Patronen verbinden langs een
rand
U kunt meer variatie aanbrengen in ontwerpen
door de te verbinden patronen te schuiven.
Onderstaand wordt beschreven hoe u met deze
functie patronen verbindt langs een rand. Alvorens
de patronen te verbinden, meet u met de
rijgfunctie over welke afstand het patroon wordt
verschoven.
A: Eerste patroon
B: Tweede patroon
■ Meten hoe ver het patroon wordt
verschoven
Opmerking
a
• Stappen
t/m
meten van de positie. Naai altijd een
proeflapje met dezelfde draad en stof als u
voor het echte werk gebruikt. Zo kunt u de
borduurresultaten controleren.
a
Stel "Afstand tot rijgsteken" in het
instellingenscherm in op "0.0".
216
d
dienen alleen voor het
b
Selecteer het patroon waarvoor u de
schuifafstand wilt meten.
c
Ga door naar het
borduurinstellingenscherm en druk
vervolgens op
selecteren.
d
Nadat u het patroon hebt genaaid,
verwijdert u de stof uit het borduurraam.
Vervolgens meet u de afstand die het
patroon moet worden verschoven.
1 Horizontaal: 42,8 mm
2 Verticaal: 32,8 mm
om de rijgfunctie te