Bij koude start en lage tempe-
ratuur: De koppeling bedienen
en de gashendel iets bedienen.
Startknop 1 bedienen.
OPMERKING
Bij onvoldoende accuspanning
wordt de startprocedure automa-
tisch afgebroken. Voor verdere
startpogingen de accu opladen of
starthulp laten geven.
Verdere details vindt u in het
hoofdstuk "Onderhoud" onder
"Starthulp".
De motor slaat aan.
Als de motor niet aanslaat, kan
de storingstabel uitkomst bie-
den. (
166)
Pre-Ride-Check
Na het inschakelen van het con-
tact voert het instrumentenpaneel
een test uit van de controlelamp-
jes van het ABS, de ASC, de al-
gemene waarschuwingslamp en
de wijzers. Gedurende deze tijd
wordt het logo weergegeven op
het display.
Fase 1:
Algemeen waarschuwings-
lampje brandt geel.
Fase 2:
Algemeen waarschuwings-
lampje brandt rood.
Het SET-lampje licht op.
Als de algemene waarschuwings-
lamp niet gaat branden:
WAARSCHUWING
Defecte algemeen waarschu-
wingslampje.
Storingen worden niet aangege-
ven.
Op de indicatie van het alge-
mene waarschuwingslampje in
rood en geel letten.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad partner.
ABS-zelfdiagnose
De gereedheid van het
BMW Motorrad Integral ABS
wordt door de zelfdiagnose
gecontroleerd. De zelfdiagnose
start automatisch na het
inschakelen van het contact.
5
97
z