INgebrUIkNaMe
Menu
Menu: INgebrUIkNaMe
WARMTEBEHOEFTE
CONSTANT VERMOGEN
CONDENSAATVERW. LINT
BUITENTEMPERATUUR
DIRECTSTART
STILLE MODUS
REDUCTIE VENTILATOR
REDUCTIE VERMOGEN
VERMOGEN
VENTILATOR
WARMTEPOMP UIT
I/O KONFIGURATION
INGANG X 1.13
TELEFOONSCHAKELAARS
OPTIMALISATIE STOOKLIJN
SG READY
INGANG X 1.14
UIT
VERWARMEN/KOELEN EXTERN
INGANG X 1.15
VERWARMEN
TEMPERATUURAANDUIDING 1 V
TEMPERATUURAANDUIDING 10 V
KOELEN
TEMPERATUURAANDUIDING 1 V
TEMPERATUURAANDUIDING 10 V
UITGANG X 1.16
PWM 1
PWM 2
0-10 V
UITGANG
BUFFERPOMP 1
BUFFERPOMP 2
HK POMP 1
HK POMP 2
HK POMP 3
WARMWATER CIRCULATIEPOMP
BRONPOMP
VERMOGEN
PWM
0-10 V
UITGANG X 1.17
PWM 1
PWM 2
0-10 V
UITGANG
BUFFERPOMP 1
BUFFERPOMP 2
HK POMP 1
HK POMP 2
HK POMP 3
WARMWATER CIRCULATIEPOMP
BRONPOMP
VERMOGEN
PWM
0-10 V
UITGANG X 2.10
FATAL ERROR
FOUT ALGEMEEN
UITGANG X 3.16
PWM 1
PWM 2
0-10 V
32
| WPM
UITGANG
PRIMAIRE ZWEMBADPOMP
SECUNDAIRE ZWEMBADPOMP
BUFFERPOMP 3
BUFFERPOMP 4
BUFFERPOMP 5
BUFFERPOMP 6
WARMWATER CIRCULATIEPOMP 2
HK POMP 4
HK POMP 5
VERMOGEN
PWM
0-10 V
UITGANG X 3.17
PWM 1
PWM 2
0-10 V
UITGANG
PRIMAIRE ZWEMBADPOMP
SECUNDAIRE ZWEMBADPOMP
BUFFERPOMP 3
BUFFERPOMP 4
BUFFERPOMP 5
BUFFERPOMP 6
WARMWATER CIRCULATIEPOMP 2
HK POMP 4
HK POMP 5
VERMOGEN
PWM
0-10 V
NOODBEDRIJF
RESET
WARMTEPOMP
MELDINGENLIJST
SYSTEEM
FET
WPE
BRON
BRONTEMPERATUUR MIN.
Materiële schade
!
De warmtepomp mag niet gebruikt worden met bron-
temperaturen lager dan – 9 °C.
Bij de instelling UIT vindt geen opvraging plaats over de tempe-
ratuur van de bronsensor.
Als de minimale brontemperatuur niet bereikt wordt, wordt de
compressor uitgeschakeld en wordt de stilstandtijd ingesteld. Na
het verstrijken van de stilstandtijd en als de vaste hysteresis van
2 K wordt overschreden, wordt de compressor opnieuw vrijge-
geven.
De bronpomp wordt altijd 30 seconden eerder ingeschakeld voor
de compressor bij warmteaanvraag door de verwarming of start
van het warm water.
www.stiebel-eltron.com