Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Nidec Control Techniques Powerdrive F300 Handleiding pagina 110

Inhoudsopgave

Advertenties

#6.045 en #6.046. Snelheid van de koelventilatoren.
De snelheid van de koelventilatoren wordt in 10 stappen geregeld vanuit het thermisch management. Het toerental
is proportioneel met de thermische belasting in #7.036. Er kunnen twee ventilatie curves geselecteerd worden,
Standard en Low Noise zoals in onderstaande karakteristiek is weergegeven.
In de "Standard" curve beginnen de ventilatoren te draaien bij een inhoud in #7.036 van 20% en hebben bij 50%
hun maximale toerental bereikt. Het toerental kan begrensd worden door in #6.045 een waarde tussen +10 en 0 in
te geven. Een te lage waarde kan een temperatuur trip tot gevolg hebben. Bij een inhoud van 0 staan de ventilatoren
onvoorwaardelijk stil.
In de "Low Noise" curve beginnen de ventilatoren pas te draaien bij een inhoud in #7.036 van 50% en hebben bij
75% hun maximale toerental bereikt. Het toerental kan nu begrensd worden door in #6.045 een negatieve waarde
tussen -10 en 0 in te geven. Een te lage waarde kan een temperatuur trip tot gevolg hebben. Bij een inhoud van 0
staan de ventilatoren onvoorwaardelijk stil. In Low Noise hebben de ventilatoren een hysterese om pendelen te
voorkomen. Tevens staan de ventilatoren stil als de Powerdrive niet in bedrijf is.
Bij een inhoud van +11 in #6.045 worden de ventilatoren
onafhankelijk van het thermisch management naar volle
snelheid gedwongen.
In #6.046 wordt de snelheidopdracht naar de ventilatoren
weergegeven. Afhankelijk van de bouwgrootte van de
Powerdrive hebben de ventilatoren mogelijk geen 10
Snelheden en resulteert elke verandering in #6.046 niet
in een snelheid verschil van de ventilator.
Fabrieksmatig staat #6.045 op +10 en het omwisselen
naar "Low Noise" kan door het getal -10 in te geven.
#5.027 slipcompensatie
Elke asynchrone inductiemotor heeft een belastingsafhankelijk toerental. Nemen we als voorbeeld een 4-polige
motor met een nominaal toerental van 1450 toeren, dan zal deze motor bij volle belasting 50 toeren langzamer
draaien dan het op dat moment aanwezige toerental van het draaiveld in de stator. Dit toerenverschil tussen
rotor en statorveld noemen we de slip en is belastingsafhankelijk. De Powerdrive is in staat afhankelijk van het
ingegeven pooltal, nominaal motortoerental en momentele belasting, het toerental van de motor te compenseren
door de uitgestuurde frequentie te verhogen.
Oscillatie bij slipcompensatie
Bij werktuigen met een grote massatraagheid zoals ventilatoren is het om reden van oscillatie vaak niet mogelijk de
slipcompensatie toe te passen. In dit geval moet de slipcompensatie uitgeschakeld worden.
Negatieve slipcompensatie
Indien binnen een toepassing waar meerdere motoren
met ieder een eigen frequentieregelaar hetzelfde werktuig
aandrijven en de behoefte bestaat aan een nog betere
belastingsverdeling tussen de motoren, dan kan dit bereikt
worden door negatieve slipcompensatie toe te passen.
Hiertoe moet in de motormap een oversynchroon toerental
ingegeven worden, dus binnen dit voorbeeld, van 1550rpm
i.p.v. 1450rpm. Het resultaat zal zijn dat de motor juist een
nog grotere belastingsafhankelijkheid zal krijgen waardoor
de onderlinge belastingsverdeling tussen de motoren
verbeterd zal worden. Net als bij positieve slipcompensatie
kan dit bij werktuigen met een grote massatraagheid leiden
tot oscillatie. Negatieve slipcompensatie kan bijvoorbeeld
toegepast worden bij rijdwerken van een portaalkraan, de
mechanische stijfheid van de kraan zal bepalend zijn voor
het feit of er oscillatie optreedt.
# 5.040 Voltage boost bij vliegende start.
Indien de vliegende start (spin start) is vrijgegeven d.m.v.
#6.009 >0 wordt deze voltage boost gebruikt bij het scannen
van het motortoerental. De inhoud in #5.040 in relatie tot het
motorvermogen is in de illustratie hiernaast weergegeven.
Bij een te lage waarde zal het motortoerental niet
gedetecteerd kunnen worden. Bij een te hoge waarde kan
het voorkomen dat bij een start vanaf stilstand de motor
tijdens het scannen zal accelereren.
Powerdrive F300, Handleiding versie 4.2
F300 menu 5
Motormap
Volle snelheid
+11
+10
+9
+8
+7
+6
+5
+4
+3
+2
+1
Uit
0
Toerental
#5.40
Pagina 110 van 198
Standard
10
20
30
40
50
60
70
Thermische belasting #7.036
Uitwerking van slipcompensatie
Belasting
6,0
5,0
4,0
3,0
2,0
1,0
0
20
40
60
80
100 120 140
kW
Low noise
-10
-9
-8
-7
-6
-5
-4
-3
-2
-1
0
80
90
100%
Positieve slipcomp.
Geen slipcomp.
Negatieve slipcomp.
160 180 200

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave