJK • Voor vervanging van de stekkerzekering gebruikt u een zekering goedgekeurd door ASTA tot BS 1362, dat wil zeggen, met het symbool , van de sterkte die is aangegeven op de stekker. •...
Pagina 6
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES WAARSCHUWINGSLABEL Op de zijsnijder zit het volgende waarschuwingslabel. Neem de waarschuwing in acht. VOORZICHTIG • Wanneer u de zijsnijder gebruikt, naait u op lage tot medium snelheid. Raak de messen of de bedieningshendel van de zijsnijder tijdens het naaien niet aan. Daardoor zou u letsel kunnen oplopen of schade kunnen veroorzaken.
Pagina 8
SPECIALE FUNCTIES Stof weergeven terwijl u de Meer creativiteit bij het werken borduurpositie uitlijnt met de spoel Voorbeeld met decoratieve steken De stof die in het borduurraam is gespannen kan op het LCD-scherm worden weergegeven, zodat u de borduurpositie gemakkelijk kunt uitlijnen. Met deze functie kunt u gemakkelijk patronen combineren en daarbij het resultaat controleren.
Pagina 9
Nieuwe kleurthema's zoeken met Patronen creëren met My de functie Color Shuffling Custom Design (Kleurcombinatie) Van elke afbeelding die u op het LCD-scherm van uw machine tekent, kunt u onmiddellijk een Met de functie Color Shuffling (Kleurcombinatie) borduurpatroon maken. Geef de gewenste kleuren suggereert de machine nieuwe kleurthema's voor en naai-instellingen op.
Pagina 10
WAT U MET DEZE MACHINE KUNT DOEN Voorbereidingen Grondbeginselen van naaien Belangrijkste onderdelen en schermen leren bedienen Leren voorbereiden op naaien en standaardhandelingen Hoofdstuk Hoofdstuk Pagina 25 Pagina 71 Naaisteken Lettersteken en Geprogrammeerd met meer dan 100 veel gebruikte decoratieve steken steken Meer creatieve mogelijkheden door variëteit van steken Hoofdstuk...
Pagina 11
HOE U DEZE GEBRUIKSAANWIJZING MOET LEZEN In Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 2 worden de standaardfuncties van de naaimachine beschreven voor degenen die de naaimachine voor het eerst gebruiken. Als u naaisteken, lettersteken en decoratieve steken wilt gebruiken, lees dan eerst Hoofdstuk 1 en Hoofdstuk 2 en daarna Hoofdstuk 3 (Naaisteken) of Hoofdstuk 4 (Lettersteken en decoratieve steken naaien).
Pagina 12
INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE INLEIDING............1 Naaldstand – steek plaatsen..........86 Display vergrendelen............86 BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES ...1 Naaldpositie controleren op het scherm ....... 87 SPECIALE FUNCTIES ..........6 WAT U MET DEZE MACHINE KUNT DOEN ..8 Hoofdstuk 3 Naaisteken HOE U DEZE GEBRUIKSAANWIJZING MOET NAAISTEKEN SELECTEREN .........
Pagina 13
Borduurvoet “W” bevestigen..........187 Borduurtafel bevestigen ............188 UITLEG VAN FUNCTIES ........264 PATRONEN KIEZEN ..........190 PATRONEN KIEZEN OM TE BEWERKEN ..265 Het selecteren van Borduurpatronen/Brother “Exclusief”/ Het selecteren van borduurpatronen/Brother “Exclusief”/ Griekse letterpatronen/Bloemletterpatronen/ Griekse letterpatronen/Bloemletterpatronen/ Borduurnaaipatronen ............193 Borduurnaaipatronen/Kaderpatronen........266...
Pagina 14
INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 8 MY CUSTOM STITCH STEEK ONTWERPEN..........326 STEEKGEGEVENS OPGEVEN ......328 GEBRUIK VAN OPGESLAGEN EIGEN STEKEN..............334 Eigen steken opslaan in uw lijst ...........334 Opgeslagen steken ophalen..........335 Hoofdstuk 9 Bijlage ZORG EN ONDERHOUD .........338 Beperkingen op smeren ............338 Voorzorgsmaatregelen bij het opbergen van de machine ..338 LCD-display reinigen............338 Buitenkant van de machine reinigen ........338 Grijper reinigen..............338...
Pagina 15
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Hieronder worden de diverse onderdelen en hun functie beschreven. Lees deze beschrijving alvorens de naaimachine te gebruiken. Zo leert u de namen van de onderdelen. Machine ■ Vooraanzicht ■ Rechterkant/Achteraanzicht a Handvat Draag de naaimachine aan het handvat om hem te vervoeren.
Pagina 16
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Naald en persvoetgedeelte Maatindeling op de steekplaat, het spoelhuisdeksel (met markering) en het steekplaatdeksel De maatindeling op het spoelhuisdeksel is een houvast voor patronen die u naait met de middelste naaldstand. De maatindeling op de steekplaat en het steekplaatdeksel is een houvast voor steken die u naait met de linkernaaldstand.
Pagina 17
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Borduurtafel Bedieningstoetsen a Wagen De wagen verplaatst het borduurraam automatisch tijdens het a “Start/stoptoets” borduren. (pagina 188) b Ontgrendelingstoets (onder op de borduurtafel) Als u op deze toets drukt, naait de machine een paar steken op Druk op de ontgrendelingstoets om de borduurtafel te lage snelheid en begint vervolgens te naaien op de snelheid die verwijderen.
Pagina 18
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Plaats het deksel bovenop de box zodat de Gebruik van de accessoiretafel uitsparingen in het deksel zijn uitgelijnd met de lipjes op de box. Schuif vervolgens de staafjes aan beide zijden terug naar het Trek de bovenkant van accessoiretafel naar u toe om de accessoireruimte te openen.
Pagina 19
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Gebruik van de draagkoffer van de borduurtafel Bijgesloten accessoires 44-47 bevinden zich in de draagkoffer voor de borduurtafel. U opent de draagkoffer voor de borduurtafel door de sloten omhoog te halen en de sluitingen vrij te zetten. Om de sluiting weer vast te zetten en de koffer veilig te sluiten, plaatst u de sluiting in het slot op het deksel en duwt u erop tot hij vastklikt.
Pagina 20
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE 75/11 2 naalden 90/14 2 naalden 75/11 2,0/11 naald 90/14 2 naalden: Ballpointnaald (goudkleurig) 2 naalden *Bijgesloten accessoires 44-47 bevinden zich in de draagkoffer voor de borduurtafel.
Pagina 21
(één kloskap is op de 55 Pentablet Zie pagina 23 machine geplaatst.) 56 LED-reinigingsdoek XE4913-001 29 Kloskap (groot) 130012-054 57 Hoes XE5111-001 (882-W04) 30 Kloshouder Zie pagina 21 XE5163-001 (882-W05) 31 Spoelclip × 10 XE3060-001 58 Draagkoffer voor borduurtafel XE3791-001 32 Klosvilt...
Pagina 22
EF75: H 18 cm × B 13 cm XC8481-152 (H 7 inch × B 5 inch) Onderstaand vindt u de optionele toebehoren die Borduurkaartlezer SAECRI u apart kunt kopen bij uw officiële Brother-dealer. Borduurkaart – Steunstof SA519 BM3: XE0806-001 Wateroplosbare steunstof...
Pagina 23
• Uw dichtstbijzijnde erkende Brother-dealer heeft een complete lijst optionele accessoires en borduurkaarten die verkrijgbaar zijn voor uw machine.
Pagina 24
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE ■ Verwijderen Steek de twee klospennen in de twee gaten in de klossteun. Vanaf de achterkant van de machine drukt u de kloshoudervergrendeling in (één aan elke kant). Vervolgens trekt u de kloshouder omhoog uit de machine. Open het bovendeksel van de machine.
Pagina 25
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Schroef de bovenhuls van de tabletpen los. Werken met het pentablet Memo • Zie pagina 34 voor de aansluiting van het pentablet op de naaimachine. Opmerking • Doe dit niet te snel. Anders kan de tabletpen beschadigd raken.
Pagina 26
MACHINEONDERDELEN EN HUN FUNCTIE Trek de penpunt zachtjes recht uit de pen. Activeer My Custom Design en trek de afbeelding vervolgens over met de tabletpen. Duw de nieuwe penpunt in de pen totdat deze niet meer uitsteekt uit de pen. Voor uitvoerige aanwijzingen over het werken met My Custom Design, zie de Bedieningshandleiding (PDF-bestand) op de My Custom Design-CD.
Pagina 27
Hoofdstuk Voorbereidingen DE MACHINE AAN- EN UITZETTEN ....26 DISPLAY ............28 ■ Startscherm ................28 ■ Naaistekenscherm ..............29 ■ Functies van de toetsen ............30 USB-connectiviteit............32 ■ Gebruik van USB-media of borduurkaartlezer/ USB-kaartschrijfmodule*............32 ■ De machine aansluiten op de computer ........33 ■...
Pagina 28
DE MACHINE AAN- EN UITZETTEN DE MACHINE AAN- EN UITZETTEN WAARSCHUWING • Gebruik alleen gewone huishoudaansluitingen als elektriciteitsbron. Het gebruik van andere bronnen kan brand, elektrische schokken of schade aan de machine tot gevolg hebben. • Zorg dat de stekkers van het netsnoer stevig in het stopcontact en in de voedingsingang van de machine zitten.
Pagina 29
DE MACHINE AAN- EN UITZETTEN Steek de andere stekker van het netsnoer in de voedingsingang van de machine en steek vervolgens de netstekker in een wandstopcontact. a Hoofdschakelaar b Netsnoer Zet de hoofdschakelaar op “I” om de machine aan te zetten. a UIT b AAN Memo...
Pagina 30
DISPLAY DISPLAY Wanneer u de machine aanzet, wordt het openingsfilmpje vertoond. Druk met uw vinger op een willekeurige plek op het scherm als u het startscherm wilt openen. Druk met uw vinger of de bijgeleverde schermaanraakpen op de display of op een toets om een machinefunctie te selecteren. Opmerking •...
Pagina 31
DISPLAY ■ Naaistekenscherm Druk met uw vinger op de desbetreffende toetsen om een steekpatroon of een functie van de machine te kiezen. a Hier verschijnt de enkele-naaldstand of de tweelingnaaldstand en de naaldstopstand. Enkele naald/omlaag Enkele naald/omhoog Tweelingnaald/omlaag Tweelingnaald/omhoog b Hier verschijnen de naam en het codenummer van de geselecteerde steek. c Hiermee geeft u de persvoetcode weer.
Pagina 32
DISPLAY ■ Functies van de toetsen Display Toetsnaam Uitleg Pagina Naaistekentoets Druk op deze toets om een rechte steek, zigzagsteek, knoopsgat, blindzoomsteek of andere vaak gebruikte steek voor het naaien van kleding te selecteren. Letter-/decoratieve Druk op deze toets om letter- of decoratieve steekpatronen te selecteren. stekentoets Schermvergrendeltoets Druk op deze toets om het scherm te vergrendelen.
Pagina 33
DISPLAY Display Toetsnaam Uitleg Pagina Geheugentoets U kunt de instellingen van het steekpatroon (zigzagbreedte en steeklengte, draadspanning, automatisch draadknippen of automatische verstevigingssteken enz.) wijzigen en opslaan door op deze toets te drukken. Voor één steekpatroon kunt u vijf groepen instellingen opslaan. Reset-toets Druk op deze toets om de opgeslagen instellingen van het geselecteerde 78-79...
Pagina 34
DISPLAY USB-connectiviteit U kunt een groot aantal functies uitvoeren met de USB-poorten op de machine. Sluit de apparaten aan volgens de functie van de betreffende poort. a Eerste (bovenste) USB-poort b Borduurkaartlezer/USB-kaartschrijfmodule* a Eerste (bovenste) USB-poort voor media of Opmerking kaartlezer/USB-kaartschrijfmodule* (USB 2.0) •...
Pagina 35
DISPLAY ■ De machine aansluiten op de Opmerking computer • Voer geen bewerkingen uit met de muis Met de bijgeleverde USB-kabel kunt u de machine terwijl u het scherm aanraakt met uw vinger aansluiten op uw computer. of de schermaanraakpen. •...
Pagina 36
DISPLAY ■ Werken met het pentablet Memo Wanneer u het bijgeleverde pentablet aansluit op de • Werkvlak van het pentablet varieert naar machine, kunt hiermee oorspronkelijke gelang de functies van de naaimachine. borduurpatronen maken met My Custom Design. U kunt het pentablet ook gebruiken als USB-muis om uw machine te bedienen.
Pagina 37
DISPLAY Gebruik van de instellingstoets Druk op om de standaard machine-instellingen (naaldstopstand, borduursnelheid, beginscherm, enz.) te wijzigen. Als u andere instellingenschermen wilt weergeven, drukt u op voor “Naai- instellingen”, op voor “Algemene instellingen”, of op voor “Borduurinstellingen”. Memo • Druk op om een ander instellingenscherm te openen.
Pagina 38
DISPLAY Algemene instellingen VOORZICHTIG • Als “Boven- en onderdraadsensor” is uitgeschakeld, verwijderd u de bovendraad. Als u de machine gebruikt met de bovendraad ingeregen, kan de machine niet detecteren of de draad verstrikt is geraakt. Als u de machine gebruikt met een verstrikte draad, kan dit schade veroorzaken.
Pagina 39
39). Memo • De nieuwste versie van de software is geïnstalleerd op uw machine. Informeer bij uw plaatselijke erkende Brother-dealer of kijk op “ http://solutions.brother.com ” of er updates beschikbaar zijn (zie pagina 357). Borduurinstellingen a Hiermee kiest u uit 14 borduurraamschermen (zie pagina 238).
Pagina 40
DISPLAY g Hiermee wijzigt u de maateenheid van de display (mm/inch). h Hiermee wijzigt u de beginfunctie van de display (borduren/combinatieborduren). i Hiermee wijzigt u de achtergrondkleur voor de weergave van het borduurgebied (zie pagina 42). j Hiermee wijzigt u de achtergrondkleur voor het miniaturengebied (zie pagina 42). k Hiermee wijzigt u de afstand van het patroon tot de rijgsteek (zie pagina 299).
Pagina 41
DISPLAY ■ Een afbeelding van het instellingenscherm ■ Vorm van de aanwijzer wijzigen opslaan op een USB-medium wanneer u een USB-muis gebruikt U kunt een afbeelding van het instellingenscherm In het instellingenscherm kunt u de aanwijzervorm opslaan als BMP-bestand. selecteren die verschijnt wanneer een USB-muis U kunt maximaal 100 afbeeldingen opslaan op één wordt aangesloten.
Pagina 42
DISPLAY ■ Afbeelding van de schermbeveiliging Sluit (met een USB-kabel) het USB-medium of de computer waarop uw eigen afbeelding wijzigen staat aan op de USB-poort van de machine. In plaats van de standaardafbeelding kunt u originele afbeeldingen selecteren voor de Voor USB-connectiviteit, zie pagina 32.
Pagina 43
DISPLAY → Een lijst met uw eigen afbeeldingen verschijnt op selecteert u de instelling het scherm. voor het beginscherm. Druk op om de geselecteerde afbeelding te verwijderen. Druk op om naar de vorige pagina te gaan. Druk op een bestandsnaam om de afbeelding te selecteren en druk vervolgens Beginscherm: Wanneer u de machine aanzet, verschijnt het startscherm nadat u op het scherm van...
Pagina 44
DISPLAY Selecteer de achtergrondkleur uit de 66 Druk op om terug te gaan naar het beschikbare instellingen. oorspronkelijke scherm. ■ Achtergrondkleur van de borduurpatronen wijzigen In het instellingenscherm kunt u de achtergrondkleuren voor het borduurpatroon en de patroonminiaturen wijzigen. Naar gelang de patroonkleur selecteert u de gewenste achtergrondkleur uit de 66 beschikbare instellingen.
Pagina 45
DISPLAY ■ Het formaat van patroonminiaturen Druk op of op om het gewenste opgeven miniatuurformaat te selecteren. De miniaturen om een borduurpatroon te selecteren kunt u zo instellen dat ze normaal of groot worden weergegeven. Het grote formaat is 1,5 maal het normale formaat.
Pagina 46
DISPLAY Gebruik van de Helptoets naaimachine Druk op om het helpscherm van de naaimachine te openen. Er zijn drie functies beschikbaar in het onderstaande scherm. a Druk op deze toets om beschrijvingen te tonen van het inrijgen van de bovendraad, het opwinden van de spoel, het verwisselen van de persvoet, het voorbereiden van het borduurpatroon en het gebruik van de machine (zie pagina 47).
Pagina 47
DISPLAY Gebruik van de gebruiksaanwijzingfunctie Druk op om het hieronder getoonde scherm te openen. Bovenaan het scherm staan zes categorieën. Door op een toets te drukken krijgt u meer informatie over die categorie. toont u informatie over toont u informatie over toont u informatie over de belangrijkste onderdelen van de machine de bedieningstoetsen.
Pagina 48
DISPLAY Voorbeeld: Informatie tonen over het Gebruik van de inrijgen van de bovendraad naaiaanwijzingfunctie Druk op Met de naaiaanwijzingfunctie kunt u patronen selecteren in het naaistekenscherm. Druk op Gebruik deze functie als u niet weet welke steek u moet gebruiken voor uw toepassing, of voor advies over bepaalde steken.
Pagina 49
DISPLAY Druk op de toets in de categorie waarvan u Druk op de naai-instructies wilt zien. Druk op Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm. Druk op Lees de beschrijvingen en kies de gewenste steek. → Op het scherm verschijnen aanwijzingen voor het naaien van de geselecteerde steek.
Pagina 50
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD ■ Gebruik van de extra klospen Spoel opwinden Bij deze naaimachine kunt u de spoel tijdens het naaien opwinden. Terwijl u borduurt met de hoofdklospen, kunt u de spoel opwinden met de →...
Pagina 51
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD Zet de extra klospen omhoog. Houd de draad met uw rechterhand vast bij de draadklos. Houd met uw linkerhand het uiteinde van de draad vast en leid de draad met beide handen rond de draadgeleider. a Extra klospen Zet de draadklos zo op de extra klospen dat de draad aan de voorkant afwikkelt.
Pagina 52
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD Wind de draad vijf à zes maal met de klok Druk op mee om de spoel. → Het opwinden van de spoel start automatisch. De spoel stopt met draaien wanneer hij is opgewonden. De spoelopwindschakelaar schuift automatisch terug naar de oorspronkelijke stand.
Pagina 53
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD Snijd de draad af met de draadafsnijder en Zet de hoofdschakelaar aan en open het verwijder de spoel. bovendeksel. Houd de gleuf in de spoel tegenover de veer op de spoelwinderas en plaats de spoel op de as.
Pagina 54
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD ■ Gebruik van de kloshouder Leid de draad door de draadgeleider. Om draad op de spoel te winden terwijl de kloshouder is geïnstalleerd, leidt u de draad van de klos door de draadgeleider op de uitschuifbare draadgeleider.
Pagina 55
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD ■ Draad ontwarren van onder de Knip de draad af in de buurt van de spoel en houd het uiteinde in uw linkerhand. Wind spoelwinderbasis de draad met uw rechterhand in de buurt Als het opwinden van de spoel begint wanneer de van de spoel met de klok mee af, zoals draad niet goed door de voorspanningsschijf is hieronder aangegeven.
Pagina 56
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD Druk op Spoel aanbrengen Schuif de grendel van het spoelhuisdeksel → → Druk op naar rechts. → → in die volgorde om een video van de bewerking weer te geven op de display (zie pagina 46). Volg onderstaande stappen om de handeling te voltooien.
Pagina 57
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD Leid de draad door de geleider en trek de Onderdraad naar boven halen draad uit naar de voorkant. Bij sommig naaiwerk wilt u de onderdraad misschien naar boven halen, bijvoorbeeld als u plooien, figuurnaden, fantasie lappendekens of borduurwerken naait.
Pagina 58
INRIJGEN VAN DE ONDERDRAAD Trek de onderdraad omhoog, leid deze onder de persvoet en trek deze ongeveer 100 mm (ca. 3-4 inch) naar de achterkant van de machine, gelijk met de bovendraad. a Bovendraad b Onderdraad Zet het spoelhuisdeksel weer op zijn plaats.
Pagina 59
BOVENDRAAD INRIJGEN BOVENDRAAD INRIJGEN Zet de hoofdschakelaar aan. Bovendraad inrijgen Druk op de “Persvoettoets” om de persvoet → → Druk op omhoog te zetten. → → in die volgorde om een video van de bewerking weer te geven op de display (zie pagina 46).
Pagina 60
BOVENDRAAD INRIJGEN Draai de klospen zo dat deze omhoog wijst. Houd de draad met beide handen vast om Zet de draadklos zo op de klospen dat de deze omhoog te trekken van onder de draad vanaf de voorkant van de klos draadgeleiderplaat.
Pagina 61
BOVENDRAAD INRIJGEN Leid de draad door de draadgeleider op de Trek de draad omhoog door de naaldstang (aangegeven met “6”). Houd draadafsnijder om de draad af te knippen, hiertoe de draad met beide handen vast en zoals aangegeven in de illustratie. leid deze zoals aangegeven in de illustratie.
Pagina 62
BOVENDRAAD INRIJGEN Trek voorzichtig aan het draaduiteinde dat door het oog van de naald is getrokken. Opmerking • Sommige naalden kunt u niet inrijgen met de Als zich een lus heeft gevormd in de draad die door naaldinrijger. Gebruik dan niet de het oog van de naald is geleid, trek de lus er dan uit naaldinrijger nadat u de naald door de naar de achterkant van de naald.
Pagina 63
BOVENDRAAD INRIJGEN Zet de extra draadklos zo op de extra Druk op en installeer de klospen dat de draad aan de voorkant tweelingnaald (“NAALD VERWISSELEN” op afwikkelt. Duw de kloskap zo ver mogelijk pagina 67). op de klospen om de draadklos vast te zetten.
Pagina 64
BOVENDRAAD INRIJGEN Ga door met inrijgen, maar leid de draad niet door de draadgeleider “6” op de VOORZICHTIG naaldstang. Rijg de naald aan de rechterkant in. • Stel beslist de tweelingnaaldstand in als u een tweelingnaald gebruikt. Als u een tweelingnaald gebruikt terwijl de machine in de enkele naaldstand staat, kan de naald breken en schade veroorzaken.
Pagina 65
BOVENDRAAD INRIJGEN • Kies de juiste kloskap (groot of medium) Gebruik van de kloshouder naargelang het formaat klos of de hoeveelheid garen die over is). U kunt kloskap (klein) niet gebruiken met de kloskapvoet. De bijgeleverde klospen is handig wanneer u draad gebruikt op klossen van een grote diameter (kruiswikkeldraad).
Pagina 66
BOVENDRAAD INRIJGEN Gebruik van draden die snel Opmerking • Wanneer u twee klossen draad gebruikt, afwikkelen zorg dan dat beide klossen in dezelfde richting gaan. • Zorg dat de klossen elkaar niet raken. ■ Gebruik van het klosnetje Anders windt de draad niet soepel af. Dan kan de naald breken, of de draad kan Als u doorzichtig nylondraad, metallic garen of breken en verstrikt raken.
Pagina 67
PERSVOET VERWISSELEN PERSVOET VERWISSELEN VOORZICHTIG • Druk altijd op op het scherm voordat u de persvoet verwisselt. Als u niet op hebt gedrukt en u op de “Start/stoptoets” of een andere toets drukt, gaat de naaimachine lopen. Dan kunt u letsel oplopen.
Pagina 68
PERSVOET VERWISSELEN Zet de bedieningshendel van de Druk op om alle toetsen te boventransportvoet zo dat de ontgrendelen. naaldklemschroef tussen de vork staat. Plaats de as van de boventransportvoet op Zet de persvoethendel omhoog. de persvoetstang. Boventransportvoet bevestigen De boventransportvoet houdt de stof tussen de persvoet en de transporteur om de stof door te voeren.
Pagina 69
NAALD VERWISSELEN NAALD VERWISSELEN VOORZICHTIG • Druk altijd op op het scherm voordat u de naald verwisselt. Als u niet op hebt gedrukt en u per ongeluk op de “Start/stoptoets” of een andere toets drukt, gaat de naaimachine lopen. Dan kunt u letsel oplopen.
Pagina 70
NAALD VERWISSELEN Steek de naald met de platte kant naar achteren zo ver mogelijk in de opening tot aan de naaldstopper (kijkvenster) in de naaldklem. Draai met een schroevendraaier de naaldklemschroef stevig vast. a Naaldstopper b Opening voor het inbrengen van de naald c Platte kant van de naald VOORZICHTIG •...
Pagina 71
NAALD VERWISSELEN Over de naald De naald is waarschijnlijk het belangrijkste onderdeel van de naaimachine. Wanneer u de juiste naald voor uw naaiproject kiest, geeft dit de mooiste afwerking en blijven eventuele problemen tot een minimum beperkt. Hieronder staan enkele zaken waaraan u moet denken als u de naald kiest. •...
Pagina 73
Hoofdstuk Grondbeginselen van naaien NAAIEN ....................72 Een steek naaien......................72 ■ Gebruik van het voetpedaal ....................73 Verstevigingssteken naaien..................74 Bochten naaien .......................74 Van naairichting veranderen ...................75 ■ Een marge van 0,5 cm of minder naaien .................75 Zware stof naaien....................75 ■ Als de stof niet past onder de persvoet ................75 ■...
Pagina 74
NAAIEN NAAIEN VOORZICHTIG • Om letsel te voorkomen moet u de naald tijdens het gebruik van de machine goed in de gaten houden. Houd uw handen tijdens het gebruik van de machine uit de buurt van de bewegende delen. • Trek of duw de stof niet tijdens het naaien. U kunt daardoor letsel oplopen. •...
Pagina 75
NAAIEN Pas de naaisnelheid aan met de schuifknop voor snelheidsregeling. VOORZICHTIG Met deze knop kunt u de naaisnelheid ook tijdens • Druk niet meer op de “Draadkniptoets” nadat het naaien aanpassen. de draden zijn afgeknipt. Hierdoor kan de draad verstrikt raken of de naald kan breken en de machine beschadigen.
Pagina 76
NAAIEN Trek het intrekbare snoer van het Verstevigingssteken naaien voetpedaal tot de gewenste lengte en steek de stekker van het voetpedaal in de betreffende aansluiting op de machine. Achteruit/verstevigingssteken zijn meestal noodzakelijk aan het begin en het eind van het naaiwerk.
Pagina 77
NAAIEN Van naairichting veranderen Zware stof naaien Stop de naaimachine. Laat de naald in de stof en De naaimachine kan stoffen naaien tot een dikte druk op de “Persvoettoets” om de persvoet van 6 mm (ca. 1/4 inch). Als de voet schuin gaat omhoog te zetten.
Pagina 78
NAAIEN ■ Als de stof niet doorvoert Klittenband naaien Als de stof niet wordt doorgevoerd wanneer u begint met naaien of bij het naaien van dikke naden, drukt u op de zwarte toets aan de linkerkant van persvoet “J”. VOORZICHTIG Zet de persvoethendel omhoog.
Pagina 79
NAAIEN Stretchstof naaien Rijg eerst de stukken stof aan elkaar. Naai vervolgens zonder de stof te rekken. U krijgt bovendien een beter resultaat door draad voor gebreide stoffen te gebruiken, of een stretchsteek te naaien. Memo • Door de druk van de persvoet te verlagen krijgt u betere resultaten bij het naaien van stretchstof.
Pagina 80
INSTELLINGEN VAN DE STEKEN INSTELLINGEN VAN DE STEKEN Wanneer u een steek selecteert, selecteert de machine automatisch de juiste steekbreedte, steeklengte en bovendraadspanning. Desgewenst kunt u al deze instellingen wijzigen. Opmerking • Instellingen voor sommige steken kunt u niet wijzigen (zie “STEEKINSTELLINGENTABEL” aan het eind van deze gebruiksaanwijzing).
Pagina 81
INSTELLINGEN VAN DE STEKEN Steeklengte instellen Draadspanning instellen Volg onderstaande stappen als u de steeklengte Misschien moet u de draadspanning wijzigen, van een steek wilt wijzigen. afhankelijk van de stof en draad waarmee u werkt. Volg onderstaande stappen om instellingen te wijzigen.
Pagina 82
INSTELLINGEN VAN DE STEKEN ■ Bovendraad is te strak ■ Bovendraad is te los Als de onderdraad zichtbaar is aan de voorkant van Als de bovendraad zichtbaar is aan de achterkant de stof, is de bovendraad te strak. van de stof, is de bovendraad te strak. Opmerking Opmerking •...
Pagina 83
HANDIGE FUNCTIES HANDIGE FUNCTIES Plaats de stof op het punt waar u wilt Automatische beginnen en begin met naaien. verstevigingssteken Als u na het kiezen van een steekpatroon de functie Automatische verstevigingssteken (achteruit naaien) aanzet voordat u met naaien begint, worden er automatisch verstevigingssteken (of achteruitsteken, afhankelijk van het steekpatroon) genaaid aan het begin en het eind van het naaiwerk.
Pagina 84
HANDIGE FUNCTIES Plaats de stof op het punt waar u wilt Automatische draadkniptoets beginnen en begin met naaien. Als u na het kiezen van een steekpatroon de functie Automatisch draadknippen aanzet voordat u begint met naaien, worden er automatisch verstevigingssteken (of achteruitsteken, afhankelijk van het steekpatroon) aan het begin en het eind van het naaiwerk genaaid en worden de draden aan het eind van het naaiwerk automatisch...
Pagina 85
HANDIGE FUNCTIES Zet de lipjes op de kniehevel tegenover de Gebruik van de kniehevel inkepingen in de kniehevelsleuf op de voorkant van de machine. Steek de kniehevel zo ver mogelijk naar binnen. De kniehevel stelt u in staat om de persvoet omhoog en omlaag te zetten met uw knie.
Pagina 86
HANDIGE FUNCTIES Opmerking Spilfunctie • De “Naaldstand – OMHOOG/OMLAAG” (3/8 van het instellingenscherm) moet zijn Als de spilinstelling is geselecteerd, stopt de ingesteld op omlaag wilt u de machine met de naald omlaag (in de stof) en wordt de persvoet automatisch op de juiste hoogte gezet, spilfunctie kunnen gebruiken.
Pagina 87
HANDIGE FUNCTIES Plaats de stof onder de persvoet met de Automatische stofsensor naald op het punt waar u wilt beginnen met naaien en druk op de “Start/stoptoets”. De (automatische persvoetdruk) naaimachine begint te naaien. De dikte van de stof wordt automatisch gedetecteerd en de persvoetdruk wordt tijdens het naaien automatisch aangepast met een interne sensor, zodat de stof soepel wordt doorgevoerd.
Pagina 88
HANDIGE FUNCTIES Naaldstand – steek plaatsen Display vergrendelen Wanneer “Naaldstand – steek plaatsen” is Als u de display vergrendelt voordat u begint met ingeschakeld, wordt de naald iets omlaag gezet, naaien, worden de diverse instellingen, zoals de zodat u de steek precies kunt plaatsen. Druk steekbreedte en de steeklengte, vergrendeld en vervolgens op de “Naaldstandtoets”...
Pagina 89
HANDIGE FUNCTIES RASTERWEERGAVE Naaldpositie controleren op het Druk op deze toets om een raster weer te geven. scherm Druk op om met de ingebouwde camera het naaigebied te bekijken op de display. U kunt de naaldlocatie bekijken van twee verschillende hoeken, en waar de naald neerkomt, zelfs als de naald niet omlaag is gezet.
Pagina 91
Hoofdstuk Naaisteken NAAISTEKEN SELECTEREN ......90 Erfstukwerk..............130 ■ Zoomsteken (1) (bloemetjessteek)...........130 ■ Stekenoverzichten ..............90 ■ Zoomsteken (2) (uitgetrokken steken (1)) .......130 Steekpatroon kiezen ............91 ■ Zoomsteken (3) (uitgetrokken steken (2)) .......131 ■ Gebruik van de spiegeltoets ............. 91 Knoopsgaten in één stap ..........132 ■...
Pagina 92
NAAISTEKEN SELECTEREN NAAISTEKEN SELECTEREN ■ Stekenoverzichten Er zijn 6 categorieën naaisteken. Als een paginanummer als volgt wordt aangegeven , is er meer dan één steekkeuzescherm voor die categorie. Rechte/Overhandse steken Decoratieve steken Erfstuksteken Knoopsgaten/trenzen Steken in verschillende richtingen Quiltsteken...
Pagina 93
NAAISTEKEN SELECTEREN ■ Gebruik van de spiegeltoets Steekpatroon kiezen Afhankelijk van het soort naaisteek dat u kiest, kunt u een horizontaal spiegelbeeld van het steekpatroon naaien. Zet de machine aan en druk op oplicht wanneer u een steek selecteert, de naaisteken weer te geven. kunt u een spiegelbeeld van die steek maken.
Pagina 94
NAAISTEKEN SELECTEREN ■ Gebruik van de Uw steekinstellingen opslaan in patroonafbeeldingtoets het geheugen U kunt een afbeelding van de geselecteerde steek weergeven. U kunt de kleuren van de schermafbeelding controleren en wijzigen. De instellingen van de steekbreedte van zigzagsteken, steeklengte, draadspanning, Druk op automatisch draadknippen of automatische →...
Pagina 95
NAAISTEKEN SELECTEREN Druk op de nummertoets van de Druk op instellingen die u wilt ophalen. Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm zonder instellingen op te halen. → De instellingen worden opgeslagen en het oorspronkelijke scherm verschijnt automatisch. Memo a Nummertoetsen •...
Pagina 97
NAAISTEKEN NAAIEN Selecteer een steek. VOORZICHTIG • Let op dat de naald tijdens het naaien geen rijgspeld of enig ander voorwerp raakt. De draad kan daardoor verstrikt raken of de naald kan breken. Hierdoor kunt u letsel oplopen. Als u klaar bent met naaien, houdt u de “Achteruit/verstevigingssteektoets”...
Pagina 98
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Naaldstand wijzigen (alleen voor ■ Stof uitlijnen met een markering op steken met de linker- of middelste de steekplaat of het spoelhuisdeksel naaldstand) (met markering) Wanneer u steken voor de linkernaaldstand of Lijn tijdens het naaien de rand van de stof uit met de 16 mm-markering (ca.
Pagina 99
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Stof uitlijnen met de persvoet “V” Pak beide zijden van het steekplaatdeksel en schuif dit naar u toe. voor uitlijning verticale steken Naai terwijl u de rechterrand van de stof uitgelijnd houdt met de gewenste markeringpositie op voet “V”...
Pagina 100
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Rijgsteken Plaats het spoelhuis in de oorspronkelijke stand en bevestig het steekplaatdeksel. Selecteer en bevestig persvoet “J”. Nadat u het steekplaatdeksel opnieuw hebt geïnstalleerd, selecteert u een van de rechte Druk op de “Achteruit/ steken. verstevigingssteektoets” om verstevigingssteken te naaien en ga daarna Memo door met naaien.
Pagina 101
NAAISTEKEN NAAIEN Strijk de figuurnaad met de strijkbout naar Figuurnaad één kant, zodat deze vlak wordt. Selecteer en bevestig persvoet “J”. Naai een steek achteruit aan het begin van de figuurnaad. Naai vervolgens van het brede eind naar het andere, zonder de stof uit te rekken.
Pagina 102
NAAISTEKEN NAAIEN Trek de onder- en bovendraad Engelse naad 50 mm (ca. 1-15/16 inch) uit (zie pagina 55). Om naden te verstevigen en randen netjes af te werken. Selecteer en bevestig persvoet “J”. Naai de afwerkingslijn. Knip de helft van de marge vanaf de kant waar de Engelse naad moet komen.
Pagina 103
NAAISTEKEN NAAIEN Vouw de bredere marge rond de smallere Naai een rechte steek langs de vouw. en naai de rand van de vouw. Wanneer automatisch draadknippen en automatische verstevigingssteken vooraf zijn ingesteld, worden aan het begin van het naaiwerk automatisch verstevigingssteken genaaid. Druk op de “Achteruit/verstevigingssteektoets”...
Pagina 104
NAAISTEKEN NAAIEN Zigzagsteken Zigzagsteken zijn handig bij het overhands naaien, applicaties, patchwork en vele andere toepassingen. Kies een steek en bevestig persvoet “J”. Staat er een dubbele boven de steek die u kiest, dan kunt u achteruitsteken naaien wanneer u de “Achteruit/verstevigingssteektoets”...
Pagina 105
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Patchwork (voor fantasiequilt) Klik het spoelhuisdeksel met koordgeleider op zijn plaats. Let op dat de contourdraad Sla de gewenste breedte van de stof om en leg deze vrij kan worden doorgevoerd. op de stof eronder. Naai vervolgens zo dat de steken over beide stukken stof heen gaan.
Pagina 106
NAAISTEKEN NAAIEN Elastische zigzagsteken Gebruik elastische zigzagsteken bij het bevestigen van band, overhands naaien, stoppen of vele andere toepassingen. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Elastische zigzag in Overhands naaien (middelzware 1,5 - 7,0 0,2 - 4,0 2 stappen...
Pagina 107
NAAISTEKEN NAAIEN Overhandse steken Te gebruiken voor de rand van naden in rokken of broeken, en de rand van alle geknipte stukken. Afhankelijk van de overhandse steek die u selecteert, gebruikt u persvoet “G”, persvoet “J” of de zijsnijder. ■ Overhandse steken met persvoet “G” Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)]...
Pagina 109
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Overhandse steken met de zijsnijder Wanneer u de zijsnijder gebruikt, kunt u overhands naaien terwijl de stof wordt ingesneden. VOORZICHTIG • Aanbevolen steken worden aangegeven met “S” in de rechter benedenhoek. Selecteer dus alleen een van deze onderstaande steken. Als u een andere steek gebruikt, kan de naald de persvoet raken en breken. Hierdoor kunt u letsel oplopen.
Pagina 110
NAAISTEKEN NAAIEN Plaats de zijsnijder zo dat de pen van de Plaats de stof zo dat de rechterkant van de zijsnijder tegenover de inkeping op de snee boven de geleiderplaat ligt en de persvoethouder staat. Zet vervolgens de linkerkant onder de persvoet. persvoet omlaag.
Pagina 111
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Wanneer u rechte steken naait met Zet de persvoet omlaag en begin met naaien. de zijsnijder De marge tot aan de naad moet ongeveer 5 mm (ca. 3/16 inch) zijn. → Een marge wordt afgesneden terwijl u naait. VOORZICHTIG a Marge tot aan de naad •...
Pagina 112
NAAISTEKEN NAAIEN Quilten Met deze machine kunt snel en eenvoudig prachtige quilts maken. Bij het maken van een quilt is het handig om de kniehevel en het voetpedaal te gebruiken. U hebt dan uw handen vrij voor andere taken (“Gebruik van het voetpedaal” op pagina 73 en/of “Gebruik van de kniehevel” op pagina 83). De 30 quiltsteken Q-01 t/m Q-30 en de naaisteken die worden aangegeven met “P”...
Pagina 115
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Aan elkaar zetten ■ Quilten Dit is het aan elkaar zetten van twee stukken stof. Quilten is het aan elkaar zetten van de bovenkant, Als u stukken stof voor quiltstukken knipt of snijdt, de wattering en de onderkant van de quilt. U kunt neem dan een marge van 6,5 mm (ca.
Pagina 116
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Appliceren Selecteer en bevestig persvoet “J”. Trek het patroon over op de applicatiestof en snijd het rondom af. Laat daarbij een Zet de applicatie vast met de marge van 3 tot 5 mm (1/8 tot 3/16 inch) quiltapplicatiesteek.
Pagina 117
NAAISTEKEN NAAIEN Met de appliceertechniek kunt u Druk op als u de steekbreedte wilt applicatieontwerpen bevestigen zoals de drie regelen met de schuifknop voor hieronder. snelheidsregeling. Zet de breedte-regeling aan. a Rozet b Glas in lood c Poppetje met hoed ■...
Pagina 118
NAAISTEKEN NAAIEN Voorbeeld: Breedte wijzigen Memo • Wanneer u begint te naaien, detecteert de interne sensor de dikte van de stof. De quiltvoet wordt omhoog gezet, op de hoogte die is opgegeven in het machine- instellingenscherm. Druk op “Hoogte vrijmodus” op 2/8 van het instellingenscherm te openen.
Pagina 119
NAAISTEKEN NAAIEN Verwijder de persvoethouder (zie pagina Druk op om de machine in te stellen 66). op de vrijmodus. Bevestig vrije quiltvoet “C” aan de voorkant met persvoethouderschroef tegenover de inkeping in de quiltvoet. a Persvoethouderschroef b Inkeping Opmerking • Controleer of de quiltvoet goed bevestigd is en niet scheef zit.
Pagina 120
NAAISTEKEN NAAIEN Werken met de vrije open quiltvoet “O” Druk op om de vrijmodus te De vrije open quiltvoet “O” wordt gebruikt voor vrij annuleren. quilten met zigzag- of decoratieve steken, of voor vrij quilten van rechte lijnen op stof van →...
Pagina 121
NAAISTEKEN NAAIEN Selecteer een steek. Span de stof met beide handen. Voer de stof gelijkmatig door zodat u uniforme steken naait van ongeveer 2,0-2,5 mm (ca. 1/16 - Memo 3/32 inch). • Wanneer steek Q-01 of 1-31 is geselecteerd, wordt de vrije quiltvoet “C” aangegeven in de linkerbovenhoek van het scherm.
Pagina 122
NAAISTEKEN NAAIEN Volg de stappen op pagina pagina 65 “Persvoet verwijderen” om de persvoet te VOORZICHTIG verwijderen. • Bij vrij quilten stemt u de doorvoersnelheid van de stof af op de naaisnelheid. Als de stof Verwijder de persvoethouder(zie pagina 66) sneller gaat dan de naaisnelheid, kan de naald en de schroef.
Pagina 123
NAAISTEKEN NAAIEN Met de maatindeling op de quiltvoet als houvast naait u rond het motief. a 6,4 mm (ca. 1/4 inch) Afgerond project Druk op om de vrijmodus te annuleren. → Draai het handwiel naar u toe (tegen de klok in) om de transporteur omhoog te zetten.
Pagina 124
NAAISTEKEN NAAIEN Blindzoomsteken Verstevig de onderkant van rokken en broeken met een blindzoom. Er zijn twee steken beschikbaar om blindzomen te naaien. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Blindzoomsteek Blindzomen naaien op +3,0 - -3,0 1,0 - 3,5 middelzware stof...
Pagina 125
NAAISTEKEN NAAIEN Vouw de rand van de stof open en plaats de Plaats de stof met de rand van de gevouwen stof met de achterkan naar boven. zoom tegen de geleider van de persvoet. Zet vervolgens de persvoethendel omlaag. a Achterkant van de stof b Voorkant van de stof c Rand van de stof d Gewenste rand van...
Pagina 126
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Als de naald te ver op de zoomvouw ■ Als de naald niet op de vouw komt komt De naald is te ver naar rechts. De naald is te ver naar links. Druk op om de steekbreedte te vergroten, Druk op om de steekbreedte te verkleinen, zodat de naald de vouw van de zoom net pakt.
Pagina 127
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Scherpe bochten naaien Appliceren Stop de naaimachine met de naald in de stof buiten de applicatie. Zet de persvoet omhoog en draai de stof een beetje tijdens het naaien. Zo krijgt de naad Zet de applicatie vast met textiellijm of een aantrekkelijke afwerking.
Pagina 128
NAAISTEKEN NAAIEN Bevestig persvoet “J”. Zorg dat de naald net Schelprijgsteken rechts van de stofrand valt en begin met naaien. Schelprijgsteken geven een aantrekkelijke schelpafwerking langs randen van kragen. Met dit steekpatroon kunt u ook de hals of de mouwen van jurken en blouses omranden.
Pagina 129
NAAISTEKEN NAAIEN Schelpsteken Fantasiequilt Dit golfvormige patroon voor satijnsteken wordt Om een decoratieve fantasiequilt te maken kunt u het schelpsteekpatroon genoemd. Met dit de volgende steken bovenop een geperste marge steekpatroon versiert u randen van kragen van tot aan de naad naaien. blouses en zakdoeken of geeft u een zoom een Selecteer een rechte steek en bevestig vrolijke afwerking.
Pagina 130
NAAISTEKEN NAAIEN Naai de ruimten tussen de rechte naden. Smocksteken Met smocksteken kunt u kleding enz. een decoratieve afwerking geven. Selecteer een rechte steek en bevestig persvoet “J”. Stel de steeklengte in op 4,0 mm (ca. 3/16 inch) en verlaag de bovendraadspanning tot ca.
Pagina 131
NAAISTEKEN NAAIEN Bevestig persvoet “J”. Zet het midden van Memo de persvoet precies midden in de ruimte • Voordat u de rechte steken naait, draait u tussen de twee stukken stof en begin met het handwiel naar u toe (tegen de klok in) en naaien.
Pagina 132
NAAISTEKEN NAAIEN Trek de draden van de rechte steken eruit. Kies een steek en bevestig persvoet “N”. U kunt elke steek van 3-01 tot 3-25 kiezen. Erfstukwerk ■ Zoomsteken (1) (bloemetjessteek) Deze steek kunt u gebruiken voor het naaien van tafelkleden, decoratieve zomen en decoratieve steken aan de voorkant van overhemden.
Pagina 133
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Zoomsteken (3) (uitgetrokken steken Selecteer (2)) Trek een aantal draden uit beide kanten van Memo het stukje van 4 mm (ca. 3/16 inch) dat nog • Meer bijzonderheden over elke steek vindt u niet open is. in de “STEEKINSTELLINGENTABEL” aan het eind van deze gebruiksaanwijzing.
Pagina 134
NAAISTEKEN NAAIEN Knoopsgaten in één stap Knoopsgaten in één stap kunt u afstemmen op het formaat knoop. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Smal afgerond Knoopsgaten voor lichte tot 3,0 - 5,0 0,2 - 1,0 knoopsgat middelzware stof...
Pagina 135
NAAISTEKEN NAAIEN Knoopsgaten in één stap naait u van de voorkant van de persvoet naar de achterkant, zoals hieronder aangegeven. a Verstevigingssteek Kies een knoopsgatsteek en bevestig Trek de knoophouderplaat op de persvoet knoopsgatvoet “A”. uit en plaats de knoop waarvoor het knoopsgat is bestemd.
Pagina 136
NAAISTEKEN NAAIEN Opmerking Memo • Haal de draad onder de persvoet door. • Hebt u Automatisch draadknippen aangezet voordat u ging naaien, dan worden beide • Schuif het buitenframe van de draden automatisch afgeknipt nadat de knoopsgatvoet zo ver mogelijk naar verstevigingssteken zijn genaaid.
Pagina 137
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Stretchstof naaien ■ Knoopsgaten met aparte vormen/ knopen die niet in de knopenvoet Wanneer u stretchstof naait met , naait passen Stel de grootte van het knoopsgat in met de streepjes u de knoopsgatsteken over een contourdraad. op de schaalverdeling van de persvoet.
Pagina 138
NAAISTEKEN NAAIEN Knoopsgaten in vier stappen U kunt 4-staps knoopsgaten naaien met de volgende vier steken samen. 4-staps knoopsgaten kunt u naaien op elke gewenste lengte. 4-staps knoopsgaten zijn een geschikte methode voor zeer grote knopen. Opmerking • Wanneer u de steekinstellingen wijzigt, zorg dan dat alle steekinstellingen corresponderen. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)]...
Pagina 139
NAAISTEKEN NAAIEN Bevestig monogramvoet “N” en selecteer Selecteer steek om de rechterkant van steek om de linkerkant van het het knoopsgat te naaien en druk op de “Start/stoptoets” om te beginnen met knoopsgat te naaien. naaien. Naai de rechterkant het knoopsgat en druk opnieuw op de “Start/stoptoets”.
Pagina 140
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Stoppen Gebruik dit steekpatroon voor reparatie en andere toepassingen. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Stoppen Stoppen van middelzware stof 2,5 - 7,0 0,4 - 2,5 (1/4) (3/32 - 1/4) (1/16) (1/64 - 1/16) Stoppen...
Pagina 141
NAAISTEKEN NAAIEN Controleer of de naald op de gewenste Houd het uiteinde van de bovendraad losjes positie omlaag komt en zet de vast en druk daarna op de “Start/stoptoets” persvoethendel omlaag. Zorg dat u de om de machine te starten. bovendraad onder de knoopsgatvoet door haalt.
Pagina 142
NAAISTEKEN NAAIEN Trenzen Met trenzen verstevigt u stukken die zwaar belast zullen worden, zoals de hoeken van zakken. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Trens Verstevigd naaien van 1,0 - 3,0 0,3 - 1,0 zakopening enz.
Pagina 143
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Trenzen op dikke stof Zet de knoopsgathendel omlaag zodat deze achter het metalen uitsteeksel op de Leg een stuk gevouwen stof of karton naast de stof knoopsgatvoet terechtkomt. om de knoopsgatvoet op gelijke hoogte te krijgen en het gelijkmatig doorvoeren te vergemakkelijken.
Pagina 144
NAAISTEKEN NAAIEN Knopen aanzetten U kunt knopen met twee of met vier gaten aanzetten met de machine. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Knopen aanzetten Knopen aanzetten 2,5 - 4,5 — —...
Pagina 145
NAAISTEKEN NAAIEN ■ 4-gatsknoop bevestigen Naai de twee dichtstbijzijnde gaten. Zet de persvoethendel omhoog en verplaats de stof zo dat de naald in de twee volgende gaten gaat. Naai deze gaten op dezelfde wijze. ■ Knoopvoet bevestigen Trek de knoopvoethendel naar u toe voor u begint met naaien.
Pagina 146
NAAISTEKEN NAAIEN Oogje Met dit steekpatroon maakt u gaatjes in riemen enz. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch)] [mm (inch)] Steek Steeknaam Persvoet Toepassingen Tweelingnaald Autom. Handmatig Autom. Handmatig Oogje Maken van gaatjes in riemen 7,0 6,0 5,0 7,0 6,0 5,0 enz. (1/4) (1/4 15/64 3/16) (1/4)
Pagina 147
NAAISTEKEN NAAIEN Zet de naald in de stof op het punt waar u wilt Steken in verschillende beginnen en naai naad “1” zoals aangegeven. richtingen (rechte steek en zigzagsteek) Voor het opzetten van stukken of emblemen op broekspijpen, mouwen enz. Verwijder de accessoiretafel om met de vrije arm te kunnen werken.
Pagina 148
NAAISTEKEN NAAIEN Verwijder persvoet “J”. Plaats het Rits inzetten rechteruiteinde van de pen van ritsvoet “I” in de persvoethouder en bevestig de ■ Rits in het midden ritsvoet. Voor tassen en andere vergelijkbare toepassingen. Selecteer Memo • Meer bijzonderheden over elke steek vindt u in de “STEEKINSTELLINGENTABEL”...
Pagina 149
NAAISTEKEN NAAIEN ■ Zijrits inzetten Plaats het rechteruiteinde van de pen van ritsvoet “I” in de persvoethouder en Voor zijritsen in rokken of jurken. bevestig de persvoet. Selecteer Opmerking • Gebruik de middelste naaldstand. Bevestig persvoet “J” en naai rechte steken tot aan de ritsopening.
Pagina 150
NAAISTEKEN NAAIEN Sluit de rits, keer de stof om en naai een Open de rits en naai de rest van de naad. rijgsteek. a Voorkant van de rok (achterkant van de stof) b Rijgsteken a Rijgsteken c Voorkant van de rok (voorkant van de stof) b 7 - 10 mm (ca.
Pagina 151
NAAISTEKEN NAAIEN Bevestig voet “V” voor uitlijning van Opmerking verticale steken. • Als de stof hoeken heeft zoals in onderstaande afbeelding, kunt u geen strakke randen naaien. VOORZICHTIG • Wanneer u randen naait met de ingebouwde camera moet u voet “V” voor de uitlijning van verticale steken gebruiken.
Pagina 152
NAAISTEKEN NAAIEN Plaats het randnaaivel op het Druk op steekplaatdeksel. Plaats de geleidestrepen van het randnaaivel op één lijn met de zijkanten van het steekplaatdeksel. Verschuif het randnaaivel zo dat de uitsparingen op één lijn komen met de randen van de opening voor de transporteur. Plaats het randnaaivel zo dat er geen ruimte is tussen het vel en de randen van de opening voor de transporteur.
Pagina 153
NAAISTEKEN NAAIEN Controleer of de ingebouwde camera de Opmerking stof goed detecteert. • Alvorens op te drukken, installeert u Druk op om de kleuren van de voet “V” voor het uitlijnen van verticale stofrandindicator en het beginpunt te veranderen, steken en plaats u het randnaaivel. Anders naar gelang de kleur van de stof.
Pagina 154
NAAISTEKEN NAAIEN Wanneer de ingebouwde camera de stofrand kan Wanneer de stofrandindicator niet is uitgelijnd detecteren met de rand van de stof De stofrandindicator verschijnt en volgt de rand van De stofrandindicator die verschijnt, is niet uitgelijnd de stof goed. met de rand van de stof.
Pagina 155
NAAISTEKEN NAAIEN Plaats de stof op de gewenste plek, terwijl u op het scherm de afstand van de stofrand Opmerking • Afstanden tussen 1,5 mm (ca. 1/16 inch) en tot de randnaaipositie controleert. 38,5 mm (ca. 1-1/2 inch) kunnen worden Het beginpunt van de stofrandindicator die gemeten.
Pagina 156
NAAISTEKEN NAAIEN Druk op de “Start/stoptoets” om te Wanneer u naait tussen 1 en 2 cm (ca. beginnen met randnaaien. 3/8 en 3/4 inch) van de rand van de stof, → Het naaien begint en de ingestelde afstand tot de stopt het naaien automatisch en verschijnt rand van de stof wordt aangehouden.
Pagina 157
Hoofdstuk Lettersteken en decoratieve steken PATRONEN KIEZEN ........................156 ■ Stekenoverzichten ............................... 157 Decoratieve steekpatronen/ 7 mm decoratieve steekpatronen/Satijnsteekpatronen/7 mm satijnsteekpatronen/ Kruis steek/decoratieve naaisteekpatronen ........................158 Letters .................................... 158 ■ Letters wissen ..............................159 ■ Spatiëring tussen letters wijzigen......................... 160 PATRONEN KIEZEN ........................161 Aantrekkelijke afwerkingen maken ..........................
Pagina 158
PATRONEN KIEZEN PATRONEN KIEZEN Druk op en vervolgens op om onderstaand scherm weer te geven. a Decoratieve steekpatronen b 7 mm decoratieve steekpatronen. U kunt de steeklengte en steekbreedte instellen. c Satijnsteekpatronen d 7 mm satijnsteekpatronen. U kunt de steeklengte en steekbreedte instellen. e Kruissteek f Decoratieve naaisteken g Letterpatronen (gotisch)
Pagina 159
PATRONEN KIEZEN ■ Stekenoverzichten Er zijn 10 categorieën lettersteken en decoratieven steken. Als een paginanummer als volgt wordt aangegeven , is er meer dan één steekkeuzescherm voor die categorie. Decoratieve steekpatronen 7 mm decoratieve steekpatronen Satijnsteekpatronen 7 mm satijnsteekpatronen Kruissteek Decoratieve naaisteken Letterpatronen Letterpatronen...
Pagina 160
PATRONEN KIEZEN Decoratieve steekpatronen/ Letters 7 mm decoratieve steekpatronen/ Voorbeeld: “Blue Sky” invoeren. Satijnsteekpatronen/7 mm satijnsteekpatronen/Kruis steek/ Druk op of op decoratieve naaisteekpatronen om een lettertype te selecteren. Kies het soort patroon dat u wilt naaien. Druk op de toets van het steekpatroon dat u wilt naaien.
Pagina 161
PATRONEN KIEZEN Druk op en voer vervolgens “lue” in. Druk op en voer vervolgens “ky” in. Als u de volgende letters in een ander lettertype wilt Druk op om een spatie in te voeren. opgeven, druk dan op en herhaal de procedure vanaf stap ■...
Pagina 162
PATRONEN KIEZEN Kies de juiste letter. Druk op om de ruimte tussen de letters aan te passen. ■ Spatiëring tussen letters wijzigen U kunt de spatiëring tussen de letters wijzigen. Druk op Druk op om de ruimte tussen de letters te vergroten en druk op om de ruimte tussen de letters te verkleinen.
Pagina 163
PATRONEN KIEZEN PATRONEN KIEZEN Aantrekkelijke afwerkingen maken Bij het naaien van letters en decoratieve steekpatronen kunt u onderstaande tabel raadplegen voor de juiste combinatie van stoffen, naald en draad om het mooiste resultaat te krijgen. Opmerking • Andere factoren, zoals de dikte van de stof, steunstof enz., zijn ook van invloed op de steek. Naai daarom altijd een paar proefsteken voordat u aan uw project begint.
Pagina 164
PATRONEN KIEZEN Memo Opmerking • Als u tijdens het naaien de stof duwt of trekt, • Bij het naaien van sommige patronen blijft kan het patroon verkeerd uitkomen. de naald tijdelijk omhoog staan terwijl de Afhankelijk van het patroon kan er, behalve stof wordt doorgevoerd.
Pagina 165
PATRONEN KIEZEN Bevestig monogramvoet “N” en naai het Als de steken te dicht op elkaar zitten: patroon. Druk op in het scherm “Verticale fijnafstelling”. → De weergegeven waarde neemt toe telkens wanneer u op de toets drukt. Het patroon wordt langer. Als er openingen in het patroon zitten: Druk op in het scherm “Verticale...
Pagina 166
STEEKPATRONEN AANPASSEN STEEKPATRONEN AANPASSEN ■ Functies van de toetsen Met de wijzigingsfuncties kunt u alle gewenste afwerkingen maken. U kunt patronen groter of kleiner maken, in spiegelbeeld enz. Opmerking • Sommige wijzigingsfuncties kunt u niet gebruiken bij bepaalde steekpatronen. Alleen de functies van de weergegeven toetsen zijn beschikbaar wanneer u een patroon selecteert.
Pagina 167
STEEKPATRONEN AANPASSEN Display Toetsnaam Uitleg Pagina Weergavegrootte Hiermee geeft u aan op welke grootte het geselecteerde patroon wordt patroon weergegeven. : ongeveer het formaat waarop het patroon wordt genaaid : helft van het formaat waarop het patroon wordt genaaid : kwart van het formaat waarop het patroon wordt genaaid De grootte waarop het patroon precies wordt genaaid, kan variëren naar gelang het soort stof en draad dat u gebruikt.
Pagina 168
STEEKPATRONEN AANPASSEN Grootte wijzigen Kies een steekpatroon en druk vervolgens op om de grootte van het steekpatroon te wijzigen. Het steekpatroon wordt genaaid op de grootte die op de toets opgelicht is. Memo • Als u nog andere steekpatronen invoert nadat u de grootte hebt gewijzigd, worden die steekpatronen ook op die grootte genaaid.
Pagina 169
STEEKPATRONEN AANPASSEN Horizontaal gespiegeld patroon Draaddichtheid wijzigen (alleen maken voor satijnsteekpatronen) Als u een horizontaal spiegelbeeld wilt maken, Nadat u het satijnsteekpatroon hebt gekozen, kiest u een steekpatroon en drukt u daarna op drukt u op om de gewenste draaddichtheid te selecteren.
Pagina 170
STEEKPATRONEN AANPASSEN Terugkeren naar het begin van Afbeelding controleren het patroon U kunt het geselecteerde steekpatroon ongeveer op ware grootte weergeven. U kunt de kleuren van Wanneer u letters/decoratieve steken naait, kunt u de schermafbeelding controleren en wijzigen. terugkeren naar het begin van het patroon nadat u een proeflapje hebt genaaid, of wanneer het stiksel Druk op niet goed is genaaid.
Pagina 171
STEEKPATRONEN AANPASSEN Druk op om terug te gaan naar het Druk op om de vergrote afbeelding oorspronkelijke scherm. weer te geven. Memo • U kunt ook naaien vanaf dit scherm wanneer het persvoetsymbool wordt weergegeven. • De afbeelding van sommige patronen worden uitsluitend op standaardformaat weergegeven.
Pagina 172
STEEKPATRONEN COMBINEREN STEEKPATRONEN COMBINEREN U kunt allerlei steekpatronen combineren, zoals lettersteken, kruissteken, satijnsteken of steken die u ontwerpt met de functie MY CUSTOM STITCH (in hoofdstuk 8 vindt u informatie over MY CUSTOM STITCH). Ook kunt u steekpatronen van verschillend formaat, spiegelbeeldpatronen en andere combineren.
Pagina 173
STEEKPATRONEN COMBINEREN Druk op Grote en kleine steekpatronen combineren Voorbeeld: Selecteer Druk op → De grote steek wordt geselecteerd. Druk nogmaals op en daarna op om het kleine formaat te selecteren. Druk op om meerdere steken van het patroon te naaien. Druk op →...
Pagina 174
STEEKPATRONEN COMBINEREN Druk op om doorgaand te naaien. Druk opnieuw op en vervolgens op → Het opgegeven patroon wordt herhaald. → Het patroon wordt gedraaid langs een verticale as. Horizontale gespiegelde steekpatronen combineren Druk op Voorbeeld: → Het opgegeven patroon wordt herhaald. Druk op...
Pagina 175
STEEKPATRONEN COMBINEREN Druk op Steekpatronen van verschillende lengten combineren Voorbeeld: Druk op en vervolgens op → De lengte van de afbeelding wordt ingesteld op → Het opgegeven patroon wordt herhaald. Druk opnieuw op en vervolgens drie maal op → De lengte van de afbeelding wordt ingesteld op...
Pagina 176
STEEKPATRONEN COMBINEREN Druk op Stappatronen maken (alleen bij 7 mm satijnsteekpatronen) Druk op Bij 7 mm satijnsteekpatronen kunt u met de toetsen een stapsgewijs effect creëren. Steekpatronen die zo worden genaaid dat ze een stapsgewijs effect creëren, worden stappatronen genoemd. Druk op om het steekpatroon naar links te verplaatsen op een afstand die gelijk is aan de helft...
Pagina 177
STEEKPATRONEN COMBINEREN → → → Druk op Druk op → → → → → Druk op → → → → Het opgegeven patroon wordt herhaald. ■ Nog enkele voorbeelden → → → → Druk op → → → → → Druk op →...
Pagina 178
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Voorzorgsmaatregelen steekgegevens Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u steekgegevens gebruikt die niet zijn gemaakt en opgeslagen op deze machine. ■ Soorten steekgegevens die u kunt gebruiken • In het geheugen voor lettersteken en decoratieve steken van deze machine kunnen “.pmx” en “.pmu”- steekbestanden worden gebruikt.
Pagina 179
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE ■ Als het geheugen vol is Steekpatronen opslaan in het Als dit volgende scherm verschijnt wanneer u geheugen van de machine probeert een patroon in het geheugen op te slaan, is het geheugen te vol. Het geselecteerde steekpatroon kan er niet meer bij.
Pagina 180
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op Steekpatronen opslaan op USB- media (in de handel verkrijgbaar) Wanneer u steekpatronen van de machine naar USB-media wilt zenden, sluit u het USB-medium aan op de USB-poort van de machine. Memo • USB-media zijn verkrijgbaar in de handel, maar sommige USB-media zijn niet bruikbaar met deze machine.
Pagina 181
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Plaats het USB-medium in de eerste Steekpatronen opslaan op de (bovenste) USB-poort op de machine. computer Met de bijgeleverde USB-kabel kunt u de machine aansluiten op uw computer en kunt u tijdelijk borduurpatronen ophalen van en opslaan in de map “Verwisselbare schijf”...
Pagina 182
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Selecteer het “.pmx”-bestand van het Druk op steekpatroon en kopieer het bestand naar de computer. Opmerking • Zet de machine niet uit terwijl “Opslaan” op de display staat. Dan kunt u gegevens kwijtraken. Steekpatronen ophalen uit het geheugen van de machine Druk op Druk op...
Pagina 183
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Kies het steekpatroon dat u wilt ophalen. Ophalen van USB-media Als het hele opgeslagen steekpatroon niet wordt weergegeven, drukt u op het miniatuur. U kunt een specifiek steekpatroon ophalen direct Druk op om terug te gaan naar het van het USB-medium of uit een map op het USB- medium.
Pagina 184
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op Druk op wanneer er een submap is om twee of meer steekpatronen op USB- Druk op om het patroon te wissen. Het media te sorteren. Het steekpatroon in de patroon wordt verwijderd van het USB-medium. submap wordt weergegeven.
Pagina 185
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Verplaats/kopieer de patroongegevens naar Druk op “Verwisselbare schijf”. Druk op om het patroon te wissen. Het patroon wordt verwijderd van de “Verwisselbare schijf” op uw computer. → De steekpatroongegevens op “Verwisselbare schijf” worden naar de machine geschreven. Opmerking •...
Pagina 187
Draadspanning aanpassen ............233 ■ Copyright ..................190 ■ Juiste draadspanning ................233 ■ Stekenoverzichten ................191 ■ Bovendraad is te strak ..............233 Het selecteren van Borduurpatronen/Brother “Exclusief”/ ■ Bovendraad is te los .................234 Griekse letterpatronen/Bloemletterpatronen/ Ander spoelhuis aanpassen Borduurnaaipatronen..............193 (geen kleur op schroef)............234 Letterpatronen kiezen .............194...
Pagina 188
VOORDAT U GAAT BORDUREN VOORDAT U GAAT BORDUREN Borduren stap voor stap Volg onderstaande stappen om de machine voor te bereiden voor borduren. Stap 9 Stap 6, 8 Stap 3 Stap 4 Stap 1, 2 Stap 7 Stap 5 Stap Doel Handeling Pagina...
Pagina 189
VOORDAT U GAAT BORDUREN Druk op de zwarte toets op de Borduurvoet “W” bevestigen persvoethouder en verwijder de persvoet. → → Druk op → → in die volgorde om een videovoorbeeld weer te geven van het bevestigen van borduurvoet “W” (zie pagina 46). Volg onderstaande stappen om de handeling te voltooien.
Pagina 190
VOORDAT U GAAT BORDUREN Houd de borduurvoet met uw rechterhand Opmerking op zijn plaats en draai met de bijgesloten • U kunt ook naaisteken/decoratieve steken schroevendraaier de persvoethouderschroef naaien wanneer de borduurtafel is stevig vast. bevestigd. Druk op en op .
Pagina 191
VOORDAT U GAAT BORDUREN Zet de hoofdschakelaar aan. Houd de ontgrendelknop ingedrukt en trek de borduurtafel uit de machine. → De volgende boodschap verschijnt. Druk op → De wagen komt in de initialisatiestand te staan. a Ontgrendelknop VOORZICHTIG ■ Borduurtafel verwijderen •...
Pagina 192
Mocht er een ander scherm verschijnen, druk dan op en vervolgens op om het onderstaande scherm weer te geven. a Borduurpatronen Memo b Brother “Exclusief” • Als een toets er gestapeld uitziet, zoals c Griekse letterpatronen d Bloemletterpatronen , betekent dit dat er e Borduurnaaipatronen f Kaderpatronen subcategorieën zijn, die u moet selecteren...
Pagina 193
PATRONEN KIEZEN ■ Stekenoverzichten Deze machine bevat 7 categorieën patronen. Als een paginanummer als volgt wordt aangegeven , is er meer dan één patroonkeuzescherm voor die categorie. Borduurpatronen Griekse letterpatronen Bloemletterpatronen Borduurnaaipatronen Kaderpatronen Letters...
Pagina 194
PATRONEN KIEZEN Brother “Exclusief” Nostalgische ontwerpen Monogramontwerpen Nieuwe Europese ontwerpen Japanse ontwerpen Quiltontwerpen...
Pagina 195
Druk op om het patroon in Het selecteren van spiegelbeeld te borduren. Borduurpatronen/Brother Als u een fout heeft gemaakt bij de selectie van het “Exclusief”/Griekse patroon, druk dan op de toets van het patroon dat u wilt borduren. De nieuwe selectie verschijnt.
Pagina 196
PATRONEN KIEZEN Druk op en voer vervolgens de “B” in. Letterpatronen kiezen Voorbeeld: “Blue Sky” invoeren. Druk op Druk op de toets van het lettertype dat u wilt borduren. Als u de grootte van een letter wilt wijzigen, selecteert u de letter en drukt u op om de grootte te wijzigen.
Pagina 197
PATRONEN KIEZEN Druk op om een spatie in te voeren. Druk op en voer vervolgens “ky” in. Druk opnieuw op en voer “S” in. Druk op → De display voor borduren verschijnt.
Pagina 198
PATRONEN KIEZEN Ga door met “OVERZICHT DISPLAY Druk op VOOR BORDUREN” op pagina 198 om het patroon te borduren. Als u naar het vorige scherm terug wilt gaan of een ander patroon wilt kiezen, drukt u op → De display voor borduren verschijnt. Ga door met “OVERZICHT DISPLAY VOOR BORDUREN”...
Pagina 199
PATRONEN KIEZEN Steek de kaart volledig in de kaartlezer/ Patronen selecteren van USB-kaartschrijfmodule*. borduurkaarten Plaats de borduurkaart zo dat het uiteinde met de pijl erop boven zit. ■ Over de borduurkaartlezer (afzonderlijk verkrijgbaar) en de USB-kaartschrijfmodule* • Gebruik slechts een borduurkaartlezer die is ontworpen voor deze machine.
Pagina 200
OVERZICHT DISPLAY VOOR BORDUREN OVERZICHT DISPLAY VOOR BORDUREN a Hiermee geeft u de persvoetcode weer. Bevestig borduurvoet “W” voor alle borduurwerken. Wanneer het persvoetsymbool op het scherm verschijnt, kunt u borduren. b Hier verschijnt de grens voor borduren met het extra grote borduurraam (30 cm × 20 cm (ca. 12 inch × 8 inch)). c Hier wordt een voorbeeld van het geselecteerde patroon getoond.
Pagina 201
OVERZICHT DISPLAY VOOR BORDUREN ■ Functies van de toetsen Met deze toetsen kunt u de grootte van het patroon wijzigen, het patroon roteren (draaien) enz. Opmerking • Sommige functies zijn niet beschikbaar bij bepaalde patronen. Als de toets lichtgrijs is, kunt u die functie niet gebruiken bij het geselecteerde patroon.
Pagina 202
DE STOF VOORBEREIDEN DE STOF VOORBEREIDEN VOORZICHTIG • Gebruik stof van minder dan 3 mm (ca. 1/8 inch) dik. Met stof van meer dan 3 mm (ca. 1/8 inch) dik breekt de naald wellicht. • Wanneer u werkt met lagen met dikkere wattering, is het aan te raden de persvoethoogte aan te passen in het borduurinstellingenscherm (zie hieronder).
Pagina 203
DE STOF VOORBEREIDEN Strijk de steunstof vast op de achterkant van de stof. a Bevestigingskant van de steunstof b Stof (achterkant) Memo • Borduurt u op dunne stof, zoals organdie of batist, of op ruwharige stof zoals badstof of corduroy? Dan krijgt u het beste resultaat met wateroplosbare steunstof (afzonderlijk verkrijgbaar).
Pagina 204
DE STOF VOORBEREIDEN Stof in het borduurraam plaatsen ■ Soorten borduurramen Extra groot Quilt Medium Klein Borduurveld Borduurveld Borduurveld Borduurveld 30 cm × 20 cm 20 cm × 20 cm 10 cm × 10 cm 2 cm × 6 cm (ca.
Pagina 205
DE STOF VOORBEREIDEN ■ Stof plaatsen Draai de afstelschroef licht aan en trek aan de randen en de hoeken van de stof om de → → Druk op stof glad te trekken. Draai de schroef niet los. → → in die volgorde om een videovoorbeeld weer te geven van het plaatsen van de stof in het borduurraam (zie pagina 46).
Pagina 206
DE STOF VOORBEREIDEN Zet de afstelschroef in de oorspronkelijke Rek de stof enigszins, zodat vouwen en stand. kreukels verdwijnen. Plaats vervolgens het binnenraam in het buitenraam. Memo a Binnenraam • U kunt met de bijgesloten schroevendraaier b Buitenraam de afstelschroef van het raam vaster of losser draaien.
Pagina 207
DE STOF VOORBEREIDEN ■ Linten of band borduren Kleine stukjes stof, hoeken of Zet het lint of het band vast met dubbelzijdig randen en lint of band borduren plakband of textiellijm. Gebruik borduursteunstof voor extra steun. Verwijder de steunstof voorzichtig nadat u klaar bent met borduren.
Pagina 208
BORDUURRAAM BEVESTIGEN BORDUURRAAM BEVESTIGEN → → → → Druk op in die volgorde om een videovoorbeeld weer te geven van het bevestigen van het borduurraam (zie pagina 46). Volg onderstaande stappen om de handeling te voltooien. Opmerking • Wind de spoel op en plaats de spoel voordat u het borduurraam aanbrengt. Druk op de “Persvoettoets”...
Pagina 209
BORDUURRAAM BEVESTIGEN ■ Borduurtafel verwijderen Zet de raambevestigingshendel omhoog. Trek het borduurraam naar u toe.
Pagina 210
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Normaliter bevindt het patroon zich midden in het borduurraam. Als het patroon anders moet worden geplaatst op de stof kunt u de lay-out controleren alvorens u gaat borduren. Plaats de stof in het borduurraam. Borduurpositie uitlijnen met de ingebouwde camera Met de camera die is ingebouwd in deze machine...
Pagina 211
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Selecteer het patroon op uw naaimachine. Druk op Druk op in het naaischerm. Druk op de “Persvoettoets” om de persvoet omlaag te zetten. Druk op Druk op de plaatsingstoetsen om het borduurraam te verschuiven totdat het kruis dat u met het krijtje op de stof hebt getekend wordt weergegeven in het cameravenster.
Pagina 212
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Druk op om de rasterlijnen weer te Pas de richting van het patroon aan door te geven. drukken op de richtingstoetsen totdat de rasterlijnen parallel zijn aan de markering die u met het krijtje op de stof hebt geketend.
Pagina 213
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Druk op Stof weergeven terwijl u de borduurpositie uitlijnt De stof die in het borduurraam is gespannen kan op het LCD-scherm worden weergegeven, zodat u de borduurpositie gemakkelijk kunt uitlijnen. Voorbeeld: Opmerking • Wanneer het borduurraam (klein: 2 × 6 cm (1 ×...
Pagina 214
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Wanneer de stof als achtergrond voor het Druk op de “Start/stoptoets” om te beginnen patroon wordt weergegeven, kunt u het met borduren. patroon zo nodig verplaatsen. Zie “Borduurpatronen naaien” op pagina 219. → Wanneer het borduren is voltooid, wordt de stof niet meer op de achtergrond weergegeven.
Pagina 215
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN ■ Patroon plaatsen op dikke stof Wanneer de volgende melding wordt weergegeven, verwijdert u de Wanneer u het patroon plaatst op een dikke stof zoals een quilt, wordt de stof mogelijk niet juist gedetecteerd. borduurpositiesticker en drukt u vervolgens Voor een juiste detectie van de stof moet eerst de dikte ervan worden gemeten.
Pagina 216
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Van de gebieden die worden weergegeven Opmerking in het venster kiest u het gebied waarin zich • Wanneer u de stof in het borduurraam de borduurpositiesticker bevindt. plaatst, controleert u of het borduurpatroon Als geen gebied is geselecteerd, start het scannen past in het borduurveld voor het raam dat u vanuit het midden.
Pagina 217
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Een herinnering verschijnt. Verwijder de Druk op borduurpositiesticker van de stof en druk Om de borduurpositiesticker gemakkelijker te verwijderen, drukt u op zodat het borduurraam iets naar voren gaat en niet meer onder de naald zit. Nadat u de borduurpositiesticker hebt verwijderd, drukt u op Opmerking •...
Pagina 218
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Patroonpositie controleren Druk in op de toets voor de positie die u wilt controleren. Het borduurraam verplaatst zich en de patroonpositie wordt weergegeven. Let goed op het borduurraam zodat het patroon op de juiste plaats wordt geborduurd. Druk op a Geselecteerde positie →...
Pagina 219
POSITIE VAN HET PATROON CONTROLEREN Voorbeeld van het patroon bekijken Druk op → U ziet een voorbeeld van het patroon zoals het wordt geborduurd. Druk op om het borduurraam te kiezen dat in het voorbeeld wordt gebruikt. Ramen die lichtgrijs zijn weergegeven, kunt u niet selecteren.
Pagina 220
BORDUURPATROON NAAIEN BORDUURPATROON NAAIEN Aantrekkelijke afwerkingen maken Bij het maken van mooi borduurwerk komen vele factoren kijken. Het gebruik van de juiste steunstof (zie pagina 200) en bevestiging van de stof in het borduurraam (zie pagina 202) zijn twee belangrijke factoren die we reeds hebben genoemd.
Pagina 221
BORDUURPATROON NAAIEN ■ Borduursteekplaatdeksel Borduurpatronen naaien Afhankelijk van het soort stof, steunstof of garen dat u gebruikt, kan de bovendraad onder bepaalde omstandigheden gaan lussen. Plaats in dat geval het bijgeleverde deksel op de steekplaat. Plaats hiertoe de twee uitsteeksels op de onderkant van het deksel Voorbeeld: in de inkepingen op de steekplaat, zoals hieronder aangegeven.
Pagina 222
BORDUURPATROON NAAIEN Zet de persvoet omlaag en druk vervolgens Herhaal dezelfde stappen voor het op de “Start/stoptoets” om te beginnen met borduren van de overige kleuren. borduren. Druk na vijf à zes steken nogmaals op de “Start/stoptoets” om de machine te stoppen. Knip de overtollige draad aan het eind van de naad af.
Pagina 223
BORDUURPATROON NAAIEN Verwijder het applicatiemateriaal uit het Applicaties borduren borduurraam en knip het voorzichtig af langs het stiksel. Verwijder vervolgens zorgvuldig alle stikdraad. Bij sommige patronen is een applicatie in het patroon nodig. Bereid de basisstof en de Knip zorgvuldig het patroon uit op de omtrek die u applicatiestof voor.
Pagina 224
BORDUURPATROON NAAIEN Breng enige textiellijm aan op de achterkant van de applicatie en bevestig het op de applicatiepositie volgens het omtrekstiksel. Memo • Als het applicatiemateriaal erg licht is, moet u misschien geschikt verstevigingsmateriaal op de achterkant aanbrengen om de stof te verstevigen en de applicatie aan te brengen.
Pagina 225
PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) Voltooide borduurpatronen gecombineerd met gedrukte ontwerpen zijn ingebouwd in deze machine. U kunt prachtige geborduurde ontwerpen maken door een achtergrond op stof te strijken of te drukken, als de stof zich daartoe leent, en bovenop die achtergrond aanvullend te borduren.
Pagina 226
PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) ■ Alleen het borduurpatroon Een patroon kiezen controleren Druk op Patronen waarin borduurontwerpen en gedrukte ontwerpen zijn gecombineerd, kunt u selecteren op de pagina's die bevatten. Selecteer het gewenste patroon. Memo • In de Beknopte bedieningsgids vindt u meer informatie over patronen waarbij deze functie van pas komt.
Pagina 227
PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) ■ Gebruik van USB-media Achtergrondafbeelding en Plaats het USB-medium in de eerste positieafbeelding uitvoeren (bovenste) USB-poort op de machine. Met een USB-medium of de computer kunt u de Selecteer het patroon en druk op volgende drie afbeeldingen uitvoeren vanaf de machine.
Pagina 228
PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) ■ Gebruik van een USB-kabel Memo Sluit de USB-kabel aan op de betreffende • Haal de USB-kabel pas uit de machine als de gegevensuitvoer is voltooid. USB-poort op de computer en op de machine.
Pagina 229
PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) Borduurpatronen naaien Opmerking • Alvorens af te drukken op opstrijkpapier of bedrukbare stof, raden we u aan een Plaats de stof met de opgestreken proefafdruk te maken om de afdrukinstellingen te controleren. achtergrondafbeelding in het borduurraam.
Pagina 230
PRINT EN BORDUUR (BORDUURPATRONEN EN GEDRUKTE ONTWERPEN COMBINEREN) Nadat u hebt gecontroleerd dat een patroon is geselecteerd, drukt u op → Het naaischerm verschijnt. Opmerking • Alvorens te gaan borduren controleert u dat het borduurpositievel perfect is uitgelijnd met de achtergrond. Lijn de borduurpositie uit volgens stap van “Borduurpositie uitlijnen met de ingebouwde camera”...
Pagina 231
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Opmerking • Stoot niet tegen de wagen van de borduurtafel of de persvoet wanneer u het borduurraam verwijdert of bevestigt. Anders wordt het patroon niet juist geborduurd. Ontgrendel de raambevestigingshendel en Als de onderdraad bijna op is verwijder het borduurraam.
Pagina 232
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Druk op om de naald Wanneer de draad afbreekt het juiste aantal steken terug te zetten naar tijdens het naaien de plek waar de draad afbrak. Als u niet terug kunt gaan naar de plaats waar de Druk op de “Start/stoptoets”...
Pagina 233
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Opnieuw beginnen vanaf het Borduren hervatten nadat u de begin machine hebt uitgezet De huidige kleur en het huidige steeknummer Druk op worden opgeslagen wanneer u stopt met borduren. De volgende keer dat u de machine aanzet, kunt u verdergaan met het patroon of het patroon wissen.
Pagina 234
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Bevestig het borduurraam en druk op → Het vorige naaischerm dat werd weergegeven voordat de machine werd uitgeschakeld, verschijnt. Memo • Als u een nieuwe borduurpatroon wilt starten, drukt u op zodat het patroonkeuzescherm verschijnt. Ga door met borduren. a Steeknummer wanneer het borduren wordt hervat...
Pagina 235
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN ■ Bovendraad is te strak Draadspanning aanpassen De spanning van de bovendraad is te hoog. Hierdoor is de onderdraad zichtbaar aan de Bij het borduren moet u de draadspanning zo voorkant van de stof. instellen dat de bovendraad net zichtbaar is aan de achterkant van de stof.
Pagina 236
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN ■ Bovendraad is te los Ander spoelhuis aanpassen (geen De spanning van de bovendraad is te laag. Hierdoor kleur op schroef) is de bovendraad te los en kunnen lussen ontstaan aan de voorkant van de stof. Wanneer u de bijgeleverde borduuronderdraad Opmerking gebruikt, neem dan het spoelhuis met de groene...
Pagina 237
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN ■ Bovendraad is te los Gebruik van de automatische Onderdraad is enigszins zichtbaar aan de voorkant draadknipfunctie van de stof. (EINDE KLEUR KNIPPEN) De automatische draadknipfunctie knipt de a Voorkant draad af aan het eind van elke kleur die u naait. Deze functie is aanvankelijk ingeschakeld.
Pagina 238
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Druk op om de draadknipfunctie uit te Gebruik van de draadknipfunctie zetten. (OVERSPRINGENDE STEEK KNIPPEN) Met de draadknipfunctie worden automatisch alle overtollige overspringende draden binnen de kleur afgeknipt. Deze functie is → De toets ziet er zo uit: aanvankelijk ingeschakeld.
Pagina 239
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Borduursnelheid aanpassen Garenkleur wijzigen U kunt de naam van garenkleuren of het Druk op en op borduurgarennummer weergeven. Memo Bij “Max. borduursnelheid” stelt u de • De kleur op het scherm wijkt mogelijk enigszins af van de werkelijke kleur op de maximale borduursnelheid in met klos.
Pagina 240
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Wanneer het garennummer #123 wordt Borduurraamdisplay wijzigen weergegeven, selecteert u met zes borduurgarenmerken die hieronder zijn Druk op aangegeven. Druk op In het “Borduurraamscherm” wijzigt u met de weergave van het borduurraam. U hebt 14 mogelijkheden. NUMMER BORDUUR/ POLYESTERGAREN NUMMER COUNTRY/...
Pagina 241
AANPASSINGEN TIJDENS HET BORDUREN Voor het optionele borduurraam. a Borduurgebied extra groot borduurraam 30 cm × 20 cm (12 inch × 8 inch) b Middenmarkering c Borduurgebied quiltraam 20 cm × 20 cm (8 inch × 8 inch) d Borduurgebied voor optioneel groot borduurraam 18 cm ×...
Pagina 242
BORDUURPATROON WIJZIGEN BORDUURPATROON WIJZIGEN VOORZICHTIG • Wanneer u een patroon hebt gewijzigd, controleer dan op de display welke borduurramen u kunt gebruiken en neem een geschikt borduurraam. Als u een borduurraam gebruikt dat niet op de display wordt aangegeven, kan de persvoet het raam raken en daardoor letsel veroorzaken. Patroon verplaatsen Druk op om het patroon te verplaatsen in...
Pagina 243
BORDUURPATROON WIJZIGEN Markeer de plaats waar u wilt beginnen met Druk op borduren op de stof (zie afbeelding). zorgt u dat de naald en de markering op de stof op hetzelfde punt komen. Dan begint u met het borduren van het patroon.
Pagina 244
BORDUURPATROON WIJZIGEN Druk op om het patroon horizontaal in te Patroon roteren krimpen. Druk op om het patroon verticaal uit te Druk op rekken. Druk op om het patroon verticaal in te krimpen. Druk op om het patroon terug te zetten op de oorspronkelijke lay-out.
Pagina 245
BORDUURPATROON WIJZIGEN Druk op om het patroon terug te zetten op de Horizontaal gespiegeld patroon oorspronkelijke positie. maken Druk op totdat deze toets er uitziet als om een horizontaal spiegelbeeld van het geselecteerde patroon te maken. Druk nogmaals om het patroon terug te zetten in de oorspronkelijke stand.
Pagina 246
BORDUURPATROON WIJZIGEN Wijzig de steekdichtheid. Steekdichtheid wijzigen (alleen letter- en kaderpatronen) Druk op om de dichtheid te verlagen. Druk op om de dichtheid te verhogen. Voor sommige letter- en kaderpatronen kunt u de steekdichtheid wijzigen. U kunt een instelling opgeven tussen 80% en 120% in stappen van 5%.
Pagina 247
BORDUURPATROON WIJZIGEN Wanneer een letter is genaaid, wijzigt u de Kleuren van letterpatroon garenkleur en naait u de volgende letter. wijzigen In gecombineerde letterpatronen kunt u elke letter met een andere kleur borduren. Als “MEERKLEUREN” is ingesteld, stopt de machine nadat een letter is genaaid.
Pagina 248
BORDUURPATROON WIJZIGEN Druk op Opmerking • Als u de instelling voor het beginpunt wilt annuleren en wilt terugkeren naar het beginpunt midden in het patroon, drukt u opnieuw op • Selecteer met een ander beginpunt voor het borduren. Druk op Druk op Druk op →...
Pagina 249
BORDUURPATROON WIJZIGEN Zoals in stap selecteert u de Druk op om de draadknipfunctie uit te letterpatronen voor “DEF”. zetten en druk vervolgens op Druk op Druk op Druk op de “Start/stoptoets”. Nadat u de letters hebt geborduurd, knipt u de draden royaal af. Vervolgens maakt u het →...
Pagina 250
BORDUURPATROON WIJZIGEN Druk op de “Start/stoptoets” om te beginnen met het borduren van de resterende letters. Ononderbroken borduren (met één kleur) U kunt een geselecteerd patroon selecteren in één kleur in plaats van meerdere kleuren. De machine pauzeert even, maar stopt niet tussen de kleuren en gaat door tot het patroon is voltooid.
Pagina 251
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Voorzorgsmaatregelen borduurgegevens Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u borduurgegevens gebruikt die niet zijn gemaakt en opgeslagen op deze machine. VOORZICHTIG • Wanneer u andere borduurgegevens gebruikt dan onze oorspronkelijke patronen, kan de draad of de naald breken wanneer de steekdichtheid te fijn is of u drie of meer overlappende steken naait.
Pagina 252
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE ■ U kunt computers en besturingssystemen met de volgende specificaties gebruiken. • Compatibele modellen: IBM PC met een USB-poort als standaardapparaat IBM PC-compatible computer uitgerust met een USB-poort als standaardapparaat • Compatibele besturingssystemen: Microsoft Windows XP, Windows Vista, Windows 7 ■...
Pagina 253
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op Steekpatronen opslaan in het geheugen van de machine Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm zonder op te slaan. U kunt borduurpatronen die u zelf hebt aangepast en vaak wilt gebruiken, opslaan. Bijvoorbeeld uw naam, patronen die zijn gedraaid of waarvan de grootte is gewijzigd, patronen waarvan de patroonpositie is gewijzigd enz.
Pagina 254
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Kies het patroon dat u wilt wissen. Memo • Als er voldoende geheugenruimte beschikbaar is nadat u het patroon hebt gewist, wordt het patroon dat u wilt opslaan daarna automatisch opgeslagen. Als er niet voldoende geheugenruimte beschikbaar is nadat u het patroon hebt gewist, herhaalt u bovenstaande stappen om nog een patroon uit het geheugen te wissen.
Pagina 255
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Plaats het USB-medium in de eerste Borduurpatronen opslaan op de (bovenste) USB-poort op de machine. computer Met de bijgeleverde USB-kabel kunt u de machine aansluiten op uw computer en kunt u tijdelijk borduurpatronen ophalen van en opslaan op de map “Verwisselbare schijf”...
Pagina 256
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op wanneer het patroon dat u Patronen ophalen uit het wilt opslaan zich in het naaischerm bevindt. geheugen van de machine Druk op → De opgeslagen patronen worden op het scherm getoond. Druk op de toets van het borduurpatroon dat u wilt ophalen.
Pagina 257
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op Druk op → Borduurpatronen en een map in de bovenste map worden weergegeven. Druk op wanneer er een submap is om twee of meer borduurpatronen op USB- media te sorteren. Het steekpatroon in de submap wordt weergegeven.
Pagina 258
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op de toets van het borduurpatroon Verplaats/kopieer de patroongegevens naar dat u wilt ophalen. “Verwisselbare schijf”. Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm. Druk op Druk op om het patroon te verwijderen. Het patroon wordt verwijderd van het USB-medium.
Pagina 259
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Druk op de toets van het patroon dat u wilt ophalen. Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm. Druk op → De display voor borduren verschijnt.
Pagina 260
BORDUURAPPLICATIE BORDUURAPPLICATIE Borduur hetzelfde patroon van stap Applicatie maken met een de basisstof. kaderpatroon (1) U kunt met kaderpatronen met dezelfde grootte en dezelfde vorm een applicatie maken. Borduur één patroon met een rechte steek en één patroon met een satijnsteek. Kies een kaderpatroon met een rechte steek.
Pagina 261
BORDUURAPPLICATIE Kies het kaderpatroon (satijnsteek) van Applicatie maken met een dezelfde vorm als de applicatie. Borduur over de applicatie en de basisstof van stap kaderpatroon (2) om de applicatie te maken. Dit is een tweede methode om applicaties te maken met borduurpatronen. Bij deze methode hoeft u de stof in het borduurraam niet te verwisselen.
Pagina 262
BORDUURAPPLICATIE Borduur hetzelfde patroon op de Kies het kaderpatroon (satijnsteek) van applicatiestof. dezelfde vorm als de applicatie. Verwijder het borduurraam uit de borduurtafel en knip het patroon rondom de naad uit. Opmerking • Wijzig de grootte en de positie van het patroon niet.
Pagina 263
BORDUURAPPLICATIE Selecteer het gedeelte dat u wilt Gesplitste borduurpatronen borduren. naaien Selecteer de gedeelten in alfabetische volgorde. U kunt maximaal 12 gedeelten weergeven op één U kunt gesplitste borduurpatronen naaien die zijn pagina. Zijn er 13 of meer gedeelten in het patroon, gecreëerd met PE-DESIGN Ver.
Pagina 264
BORDUURAPPLICATIE Bewerk het patroon zo nodig. Voor meer informatie, zie “BORDUURPATROON WIJZIGEN” op pagina 240. Memo • Het patroon kan 90° graden naar links of rechts worden gedraaid wanneer u op drukt. Druk op de “Start/stoptoets” om het patroongedeelte te borduren. Wanneer het borduren is afgelopen, verschijnt het volgende scherm.
Pagina 265
DIVERSE BORDUURFUNCTIES ....299 Ononderbroken borduren (met één kleur) ......299 PATRONEN KIEZEN OM TE BEWERKEN ..265 Rijgsteken voor borduren ..........299 Het selecteren van borduurpatronen/Brother “Exclusief”/ Een applicatie maken............300 Griekse letterpatronen/Bloemletterpatronen/ ■ Een applicatie maken ..............300 ■ Gebruik van een kaderpatroon voor de omtrek ......304 Borduurnaaipatronen/Kaderpatronen......
Pagina 266
UITLEG VAN FUNCTIES UITLEG VAN FUNCTIES Met de Borduurpatrooncombinatiefuncties kunt u borduurpatronen en letterpatronen combineren, de grootte van patronen wijzigen, patronen draaien en vele andere functies voor het aanpassen van patronen uitvoeren. Deze machine kan de volgende 11 functies uitvoeren. ■...
Pagina 267
PATRONEN KIEZEN OM TE BEWERKEN Bereid de machine voor op borduren volgens de aanwijzingen op pagina 186 en druk op vervolgens op om het onderstaande scherm weer te geven. a Borduurpatronen b Brother “Exclusief” c Griekse letterpatronen d Bloemletterpatronen e Borduurnaaipatronen f Kaderpatronen...
Pagina 268
PATRONEN KIEZEN OM TE BEWERKEN Het selecteren van Letterpatronen kiezen borduurpatronen/Brother Wanneer u een letterpatroon kiest in het “Exclusief”/Griekse borduurcombinatiescherm, kunt u de lay-out van het patroon tegelijkertijd aanpassen. letterpatronen/ Bloemletterpatronen/ Druk op Borduurnaaipatronen/ Kaderpatronen Selecteer de patrooncategorie. Druk op de toets van het patroon dat u wilt bewerken.
Pagina 269
PATRONEN KIEZEN OM TE BEWERKEN Nadat u uw keuzes hebt gemaakt, drukt u Selecteer de lay-out. (Voorbeeld: → Het borduurcombinatiescherm verschijnt. Nadat u een boog hebt gekozen, wijzigt u met Ga door met “PATRONEN BEWERKEN” op de ronding van de boog. pagina 268 om het patroon te bewerken.
Pagina 270
PATRONEN BEWERKEN PATRONEN BEWERKEN a Geeft de grootte van het gehele combinatiepatroon aan. b Geeft de grootte aan van het patroon dat op dat moment is geselecteerd. c Geeft de afstand vanaf het midden van het kader aan. d Toont de kleurvolgorde en tijden van elke stap van het momenteel geselecteerde patroon. e Geeft aan hoeveel graden het patroon is gedraaid.
Pagina 271
PATRONEN BEWERKEN ■ Functies van de toetsen Display Toetsnaam Uitleg Pagina Garenkleurentoets Met deze toets wijzigt u de kleuren van het weergegeven patroon. Rotatietoets Met de rotatietoets draait u het patroon op het scherm. U kunt patronen telkens 1 graad, 10 graden of 90 graden draaien. Groottetoets Met de groottetoets wijzigt u de grootte van het patroon.
Pagina 272
PATRONEN BEWERKEN Selecteer het patroon waarvan u de grootte Patroon verplaatsen wilt wijzigen en druk vervolgens op Voor meer bijzonderheden over het verplaatsen van het patroon, zie “Patroon verplaatsen” op Opmerking pagina 240. • U kunt deze functie niet gebruiken met letterpatronen, kaderpatronen of randpatronen.
Pagina 273
PATRONEN BEWERKEN Wanneer het volgende bericht wordt Memo weergegeven, drukt u op • Met de schaalbalk voor dichtheid kunt u de draaddichtheid wijzigen. U kunt een instelling opgeven tussen 80% en 120%, in stappen van 5%. → De oorspronkelijke grootte, hoek en positie van het patroon worden teruggezet zoals voordat het werd Druk op om de dichtheid te verlagen.
Pagina 274
PATRONEN BEWERKEN Controleer het weergegeven patroon. Patroon wissen Druk op om het patroon van het scherm te wissen. → Ga met in elke richting door het scherm. Als u het patroon weer op normale grootte (100%) wilt weergeven, druk dan op Patronen op het scherm weergeven op 200% Druk op...
Pagina 275
PATRONEN BEWERKEN Lay-out van letterpatroon Spatiëring tussen letters wijzigen wijzigen Druk op Druk op Druk op de toets van de lay-out die u wilt borduren. Zie pagina 267 voor meer informatie over het kiezen van letters. → Op de display staat de geselecteerde lay-out. Druk op...
Pagina 276
PATRONEN BEWERKEN verandert u de spatiëring. Druk op om de ruimte tussen de letters te vergroten. Druk op om de ruimte tussen de letters te verkleinen. Druk op om het patroon terug te zetten op de oorspronkelijke lay-out. Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm.
Pagina 277
PATRONEN BEWERKEN Selecteer met waar u het patroon Gecombineerde patronen scheiden wilt scheiden en druk vervolgens op om het te scheiden. In dit voorbeeld wordt het patroon gescheiden tussen “T” en “a”. U kunt gecombineerde patronen scheiden om de letterspatiëring aan te passen of de patronen afzonderlijk te bewerken nadat u alle letters hebt ingevoerd.
Pagina 278
PATRONEN BEWERKEN Selecteer met een patroon en Kleuren van letterpatronen pas vervolgens de letterspatiëring aan met wijzigen Druk op zodat u aan elke letter een draadkleur kunt toekennen. Druk op Verwissel de draad om elke letter in een andere kleur te naaien. Druk op om de kleuren in de naaivolgorde te wijzigen.
Pagina 279
PATRONEN BEWERKEN Druk op om een nieuwe Verbonden letters borduren kleur te kiezen uit het kleurenpalet. U kunt verbonden letters (zie hieronder) in één rij Druk op als u de oorspronkelijke kleur terug weergeven wanneer het patroon buiten het borduurraam valt. wilt.
Pagina 280
• Sommige machines hebben reeds 300 extra Robison-Anton garenkleuren in de eigen kleurkaart. U kunt 300 Robison-Anton- garenkleurgegevens downloaden van onze website “http:// solutions.brother.com”. a Eigen kleurkaart b Druk op om de eigen kleurgegevenskaart op te roepen (zie pagina 281)
Pagina 281
PATRONEN BEWERKEN Druk op selecteert u één van de garenmerken op de machine. a Garenmerk b Garenkleurnummer dat u hebt opgegeven → De geselecteerde garenkleur is ingesteld in de eigen kleurkaart. geeft u een viercijferige kleurcode Opmerking • Als u niet op drukt, zal het garenkleurnummer niet veranderen.
Pagina 282
PATRONEN BEWERKEN Druk op om terug te gaan naar het Druk op oorspronkelijke scherm. Herhaal de vorige stappen totdat u alle gewenste garenkleuren hebt opgegeven. Druk op om een opgegeven kleur te wissen uit het palet. Om alle opgegeven kleuren te wissen uit het palet drukt u op Druk op om terug te gaan naar het...
Pagina 283
PATRONEN BEWERKEN ■ Eigen kleurkaartgegevens oproepen Plaats het USB-medium in de eerste (bovenste) USB-poort op de machine. van USB-medium U kunt een eigen kleurkaart als bestand oproepen van een USB-medium. Opmerking • Een USB-medium kan slechts één “.pcp” gegevensbestand bevatten. U kunt slechts één eigen gegevenskaart tegelijk oproepen.
Pagina 284
PATRONEN BEWERKEN Druk op Kleur kiezen uit de eigen kleurkaart U kunt een kleur selecteren uit de maximaal 300 garenkleuren die u hebt ingesteld in de eigen kleurkaart. Druk op → Op de display ziet u “Opslaan”. Nadat de gegevens zijn geladen naar de machine, keert u automatisch terug naar het oorspronkelijke scherm.
Pagina 285
PATRONEN BEWERKEN Druk op Druk op Nieuwe kleurthema's zoeken met de functie Color Shuffling (Kleurcombinatie) Met de functie Color Shuffling (Kleurcombinatie) suggereert de machine nieuwe kleurthema's voor het borduurpatroon dat u hebt geselecteerd. Nadat u het gewenste effect hebt geselecteerd uit de vier beschikbare (“WILLEKEURIG”, “LEVENDIG”, “GRADATIE”...
Pagina 286
PATRONEN BEWERKEN Selecteer het aantal kleuren dat u wilt Druk op het gewenste kleurthema uit de gebruiken en selecteer vervolgens het voorbeelden. gewenste effect. Druk op om de nieuwe thema's weer te geven. a Aantal kleuren dat u wilt gebruiken in het patroon a Druk hierop om de vorige thema's te bekijken.
Pagina 287
PATRONEN BEWERKEN Druk op om het weergegeven Herhaalpatronen ontwerpen kleurthema te selecteren. Druk op om terug te keren naar het vorige ■ Herhaalpatronen naaien scherm. Met de randfunctie kunt u steken maken met Voordat u op drukt, kunt verder gaan met herhaalpatronen.
Pagina 288
PATRONEN BEWERKEN Selecteer de richting waarin het patroon herhaalt u het patroon boven en zich herhaalt. herhaalt u het patroon onder. Druk op om het patroon boven te wissen. Druk op om het patroon onder te wissen. Pas de spatiëring van het herhaalpatroon aan.
Pagina 289
PATRONEN BEWERKEN ■ Eén element van een herhaalpatroon Druk op om het herhalen te stoppen. herhalen Memo Met de knipfunctie kunt u één element van een • Wanneer er twee of meer patronen zijn, herhaalpatroon selecteren en alleen dit element worden alle patronen in het rode kader herhalen.
Pagina 290
PATRONEN BEWERKEN kiest u de kniplijn. Druk op selecteert u het element dat u wilt herhalen. → De kniplijn verplaatst zich. Druk op → Het herhaalpatroon wordt verdeeld in afzonderlijke elementen.
Pagina 291
PATRONEN BEWERKEN Herhaal het geselecteerde element. Druk op om het herhalen te stoppen. Opmerking • Als u een herhaalpatroon eenmaal in afzonderlijke elementen hebt geknipt, kunt u het niet herstellen tot het oorspronkelijke herhaalpatroon. • U kunt elk element afzonderlijk bewerken in het bewerkscherm.
Pagina 292
PATRONEN BEWERKEN ■ Draadmarkeringen toekennen Druk op om de te naaien Door draadmarkeringen te naaien kunt u gemakkelijk patronen uitlijnen wanneer u een reeks draadmarkering weer te geven. naait. Wanneer het naaien van een patroon is voltooid, wordt met de laatste draad een draadmarkering genaaid in de vorm van een pijl.
Pagina 293
PATRONEN BEWERKEN Druk op de “Start/stoptoets” om te Het patroon herhaaldelijk naaien beginnen met borduren. → Wanneer het borduren beëindigd is, wordt de Wanneer u het herhaalpatroon hebt gemaakt, draadmarkering genaaid met de laatste kleur. plaatst u de stof opnieuw in het borduurraam en blijft u naaien voor het volgende patroon.
Pagina 294
PATRONEN BEWERKEN Bevestig het borduurraam aan de machine Druk op en druk vervolgens op Druk op Druk op om het beginpunt links van Druk op de plaatsingstoetsen om het het patroon in te stellen. borduurraam te verplaatsen zodat de draadmarkering op de stof is uitgelijnd met het beginpunt in het cameravenster.
Pagina 295
PATRONEN BEWERKEN Memo • Druk op om het cameravenster te vergroten. Wanneer u het cameravenster vergroot kunt u een precieze aanpassing maken voor het punt waar de naald neerkomt door het borduurraam steeds een klein stukje te verplaatsen. Als u de patroonpositie niet kunt uitlijnen met de plaatsingstoetsen, plaats dan de stof opnieuw in het borduurraam en probeer opnieuw de positie uit te lijnen met de...
Pagina 296
PATRONEN BEWERKEN Na het bewerken Druk op Om het patroon te combineren met andere patronen selecteert u (zie pagina 295). Zie pagina 218 voor meer informatie over het naaien van patronen. Memo • Als u terug naar het bewerkscherm wilt na te hebben gedrukt, druk dan op...
Pagina 297
PATRONEN COMBINEREN PATRONEN COMBINEREN geeft u 2/7 weer en vervolgens Gecombineerde patronen selecteert u bewerken Voorbeeld: Letters combineren met een borduurpatroon en bewerken Druk op om een borduurpatroon te selecteren. Druk op...
Pagina 298
PATRONEN COMBINEREN Druk op Selecteer en geef “Spring” op. Selecteer , druk op om hoofdletters/kleine letters te wisselen en voer de overige letters in. Druk op om de letters op te geven. → De letters die u invoert, worden getoond in het midden van het scherm.
Pagina 299
PATRONEN COMBINEREN ■ Gecombineerde borduurpatronen Druk op om de lay-out van de letters selecteren te wijzigen. Druk op Wanneer u meerdere patronen hebt gecombineerd, Zie pagina 273 voor meer informatie over het selecteert u met het patroon dat u wilt wijzigen van de lay-out.
Pagina 300
PATRONEN COMBINEREN Borduur door de kleurvolgorde rechts in het scherm aan te houden. Gecombineerde patronen naaien Gecombineerde patronen worden geborduurd in de volgorde waarin ze zijn ingevoerd. In dit voorbeeld is dit de volgorde: → Nadat de bloemen zijn geborduurd, gaat de [+] cursor naar het gedeelte “Spring”...
Pagina 301
DIVERSE BORDUURFUNCTIES DIVERSE BORDUURFUNCTIES Ononderbroken borduren (met Rijgsteken voor borduren één kleur) Alvorens te borduren kunt u rijgsteken naaien langs de rand van het patroon. Dit is nuttig om stof te U kunt een geselecteerd patroon selecteren in één borduren waaraan u geen steunstof kunt bevestigen kleur in plaats van meerdere kleuren.
Pagina 302
DIVERSE BORDUURFUNCTIES Druk op om terug te gaan naar het Als u klaar bent met borduren, verwijdert u de rijgsteken. vorige scherm. Druk op Druk op om de rijginstelling te selecteren. Een applicatie maken U kunt applicaties maken van de ingebouwde patronen en patronen op borduurkaarten.
Pagina 303
DIVERSE BORDUURFUNCTIES Selecteer het patroon en bewerk dit zo Druk op en open vervolgens 7/8 nodig. van het instellingenscherm. geeft u de afstand tussen patroon en de applicatieomtrek op. Opmerking • Maak eerst het combineren en bewerken van het patroon af voordat u de applicatie- instelling selecteert.
Pagina 304
DIVERSE BORDUURFUNCTIES Druk op om de applicatie-instelling te selecteren. Memo • Drie stappen worden toegevoegd aan de naaivolgorde: kniplijn van de applicatie, plaats van het patroon op de kleding en het stikken van de applicatie. a Kniplijn van de applicatie b Plaats van het patroon op de kleding c Stikken van de applicatie Opmerking...
Pagina 305
DIVERSE BORDUURFUNCTIES Plaats de applicatiestof in het borduurraam, Gebruik twee lagen wateroplosbare bevestig het borduurraam aan de machine steunstof met de kleefkanten tegen elkaar en begin te borduren. geplakt en plaats ze in het borduurraam. Nadat het patroon is geborduurd, rijgt u de machine in met de draad voor de kniplijn.
Pagina 306
DIVERSE BORDUURFUNCTIES ■ Gebruik van een kaderpatroon voor Naai de omtrek (APPLICATIE) terwijl de machine is ingeregen met de draad voor de de omtrek omtrek uit stap Wanneer u een kaderpatroon gebruikt, kunt u de gewenste vorm toevoegen als omtrek van de applicatie.
Pagina 307
DIVERSE BORDUURFUNCTIES Bewerk het kaderpatroon zo dat het past bij Selecteer met het kaderpatroon het formaat van het applicatiepatroon. en druk vervolgens op Druk op en druk vervolgens op → Het kaderpatroon is verwijderd. Druk op Druk op om de applicatie-instelling te selecteren.
Pagina 308
GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE GEBRUIK VAN DE GEHEUGENFUNCTIE Op dezelfde manier als borduurpatronen in hoofdstuk 5 kunt u bewerkte borduurpatronen opslaan in en ophalen uit het geheugen van de machine, een pc of USB-medium. Raadpleeg de betreffende gedeelten uit hoofdstuk 5 over het opslaan en ophalen van borduurpatronen. Volg dezelfde procedure om bewerkte borduurpatronen op te slaan en op te halen.
Pagina 309
Hoofdstuk Werken met de spoel WERKEN MET DE SPOEL ..............308 VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL.....309 Benodigde materialen ...................309 ■ Spoelhuis en spoelhuisdeksel..................309 ■ Onderdraad........................309 ■ Bovendraad ........................309 ■ Naald..........................309 ■ Persvoet.........................309 ■ Stof..........................309 Bovendraad inrijgen ....................310 Onderdraad voorbereiden..................310 ■...
Pagina 310
WERKEN MET DE SPOEL WERKEN MET DE SPOEL U kunt fraai borduurwerk maken met een driedimensionaal uiterlijk door dikke draad of lint op de spoel te winden, dat te dik is om te worden ingeregen in de naald van de machine. De decoratieve draad of het lint komt op de onderliggende kant van de stof terwijl u naait met de achterkant van de stof naar boven.
Pagina 311
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL ■ Bovendraad Benodigde materialen Machineborduurgaren (polyestergaren) of monofilament garen (doorzichtig nylondraad). Als u ■ Spoelhuis en spoelhuisdeksel niet wilt dat de bovendraad zichtbaar is, raden wij u aan transparant monofilament nylongaren of lichtgewicht polyestergaren (gewicht 50 of hoger) te gebruiken dat dezelfde kleur heeft als de...
Pagina 312
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL Verwijder het spoelhuis. Bovendraad inrijgen Plaats een naald die geschikt is voor de bovendraad en stof die u gebruikt. Voor meer bijzonderheden over het draaien van het patroon, zie “NAALD VERWISSELEN” op pagina 67. Bevestig de persvoet.
Pagina 313
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL VOORZICHTIG • Zorg dat u de bij de machine geleverde spoel gebruikt of een die specifiek is ontworpen voor deze machine. Het gebruik van een andere spoel kan leiden tot schade of letsel. -markering -markering c Spoelhuis...
Pagina 314
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL ■ Wanneer u spanning gebruikt voor ■ Wanneer u geen spanning gebruikt de onderdraad voor de onderdraad Plaats de spoel zo in het spoelhuis dat de draad Als de onderdraad op het proeflapje te strak is en het vanaf de linkerkant afwikkelt.
Pagina 315
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN MET DE SPOEL Trek zachtjes aan de bovendraad om de onderdraad door de steekplaat naar boven Opmerking te halen. • Zorg er bij het plaatsen van het steekplaatdeksel voor dat de draad niet vast komt te zitten. Plaats de accessoiretafel of borduurtafel.
Pagina 316
NAAIEN MET DE SPOEL NAAIEN MET DE SPOEL Pas de bovendraadspanning aan. Stof plaatsen en naaien Voor meer bijzonderheden over het draaien van het patroon, zie “Draadspanning instellen” op pagina 79. Opmerking • Voor werken met de spoel worden “luchtige” steken aanbevolen.
Pagina 317
NAAIEN MET DE SPOEL Zet de persvoet omhoog met de persvoethendel. Opmerking • Als de onderdraad niet omhoog komt, houd Plaats de stof met de achterkant naar boven dan de bovendraad vast zoals hieronder aangegeven om de onderdraad omhoog te onder de persvoet.
Pagina 318
NAAIEN MET DE SPOEL ■ Draaduiteinden afwerken Selecteer een lage snelheid, houd de draden achter de persvoet losjes vast en begin met Aan het eind van het stiksel trekt u met een naaien. Nadat u een aantal steken hebt handnaald de onderdraad naar de gemaakt, kunt u de draden loslaten.
Pagina 319
NAAIEN MET DE SPOEL Vrij naaien met de spoel Indien gewenst kunt u een sjabloon gebruiken of het ontwerp op de steunstof tekenen om het stikken te vergemakkelijken. Vergeet niet dat u steken met decoratieve draad aan de onderkant van de stof komen en de steunstof aan de bovenkant (achterkant) van de stof.
Pagina 320
BORDUREN MET DE SPOEL BORDUREN MET DE SPOEL Patroon selecteren Opmerking • U kunt borduurpatronen voor het werken met de spoel niet gebruiken in het Opmerking borduurcombinatiescherm ( • Bereid de machine voor op werken met de spoel zoals wordt beschreven in Druk op , en ga vervolgens door naar “VOORBEREIDINGEN VOOR HET...
Pagina 321
BORDUREN MET DE SPOEL Opmerking VOORZICHTIG • Aangezien u bij het werken met de spoel aan de achterkant van de stof naait, wordt • Zorg dat u een borduurpatroon voor het werken het patroon in het scherm weergegeven als met de spoel selecteert wanneer u met de spoel een spiegelbeeld van het uiteindelijke werkt.
Pagina 322
BORDUREN MET DE SPOEL Zet de persvoet omhoog met de Beginnen met borduren persvoethendel. Draai het handwiel tegen de wijzers van de Plaats de stof in de ring zodat de voorkant klok in terwijl u de bovendraad vasthoudt van de stof omlaag ligt met de steunstof om de onderdraad boven de stof te erbovenop.
Pagina 323
BORDUREN MET DE SPOEL Druk op om alle toetsen te Trek met een handnaald, zoals een borduurnaald, de onderdraad naar de ontgrendelen. bovenkant (achterkant) van de stof en knoop vervolgens de bovendraad en Zet de persvoet omlaag. onderdraad aan elkaar. Houd de bovendraad en onderdraad vast en naai een gedeelte van het patroon.
Pagina 324
DRAADSPANNING AANPASSEN DRAADSPANNING AANPASSEN Nadat u een proeflapje hebt genaaid en de naairesultaten hebt gecontroleerd, past u zo nodig de draadspanningen aan. Na het aanpassen van de draadspanningen moet u opnieuw een proeflapje naaien om de naairesultaten te controleren. ■ Bovendraadspanning aanpassen Opmerking We raden een instelling tussen 6 en 8 aan voor de •...
Pagina 325
PROBLEEMOPLOSSING PROBLEEMOPLOSSING Hieronder worden verschillende oplossingen voor kleinere problemen beschreven. Als u het probleem niet kunt verhelpen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde erkende Brother-dealer. ■ De draad is per ongeluk automatisch afgeknipt en de onderdraad zit vast in de machine Knip de draad vlak bij de stof af boven de steekplaat en verwijder de stof vervolgens.
Pagina 327
Hoofdstuk MY CUSTOM STITCH STEEK ONTWERPEN................326 STEEKGEGEVENS OPGEVEN .............328 ■ Functies van de toetsen ....................328 ■ Punt verplaatsen......................331 ■ Ontwerp gedeeltelijk of geheel verplaatsen ..............331 ■ Nieuwe punten invoegen....................333 GEBRUIK VAN OPGESLAGEN EIGEN STEKEN........334 Eigen steken opslaan in uw lijst ................334 ■...
Pagina 328
STEEK ONTWERPEN STEEK ONTWERPEN Met de functie MY CUSTOM STITCH kunt u Kies de spatiëring van de steek. zelfgemaakte steken registreren. U kunt ook creaties van MY CUSTOM STITCH combineren Door de spatiëring van een steek aan te passen kunt met ingebouwde letters (zie pagina 170).
Pagina 329
STEEK ONTWERPEN Voorbeelden van eigen steken Steek Steek Steek Steek Steek Steek Steek Steek Steek Steek Steek Steek...
Pagina 330
STEEKGEGEVENS OPGEVEN STEEKGEGEVENS OPGEVEN ■ Functies van de toetsen a Hier wordt de steek getoond die u momenteel ontwerpt. b Toont het nummer van de geplaatste punt boven het totaal aantal punten in de steek. c Toont de y-coördinaat van boven de x-coördinaat van Display Toetsnaam...
Pagina 331
STEEKGEGEVENS OPGEVEN Druk op om de afbeelding van de steek die Druk op en vervolgens op u maakt te vergroten. Druk op a Momenteel geselecteerde punt/Totaal aantal punten b Coördinaten van Druk op om de punt die wordt verplaatst u naar de aangegeven met toe te voegen.
Pagina 332
STEEKGEGEVENS OPGEVEN Selecteer of één of drie steken worden Druk op om een afbeelding van de steek weer genaaid tussen de eerste twee punten. te geven. Als u wilt dat er drie steken worden genaaid, drukt u op de toets zodat deze verschijnt als verplaatst u naar de tweede punt en vervolgens drukt u op...
Pagina 333
STEEKGEGEVENS OPGEVEN ■ Punt verplaatsen ■ Ontwerp gedeeltelijk of geheel verplaatsen Druk op te verplaatsen Druk op te verplaatsen naar de punt die u wilt verplaatsen. naar de eerste punt van het gedeelte dat u Als u wilt verplaatsen naar de eerste punt, drukt wilt verplaatsen.
Pagina 334
STEEKGEGEVENS OPGEVEN Druk op Druk op → Het gedeelte wordt verplaatst. → De geselecteerde punt en alle punten die zijn ingevoerd nadat deze punt is geselecteerd. Druk op om het gedeelte te verplaatsen.
Pagina 335
STEEKGEGEVENS OPGEVEN ■ Nieuwe punten invoegen Druk op Druk op te verplaatsen naar de plek in het ontwerp waar u een nieuwe punt wilt toevoegen. Als u wilt verplaatsen naar de eerste punt, drukt u op Als u wilt verplaatsen naar de laatste punt, drukt u op U kunt ook verplaatsen met de...
Pagina 336
GEBRUIK VAN OPGESLAGEN EIGEN STEKEN GEBRUIK VAN OPGESLAGEN EIGEN STEKEN ■ Als het geheugen vol is Eigen steken opslaan in uw lijst Verschijnt de volgende melding nadat u op hebt gedrukt? Dan kunt u het steekpatroon niet Steekpatronen die gemaakt zijn met de functie MY opslaan omdat het geheugen van de machine vol is CUSTOM STITCH kunt u opslaan voor toekomstig of omdat het steekpatroon dat wordt opgeslagen...
Pagina 337
GEBRUIK VAN OPGESLAGEN EIGEN STEKEN Druk op Opgeslagen steken ophalen Druk op om het opgeslagen steekpatroon te wissen. Druk op Druk op om het opgeslagen steekpatroon te bewerken. → Er wordt een lijst met opgeslagen steekpatronen getoond. Selecteer het steekpatroon. Druk op om terug te gaan naar het oorspronkelijke scherm zonder een steekpatroon op...
Pagina 339
Hoofdstuk Bijlage ZORG EN ONDERHOUD..............338 Beperkingen op smeren..................338 Voorzorgsmaatregelen bij het opbergen van de machine........338 LCD-display reinigen.....................338 Buitenkant van de machine reinigen ..............338 Grijper reinigen.....................338 De snijder reinigen in de buurt van het spoelhuis ..........340 Over het onderhoudsbericht .................341 SCHERM AANPASSEN ...............342 Helderheid van de schermweergave aanpassen ............342 Storing in druktoetsen ...................342 PROBLEEMOPLOSSING ..............343...
Pagina 340
ZORG EN ONDERHOUD ZORG EN ONDERHOUD VOORZICHTIG • Haal de stekker uit het stopcontact voordat u de naaimachine reinigt. Anders kunt u een elektrische schok krijgen of letsel oplopen. Beperkingen op smeren LCD-display reinigen Om beschadiging van de machine te voorkomen Als het scherm vuil is, veegt u het voorzichtig af mag deze machine niet worden gesmeerd door de met de bijgesloten schermreinigingsdoek, of een...
Pagina 341
ZORG EN ONDERHOUD Druk op de “Naaldstandtoets” om de naald Verwijder met het schoonmaakborsteltje of omhoog te zetten. een stofzuiger pluis en stof uit de grijper en onderdraadsensor en daar omheen. Zet de hoofdschakelaar uit. Verwijder de naald en de persvoethouder (zie pagina's 66 t/m 67).
Pagina 342
ZORG EN ONDERHOUD Zorg dat de aangegeven punten zijn uitgelijnd De snijder reinigen in de buurt voordat u het spoelhuis installeert. van het spoelhuis VOORZICHTIG De snijder onder de steekplaat moet worden • Gebruik nooit een spoelhuis met krassen. gereinigd. Als zich stof of pluisjes vergaren op de Anders kan de bovendraad verstrikt raken snijder, is het moeilijk om de draad af te knippen waardoor de naald misschien breekt of de...
Pagina 343
ZORG EN ONDERHOUD Draai met de bijgeleverde schroevendraaier de normale steekplaat vast. Steek de lipjes op het steekplaatdeksel in de steekplaat. Schuif vervolgens het steekplaatdeksel terug. Over het onderhoudsbericht Als dit bericht verschijnt is het aan te raden uw machine naar de erkende dealer of het dichtstbijzijnde servicecentrum te brengen voor een onderhoudscontrole.
Pagina 344
SCHERM AANPASSEN SCHERM AANPASSEN Terwijl u uw vinger op het scherm blijft Helderheid van de houden, zet u de hoofdschakelaar eerst uit en dan weer aan. schermweergave aanpassen Als het scherm niet echt helder is in bepaalde omstandigheden, kunt u de helderheid van de schermweergave aanpassen.
Pagina 345
U kunt te allen tijde op drukken om terug te keren naar het oorspronkelijke scherm. Als u extra hulp nodig hebt, biedt Brother Solutions Center de laatste antwoorden op veel voorkomende vragen en tips. Ga naar “ http://solutions.brother.com ”.
Pagina 346
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak Oplossing Pagina Onderdraad breekt Spoel is niet juist geplaatst. Plaats de onderdraad op de juiste manier. Er zitten krassen op de spoel of de spoel draait Plaats de spoel opnieuw. niet goed. Draad is verdraaid. Knip bijvoorbeeld met een schaar de —...
Pagina 347
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak Oplossing Pagina Stof wordt niet door de Transporteur staat omlaag. Druk op en draai het handwiel om de machine heen gevoerd transporteur omhoog te zetten. Steken zitten te dicht op elkaar. Verhoog de instelling voor de steeklengte. U hebt niet de juiste persvoet gebruikt.
Pagina 348
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak Oplossing Pagina Borduurpatroon wordt Draad is verdraaid. Knip bijvoorbeeld met een schaar de — niet goed genaaid verdraaide draad af en haal deze uit de grijper enz. Stof is niet juist gespannen in het raam (stof te Als de stof niet strak wordt getrokken in het los enz.).
Pagina 349
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak Oplossing Pagina De stof wordt Het doorvoermechanisme is beschadigd. Neem contact op met uw dealer of het — doorgevoerd in de dichtstbijzijnde erkende servicecentrum. tegenovergestelde richting. De display is Er zit condens op de display. Na een tijd verdwijnt het condens. —...
Pagina 350
FOUTMELDINGEN FOUTMELDINGEN Als de naaimachine niet goed is afgesteld en u op de “Start/stoptoets” of de “Achteruit/verstevigingssteektoets” drukt, of als de bediening niet juist is, start de naaimachine niet. Er klinkt een alarmgeluid en er verschijnt een foutmelding op de display. Als er een foutmelding verschijnt, volgt u de aanwijzingen in de melding. Hieronder treft u een beschrijving van foutmeldingen aan.
Pagina 351
FOUTMELDINGEN Dit bericht verschijnt wanneer Dit bericht wordt weergegeven er onvoldoende kleuren zijn wanneer de ingebouwde in de eigen kleurkaart om het camera de rand van de stof kleurthema dat u hebt niet kan detecteren. geselecteerd, weer te geven. Als dit bericht verschijnt nadat In dit geval geeft u meer u met naaien de rand van de kleuren op in de eigen...
Pagina 352
FOUTMELDINGEN Deze melding verschijnt Deze melding verschijnt wanneer de borduurtafel is wanneer er te veel letters zijn bevestigd en u op de en de booglay-out voor letters “Achteruit/ onmogelijk is. verstevigingssteektoets” drukt. Deze melding verschijnt Deze melding verschijnt wanneer u het voetpedaal wanneer de naaimachine in intrapt terwijl de borduurtafel de borduurstand staat en het...
Pagina 353
FOUTMELDINGEN Deze melding verschijnt Deze melding verschijnt wanneer de naaimachine in wanneer u op de “Start/ de borduurcombinatiestand stoptoets” drukt terwijl de staat en u probeert een naaimachine in de wijzigingsfunctie te gebruiken borduurstand staat, maar de terwijl het patroon niet borduurtafel niet bevestigd is.
Pagina 354
FOUTMELDINGEN Dit bericht verschijnt wanneer de Deze melding verschijnt machine de wanneer u op de “Start/ borduurpositiemarkering niet stoptoets” drukt om herkent. naaisteken, lettersteken en - Controleer of de decoratieve steken te naaien borduurpositiemarkering zich in terwijl het voetpedaal is het geselecteerde gebied aangesloten.
Pagina 355
FOUTMELDINGEN Deze melding verschijnt Deze melding verschijnt wanneer er een eerder wanneer u de borduurtafel opgeslagen patroon wordt bevestigt en de naaimachine opgehaald terwijl de aanzet terwijl de naald naaimachine in de omlaag staat. borduurcombinatiestand staat. Deze melding verschijnt wanneer u na de patroonkeuze drukt op of op en het patroon gewist...
Pagina 356
USB-medium. USB-medium gebruikt. Een lijst compatibele UBS-media vindt u op “http://solutions.brother.com”. Deze melding verschijnt Deze melding verschijnt terwijl gegevens van het wanneer de bovendraad niet USB-medium worden juist lijkt ingeregen.
Pagina 357
FOUTMELDINGEN Dit bericht verschijnt als de bestandsindeling niet compatibel is met de machine. Controleer de lijst compatibele bestandsindelingen. (zie pagina 40.) Dit bericht verschijnt wanneer de afbeelding wordt verwijderd. Dit bericht wordt weergegeven wanneer u op in een ander scherm dan naaisteken, of wanneer u op drukt in een ander scherm dan naaisteken...
Pagina 358
SPECIFICATIES SPECIFICATIES Artikel Specificatie Ca. 61,5 cm (B) × 33,2 cm (H) × 27,0 cm (D) Naaimachine Afmetingen van machine (ca. 24-7/32 inch (B) × 13-5/64 inch (H) × 10-5/8 inch (D)) (doos 1 van 3) Ca. 68,5 cm (W) × 47,0 cm (H) × 39,0 cm (D) Afmetingen van de doos (ca.
Pagina 359
SOFTWARE-UPGRADE VOOR UW MACHINE SOFTWARE-UPGRADE VOOR UW MACHINE Met een USB-medium of een computer kunt u software-upgrades voor uw naaimachine downloaden. Wanneer een upgradeprogramma beschikbaar is op “http://solutions.brother.com”, download de bestanden dan volgens de aanwijzingen op de website en onderstaande stappen. Opmerking •...
Pagina 360
SOFTWARE-UPGRADE VOOR UW MACHINE Wanneer de melding verschijnt, drukt u op Upgrade-procedure met computer Zet de machine aan terwijl u op de “Automatisch inrijgentoets” drukt. → Het volgende scherm verschijnt op de display: Druk op → Het upgradebestand wordt gedownload. Opmerking Sluit de USB-kabel aan op de betreffende •...
Pagina 361
STEEKINSTELLINGENTABEL STEEKINSTELLINGENTABEL In de volgende tabel vindt u informatie over alle naaisteken, zoals toepassingen, steeklengte, steekbreedte en of u de tweelingnaald kunt gebruiken. Opmerking • Quiltvoet “C” gebruikt u wanneer de steekplaat voor rechte steken is bevestigd op de machine. (Zie “Werken met de vrije quiltvoet “C””...
Pagina 370
INDEX INDEX positie uitlijnen ............... 211 selecteren ...............190 Aan elkaar zetten ................113 stekenoverzichten ..............191 Aanpassingen verbonden letters ..............245 scherm ..................342 wijzigen ................. 240 Aansluitpunt .................13 Borduurpositiesticker ..............213 Accessoirebox ................16 Borduurraamdisplay ..............238 Accessoireruimte ................16 Borduurramen Accessoires bevestigen ................206 bijgeleverde accessoires ............16 gebruik van het borduurvel .............
Pagina 371
INDEX Foutmeldingen ................348 functies van de toetsen ............164 Functie Color Shuffling (Kleurcombinatie) ........283 naaien ..................161 Functies van de toetsen ophalen ................180 borduren ................. 199 opslaan ..............177 borduurcombinatie ..............269 selecteren ................156 lettersteken en decoratieve steken ........... 164 stekenoverzichten ..............157 MY CUSTOM STITCH ............
Pagina 372
INDEX Patroonafbeeldingtoets ........92 Startscherm .................. 28 Pentablet ................23 Steekdichtheidstoets ..............244 Persvoet Steekinstellingentabel ..............359 bevestigen .................65 Steekplaat ..................14 druk ..................85 Steekplaat voor rechte steken ............97 soorten ..................359 Steken herberekenen ..............270 verwijderen ................65 Steken in verschillende richtingen ..........145 Persvoet-/naaldwisseltoets ........
Pagina 376
Dutch 882-W04/W05 XF0833-001 1 Printed in Taiwan...